Gemeenschapskunst

1 maart 2014
Auteurs:
Martin Zebracki
Cultural Geography Group, Wageingen Universiteit & Cosmopolis, Vrije Universiteit Brussel
Dit artikel is verschenen in: geografie maart 2014
Kennis
kunst
FOTO: RONALD KRANENBURG
Het ontwerp van Le Medi heeft een mediterrane sfeer en vormt een synthese tussen een traditioneel Nederlands bouwblok en mediterrane bouwtradities.

Als katalysator van stedelijke vernieuwing

Stedelijke vernieuwing legt steeds meer nadruk op bewonersparticipatie. Gemeenschapskunst is daarbij een populair instrument – zo ook in de achterstandswijk Bospolder-Tussendijken in de Rotterdamse deelgemeente Delfshaven. Vinden de betrokkenen, en vooral bewoners, het ook een succes?

 

Aan kunst in de openbare ruimte worden veel positieve effecten toegeschreven. Kunstobjecten zouden de omgeving aantrekkelijker maken voor bewoners en bezoekers, de plek sterker op de kaart zetten en zelfs nieuwe economische investeringen aantrekken. Maar zo eenvoudig ligt het niet. Beleidsmakers zijn gaan inzien dat je kunst niet zomaar in een wijk kunt parachuteren zonder de levens en aspiraties van de gebruikers in acht te nemen – denk maar aan de consternatie rond Kabouter Buttplug in Rotterdam (Geografie oktober 2009).

Er is in stedelijke vernieuwing een oprechte paradigmaverschui ving gaande van ‘elitekunst’, gemaakt door/voor een kleine club van ingewijden, naar gemeenschapskunst die inspeelt op de lokale behoeften en culturele dynamiek. Vooral bewoners, in al hun sociaaleconomische en culturele verscheidenheid, zijn binnen het onderzoek naar en de praktijk van publieke kunst tot nu toe een ondergeschoven kindje.

Aan de hand van gesprekken met bewoners en initiatiefnemers van het in 2008 gerealiseerde woon-kunstcomplex Le Medi in de Rotterdamse wijk Bospolder-Tussendijken onderzochten we hoe participatieve gemeenschapskunst de wijkontwikkeling kan beïnvloeden. 

Positieve kracht

Gemeenschapskunst vindt haar origine in Amerikaanse steden in de jaren '60 en verspreidde zich van daaruit over de hele Angelsaksische wereld. Het was van oudsher een beweging voor burger rechten, voornamelijk onder latino’s en Afro-Amerikanen. Maar gaandeweg is gemeenschapskunst uitgegroeid tot een middel om de culturele infrastructuur en het publieke domein te stimuleren, met de nadruk op democratie, sociale rechtvaardigheid, gelijkheid en diversiteit, en het geven van een ‘stem’ aan de mensen. Gemeenschapskunst is voornamelijk in zwang geraakt in de context van de herstructurering van verarmde buurten.

Herstructureringsbeleid kan doorgaans worden onderverdeeld in fysiek, economisch, sociaal en cultureel beleid. Vanaf de jaren '60 wordt gemeenschapskunst in het bijzonder gekoppeld aan economische en sociale voordelen – de claims zijn legio. Zo wordt geschreven dat gemeenschapskunst in economische zin het wijkimago kan verbeteren en zodoende nieuwe investeringen kan aantrekken en werkgelegenheid kan creëren, ook in de kunst- en cultuursector. In sociaal opzicht zou gemeenschapskunst netwerken, vertrouwen en samenwerking tussen gemeenschappen kunnen stimuleren, en de integratie van gemarginaliseerde groepen bevorderen. Daarnaast kan gemeenschapskunst een cultuureel-symbolische waarde creëren en daardoor bijdragen aan de couleur locale. Een plek die als onaangenaam wordt ervaren, kan zo getransformeerd worden tot een herkenbaar, positief referentiepunt. 

kunst
FOTO: RONALD KRANENBURG
Mozaïeken van tulpen zijn verwerkt in de plafonds van de boogpoorten.

