Vanwege een verbouwing aan ons huis woon ik tijdelijk met mijn gezin op Kijkduinpark, een bungalowpark annex camping in Kijkduin, aan de zuidwestkant van Den Haag. Daar zitten we nu – als ik dit schrijf is het bijna Pasen – al weer twee weken in een zespersoons ‘chalet’. Wat een fraai Frans woord is voor een grote schoenendoos. Maar het is voorlopig mooi weer, dus mij hoor je niet klagen.
De Morvan, op 300 kilometer van Parijs, is in meerdere opzichten interessant voor geografen. Het ontwikkelde zich van een geïsoleerde regio tot geliefde buitenplaats van Parijzenaars en Nederlanders. Maar ook de oorspronkelijke bewoners keren nu terug.
Afrika zit in de lift. Op een recente weten schappelijke conferentie over Afrika in de Verenigde Staten werden veel positieve verhalen gepresenteerd. Er ontstond duidelijk een zilveren rand om het donkere continent.
In het maartnummer van Geografie beschreef Gerrit Knoth zijn ervaringen tijdens de revolutie in Tunesië. Twee maanden later zijn we deze al haast weer vergeten. Egypte, Libië en Japan vochten om onze aandacht. Ter afsluiting een persoonlijke impressie van de ontwikkelingen in Tunis, maart 2011.
Fragmenten uit een mailwisseling met zanger/tekstschrijver Stef Bos over grenzen, reizen muziek en levenservaringen.
Binnen afzienbare tijd verandert er veel aan de Waal bij Nijmegen. Ruimte voor de Rivier voorziet in 2015 in twee ‘dijkdoorbraken’, een brede nevengeul en het ontstaan van een nieuw eiland in de Waal. Het is de zoveelste metamorfose voor Lent, het dorpje aan de overkant.
Frank van Dam maakt voor de rubriek Stad in zicht miniatuurtjes van zaken die hem opvallen in de stad. Tegelijk met de rubriek is hij een blog begonnen.
Den Haag Centraal wordt momenteel flink op de schop genomen. Tijdens de werkzaamheden blijven de treinen en trams natuurlijk gewoon doorrijden. Dat geeft dus een hoop gedoe en overlast. Het duurt al jaren. En het duurt nog jaren. Maar daar wil ik het hier niet over hebben.
Aardrijkskunde als basis voor vervolgstudie, reizen en begrijpen.
Groningen kan bogen op de meest herkenbare leuze uit de regiomarketing. Ook in dat opzicht gaat er niets boven Stad en Ommelanden. Tegelijk staat het noordoostelijke deel van de provincie niet bijster aanlokkelijk op de kaart als krimpregio. Het beeld dat de noorderlingen van zichzelf hebben, is een stuk genuanceerder.