Hoe (on)rechtvaardig publiek beleid de binnenstad raakt

9 juni 2022
Auteurs:
Kennis
Greenwood District, Tulsa, Oklahoma. Deze wijk had de bijnaam ‘Black Wallstreet’ vanwege de ongekende welvaart haar Afro-Amerikaanse inwoners. Vorig jaar was het precies een eeuw geleden dat op 31 mei en 1 juni 1921 de ‘Tulsa rassenrellen’ plaatsvonden. Op de nationale tv in de VS werden vele documentaires uitgezonden over de onrechtvaardige en tragische gebeurtenissen die deze stad heeft meegemaakt.

Een voorbeeld uit de VS: Black Bottom

Van de middeleeuwse civitas tot de hedendaagse multiculturele metropool: binnensteden zijn altijd de meest drukke plaatsen geweest om te wonen, werken en elkaar te ontmoeten. Publieke agora, beloopbare en compacte woonwijken, gemak en voorzieningen trekken mensenmassa's aan. Maar de hoge bevolkingsconcentratie brengt ook verschillende dilemma's met zich mee, zoals overbevolking en inkomenssegregatie. Niet alle oplossingen die leefbaarheid in binnensteden moeten verbeteren, doen recht aan bewoners.

 

Black Bottom is een wijk ten oosten van het centrum van Detroit. In wat ooit moerassig en vruchtbaar boerenland was - vandaar de naam - vestigden zich in de loop van de tijd veel immigranten. Tot aan de eerste helft van de 20e eeuw huisvestte Black Bottom de grootste groep Afro-Amerikanen van de stad. Met bijbehorende winkels, kerken en culturele instellingen zoals jazzsaloons. De kleine houten huizen raakten echter al gauw overbevolkt en ontoereikende riolering zorgde voor slechte hygiënische omstandigheden. Daarom stelden autoriteiten een plan op om de geteisterde wijk te moderniseren, dat er in feite op neerkwam dat de wijk met de grond gelijk gemaakt moest worden. De huisvestingswet van 1949 legaliseerde het ruimen van krotten in de stedelijke gebieden. De Federal Aid Highway Act van 1956 garandeerde de financiering van het plan om een knooppunt van zes rijstroken aan te leggen rond het centrum van Detroit. Een idee van pro-segregatie burgemeester Albert Cobo. Allemaal ten koste van Black Bottom. In totaal werden ongeveer 17 duizend inwoners verdreven om plaats te maken voor de I-375 ‘Chrysler’ snelweg en de modernistische projectwijk Lafayette Park, ontworpen door Mies Van Der Rohe, voor blanke middenklassers. Er zijn geen zichtbare overblijfselen meer van een eens bloeiende gemeenschap.

Black Bottom, Detroit, voor en na stedelijke vernieuwing.

Black Wall Street

Gesegregeerde, etnische wijken hoeven echter niet onderontwikkeld te zijn, en ten onder te gaan aan criminaliteit en armoede. Door groepssolidariteit en vastberadenheid, ondernemerschap en burgerlijke betrokkenheid kunnen gemeenschappen van de grond af opgebouwd worden.

Bijvoorbeeld in de stad Tulsa, Oklahoma, hebben de historische omstandigheden juist bijgedragen aan het ontstaan van het meest welvarende centrum van Afro-Amerikaanse uitmuntendheid, door Booker Washington ook wel ‘Black Wall Street’ genoemd. De oliehausse van 1905 trok een grote gemeenschap van zwarte arbeiders en kooplieden uit het zuiden aan die zich in het Greenwooddistrict vestigden. Zij werden al snel zelfvoorzienende ondernemers, chirurgen, advocaten en runden allerlei bedrijven die nodig waren voor een dergelijke, gesloten economie: kruidenierswinkels, hotels, cafés, theaters, openbare bibliotheek, fotostudio's. Maatschappelijke betrokkenheid groeide mede dankzij de het zwarte dagblad The Tulsa Star, dat opkwam voor gerechtigheid en erkenning van zwarte prestaties.

Maar het was nog steeds een tijdperk van segregatie, en toen Amerikaanse WOI-veteranen, zowel blank als zwart, terugkeerden uit Europa groeide de raciale wrok en jaloezie, wat tot uiting kwam in de ‘Rode Zomer-lynchpartijen’ van 1919 en piekte met het beruchte bloedbad van Tulsa in 1921. Terwijl een blanke menigte, aangewakkerd door een opruiend krantenbericht, protesteerde voor de rechtbank van Tulsa, probeerden enkele gewapende zwarte veteranen uit Greenwood het lynchen van een onschuldige jongeman te stoppen, waarna de hel losbarstte. De woedende blanke menigte stak de eigendommen van zwarte mensen in brand en vernietigde 35 stadsblokken van de hele buurt, waardoor meer dan 10 duizend inwoners van Tulsa dakloos werden en er tussen de 100 en 300 doden vielen - het ergste incident van racistisch geweld in de Amerikaanse geschiedenis. In de nasleep van dit gewelddadige onrecht werd Greenwood tot de grond toe afgebrand en de gemeenschap uiteengedreven.