Doelen van initiatiefnemers

In Bospolder-Tussendijken, een achterstandswijk in de Rotterdamse deelgemeente Delfshaven, verrees in 2008 het autovrije nieuwbouwcomplex Le Medi. Beeldend kunstenaar Arno Coenen had in het kader van het stedelijke vernieuwingsproject Groeibriljanten voorgesteld mozaïeken te ontwerpen voor Le Medi. Het ontwerp werd gerealiseerd in samenwerking met de lokale bewoners, voorbijgangers en ook de lokale politie; Hamit Karakus, de Rotterdamse wethouder van Wonen, Stedelijke Economie, Vastgoed en Ruimtelijke Ordening; het personeel van ERA Bouw; en Ella Vogelaar, de toenmalige minister voor Wonen, Wijken en Integratie. Zeshonderd mensen hielpen mee aan het totaalontwerp. Het publieke kunstproject ging nog verder: bewoners konden zelf de kleur van de façades van hun woningen kiezen, waardoor het geheel een mediterrane sfeer ademt.

De mozaïeken beslaan een totale oppervlakte van 70 vierkante meter en zijn geïnspireerd op oud-Hollandse schilderijen, vermengd met Marokkaanse motieven. Het tulpenontwerp verbeeldt het verleden, het heden en de toekomst van de wijk. De mozaïeken zijn aan de plafonds van de toegangspoorten bevestigd en leggen de verbinding tussen Le Medi en de bestaande wijk Bospolder-Tussendijken.

Het kunstproject diende ter verfraaiing van het woonblok en moest een symbolische waarde krijgen voor zowel de oude als nieuwe bewoners van Bospolder-Tussendijken. Bewonersparticipatie vormde de hoofdmoot van het kunstproject en werd door de initiatiefnemers hoog in het vaandel gedragen. Le Medi zou bovendien zorgen voor een nieuw en fijn woonmilieu in de wijk. Ze hadden geprobeerd uniciteit te creëren, wat zich voornamelijk uitte in de esthetische opwaardering van het nieuwbouwcomplex. Volgens een belangrijke initiatiefnemer was een voorwaarde van zo’n ‘fijn’ woonmilieu dat de bewoners dezelfde leefstijl delen. In dat opzicht was Le Medi een experiment: hoe kun je de juiste doelgroep van het project vinden en aanspreken? Hoe wek je hun belangstelling en hoe haal je hen over in Le Medi te gaan wonen?

De initiatiefnemers zochten bewoners die onder meer hoogopgeleid, extravert en communicatief zijn. Ze moesten de kenmerken van young urban professionals (yuppen) belichamen – een groep aan wie meestal een grote rol wordt toegekend bij de opwaardering van binnenstedelijke ruimten. Vanwege deze beperkte doelgroep kun je vraagtekens plaatsen bij het sociaal-cultureel ‘inclusieve’ karakter van Le Medi. Toch wilden de initiatiefnemers wel degelijk een mix van mensen met verschillende culturele en etnische achtergronden bereiken, en een barrière doorbreken tussen de autochtone en niet-westerse allochtone bevolking. 

Bewonerservaringen

In 2013, vijf jaar na de oplevering van het woon- en kunstproject Le Medi, hebben we gesprekken gevoerd met dertien bewoners en zes initiatiefnemers (kader). De geïnterviewde bewoners vinden over het algemeen dat de opwaardering van de buurt door het project op verscheidene fronten te wensen overlaat. Het heeft in hun ogen weinig economische impulsen gegenereerd; het winkelaanbod is niet echt gevarieerd en enkel gericht op de dagelijkse levensbehoeft en. Zo wordt gerefereerd aan ‘dezelfde theehuizen’; er zijn dus niet veel nieuwe culturele voorzieningen bijgekomen die passen bij de behoeft en van yuppen. Het Dakpark dat vlakbij gerealiseerd is, herbergt voornamelijk grote winkels waar niet iedere bewoner blij mee is. Als je eenmaal een bed hebt gekocht, heb je daar weinig meer te zoeken, merkt iemand op.

