Berlijnse ruimte

1 september 2017
Auteurs:
Martin de Jong
geograaf en journalist
Dit artikel is verschenen in: geografie september 2017
Blog: Kaartlezen
Berlijn
Opinie
Berlijn
BEELD: LISA CHARLOTTE ROST/FABIAN BARTEL / DER T AGESSPIEGEL

Het maakte een onvergetelijke indruk, het eerste bezoek aan Berlijn in 1987 als eerstejaars student sociale geografie. Drabbige fantasiekoffie en Eisbein met boterzacht bestek in Oost-Berlijn, pardon: Berlin, Hauptstadt der DDR. De muur uiteraard, waarvan niemand de val, amper twee jaar later, voorzag. En de verrassing dat Berlijn óók uit bossen en glooiende velden met boerderijen bestond. Het gevoel dat die landelijke omgeving bij de stad hoorde, werd nog versterkt door de geopolitieke eilandstatus van West-Berlijn. 

Als je naar de cijfers kijkt, is Berlijn niet echt dunbevolkt: ongeveer dezelfde bevolkingsdichtheid als de gemeente Utrecht. Toch wordt de stad altijd geassocieerd met ruimte. Verspreid door de stad zijn er nog steeds veel open plekken en leegstaande gebouwen. Ondanks de magneetwerking die Berlijn heeft op vooral jongeren en creatievelingen. En ondanks de gentrificatie die daarop volgt, wijk na wijk. Stadsdelen als Mitte, Friedrichshain, Kreuzberg, Tiergarten en Prenzlauer Berg zijn nog altijd drie keer minder druk bevolkt als aan het begin van de 20e eeuw. 

De groene en open ruimte in en rond de stad wordt intensief gebruikt door de Berlijners. De Berlijnse editie van Der Tagesspiegel bracht het grondgebruik van de stad op een slimme en visueel aantrekkelijke manier in kaart. Het totale grondgebruik van elke functie is weergegeven alsof het een deel van de stad is. Zo zie je op de kaart ‘wijken’ voor afval, speeltuinen, begraafplaatsen, infrastructuur en verkeersmiddelen. Meer dan een derde van Berlijn bestaat uit bossen, parken en ander groen. Maar liefst 10% van al dat groen bestaat uit volkstuinen, in totaal zo’n 73.000. Wat dat betreft mag Berlijn zich al lang de hoofdstad van urban farming noemen. Ook menselijk gedrag is in kaart gebracht. Althans, een belangrijk onderdeel daarvan: de 45 liter bier die de gemiddelde Berlijner jaarlijks achterover slaat, is weergegeven als een plas van 2 meter diep. Doe je hetzelfde voor waterverbruik per huishouden (niet op deze kaart ingetekend), dan heb je de oppervlakte van het noordelijke stadsdeel Pankow nodig. De ruim 3,6 miljoen Berlijners zelf nemen relatief weinig ruimte in op de kaart. Let wel: in de berekening krijgt iedere bewoner niet meer dan vier A4-tjes toebedeeld. 

Berlijn mag zich al lang de hoofdstad van urban farming noemen