Greenwood District, Tulsa, Oklahoma, 1 juni 1921, tijdens de tweede dag van het bloedbad; 35 stadsblok-ken werden verbrand, 10.000 inwoners van Tulsa werden dakloos en tussen de 100 en 300 stierven - het ergste incident van racistisch geweld in de Amerikaanse geschiedenis.

Kans op economische groei

Kleine ondernemingen vormen het hart en de ziel van de binnenstad. Slechte toegang tot financieel kapitaal is een van de praktische aspecten die deze gemeenschappen het meest raken. Vaak kent de binnenstad economische problemen en vermijden gewone banken het risico om krediet te verlenen waar dat het hardst nodig is. Om te zorgen voor inclusieve economische groei en kansen werd daarom met CDFI Act van 1994 het Community Development Banking and Financial Institutions Fund in het leven geroepen, om te werken met de in moeilijkheden verkerende bevolkingsgroepen in Amerika. Daarnaast gaf de Humphrey-Hawkins Act van 1978 de Federal Reserve Bank of America opdracht te streven naar minimale werkloosheid. Een andere pijler van de binnenstadsgemeenschap zijn de 258 plaatselijke kredietverenigingen die eigendom zijn van de ongeveer 5000 minderheden die de VS rijk zijn, en waarvan de meeste zijn opgericht door plaatselijke zwarte kerken. De gedeelde middelen helpen nieuwe generaties zich te ontworstelen aan decennia van systemisch racisme, gekenmerkt door onder andere het gebrek aan huizenbezit als gevolg van het redlining-beleid en bevooroordeelde kredietgegevens.

Zeker tijdens de naoorlogse periode, vonden veel landen een snelle oplossing voor betaalbare huisvesting in grote stedelijke hoogbouwprojecten. Aan de rand van bestaande steden werden hele nieuwe wijken van beton en staal gebouwd, een overwinning van de modernistische architectuur van Le Corbusier.

Dergelijke projecten bestonden ook in de Verenigde Staten, met als meest beruchte het appartementencomplex Pruitt-Igoe, ontworpen door Minoru Yamasaki voor de stad St. Louis, Missouri, uit 1954. Gelegen op een terrein van 23 hectare groot waar voorheen sloppenwijken stonden, is met geld van de federale overheid Pruitt-Igoe gebouwd, met 33 flats van elk elf verdiepingen. Het project telde 2.870 appartementen en had ruimte voor meer dan 10 duizend mensen, echter het aanvankelijke succes duurde niet lang. Slecht onderhoud, fysieke achteruitgang, lage bezetting en rassenscheiding resulteerden in vandalisme en jeugdcriminaliteit. Restauratiepogingen werden niet voortgezet en tussen 1972 en 1976 werd het hele project gesloopt. Pruitt–Igoe is een van de vele historische voorbeelden die de grenzen van het stadsvernieuwingsbeleid laat zien.

Europa

In Europa zijn de binnensteden diverser, vooral wat betreft uiterlijk en tijdsperiode: van de pittoreske en toeristische historische stadscentra, tot de meer afgelegen, maar zeer dichtbevolkte sociale woningbouwprojecten van na de Tweede Wereldoorlog, zoals de banlieux in Frankrijk.

In Nederland was, historisch gezien, Rotterdam-Zuid met hoge werkloosheid en veel schooluitval een binnenstad die als ongewenst werd beschouwd. Om zowel bewoners als bezoekers van buitenaf een vertrouwensboost te geven, hebben lokale autoriteiten de strategie van place branding toegepast. Met ‘Zuid wil vooruit’, en voor Katendrecht de rebelse slogan ‘Kun jij de Kaap aan?’ geeft Rotterdam-Zuid het beeld van een levendige binnenstadsgemeenschap van mensen die niet bang uitgevallen zijn. Als je de vergelijking maakt tussen het Rotterdamse Pendrecht en Pruitt-Igoe, kun je zien hoe twee tegengestelde benaderingen van rectificatie hebben geleid tot enorm verschillende resultaten verderop in de tijd: de ene buurt blijft levend en wel, de andere is leeg en verlaten.

Pruitt-Igoe project in St. Louis, Missouri, Verenigde Staten (boven).
De wijk Pendrecht, Rotterdam-Zuid (onder).

Rechtvaardig beleid ter verbetering van de leefbaarheid moet ten dienste staan van de bewoners. Ondanks goede bedoelingen heeft stadsvernieuwing uit het verleden vaak geen recht gedaan aan binnensteden. De beste aanpak zou een conservatieve moeten zijn met behoud en emancipatie van de plaatselijke bewoners.

 

BRONNEN

 

Een Engelse versie van dit verhaal verscheen eerder op Girugten