De bewoners beamen dat Le Medi een aangenaam woonmilieu vormt en door de kunstzinnige interventies iets ‘aparts’ biedt. De voornaamste gegeven reden om er te komen wonen was de esthetische waarde van het hele wooncomplex. Volgens velen ziet het er mooi uit en voelt het een beetje alsof je op vakantie bent in Zuid-Europa. De positieve woonbeleving is niet enkel te herleiden tot het kunstproject. Bewoners hebben ook grote waardering voor de inspraak die zij kregen bij de indeling van delen van de woning, zoals de keuken en badkamer.

Het fysieke aspect van de stedelijke vernieuwing wordt over het algemeen heel positief ervaren, maar voor de omgeving buiten Le Medi geldt het tegenovergestelde. De bewoners van Le Medi vinden de rest van de wijk duidelijk minder goed onderhouden en schoon. Hier komt het sociale aspect om de hoek kijken. Veel geïnterviewde bewoners wijten dit aan het type bewoners in de rest van Bospolder-Tussendijken. Hier speelt het begrip othering mee. Uit de interviews blijkt dat de bewoners van Le Medi een eilandje in de wijk vormen. Er is weinig tot geen contact met andere wijkbewoners. Het culturele aspect, het mozaïekproject, wordt bestempeld als een eenmalig gemeenschappelijk gebeuren. Iets van dat kaliber moet volgens de bewoners vaker worden georganiseerd. Ze vinden allemaal dat het kunstproject de mogelijkheid heeft geschapen medebewoners goed te leren kennen. Alle geïnterviewde bewoners zien daarom heil in het toepassen van gemeenschapskunst bij andere nieuwbouwcomplexen, maar wel in een breder sociaal verband dan bij Le Medi. Daar is weliswaar samengewerkt met bewoners uit de rest van de wijk, maar de contacten beperken zich nu voornamelijk tot naaste buren die elkaar bij het kunst project al klussend hebben leren kennen. 

KAART: OPENSTREETMAP.ORG
Woon-kunstcomplex Le Medi in Rotterdam

Losse schakel

Nieuwbouwcomplexen kúnnen zorgen voor een meer gemêleerde samenstelling van de bevolking in de wijk en – geholpen door gemeenschapskunst – een flinke impuls geven aan de fysiek-sociale leefomgeving. Maar het is een kunst op zich om mensen intensiever met elkaar te laten omgaan, of in ieder geval een duwtje in die richting te geven. De ervaringen van zowel de initiatiefnemers als bewoners duiden erop dat het sociaal engagement bij Le Medi zou zijn tegengevallen zonder enig ‘opgelegd’ initiatief daartoe. Veel respondenten zijn positief over de economische en sociaalculturele investeringen in de wijk, die mensen het gevoel geven dat zij en hun wijk ertoe doen.

We vragen ons af of gemeenschapskunst een echt duurzame rol kan spelen in de wijk wanneer ook na de oplevering van een nieuwbouwcomplex wordt geïnvesteerd in deze kunst. Een dergelijke duurzaamheid vinden de meeste bewoners bij Le Medi een gemis – het was een tijdelijk en eenmalig kunstproject. Of een blijvend lokaal gemeenschapskunstproject een sociaal-culturele katalysator voor de rest van de wijk en zelfs de stad kan zijn, vergt meer onderzoek. 

 

Dit artikel is gebaseerd op het stadsgeografisch afstudeeronderzoek van Shardé Meijer. Ze werd begeleid door Martin Zebracki, docent-onderzoeker in Critical Human Geography aan de University of Leeds.