Mens en aarde, mug en olifant

18 oktober 2018
Auteurs:
Daan Tamminga
student Aardwetenschappen, Universiteit Utrecht
filosofie
aardwetenschappen
Opinie
FOTO: MARTINO PIETROPOLI/UNSPLASH

Wij leven op deze aarde en hebben te maken met haar grillen. We willen natuurverschijnselen als aardbevingen, overstromingen en klimaatschommelingen begrijpen en kunnen voorspellen. We maken echter ook veel gebruik van deze aarde. Ze levert energie en delfstoffen die we nodig hebben. Redenen genoeg om de aarde beter te leren begrijpen. Hieruit is de wetenschap ontstaan die zich hiermee bezighoudt: de aardwetenschap. Een wetenschap die, zoals alle wetenschappen, door mensen gecreëerd is. Hoe verhoudt de mens zich tot de aarde en tot deze aardwetenschap?

 

De invloed die de mens op de aarde heeft is significant. Zo zal bijvoorbeeld de, door mensen veroorzaakte, stijging van CO2 in de atmosfeer gereconstrueerd kunnen worden aan de hand van sedimenten. De mensheid is de eerste soort die door het bewonen van de aarde merkbare invloed uitoefent op de vormen, condities en processen aan het aardoppervlak.  Sinds de industriële revolutie groeit deze invloed. We bevinden ons in het Antropoceen, een nieuw tijdperk. ‘The impacts of human activity will probably be observable in the geological stratigraphic record for millions of years into the future, which suggests that a new epoch has begun’ (Simon L).

Er zijn natuurlijk verschillende manieren waarop de mens invloed heeft op de aarde. Zo veranderen we het uiterlijk van de aarde, denk aan nachtelijke satellietbeelden van Europa. Ook beïnvloeden we het klimaat en delven we grondstoffen. De invloeden hebben de overeenkomst dat ze allemaal gericht zijn op het overleven en ontwikkelen van de mensheid op korte termijn. Het gevaar zit hem in die laatste drie woorden. De activiteiten van de mens die invloed hebben op de aarde zijn niet duurzaam. Denk aan het gebruik van olie als energiebron. Door dit buitenproportionele gebruik wordt de voorraad op korte termijn uitgeput terwijl we er tegelijkertijd steeds afhankelijker van worden. Om nog maar te zwijgen over de gevolgen die de verbranding van deze brandstof met zich meebrengen.

De kreten ‘Het klimaat gaat eraan!’ of ‘We verwoesten de aarde!’ worden vaak nogal ondoordacht uitgeschreeuwd. In het verleden heeft de aarde klimaten gekend die extremer waren dan het doemscenario waar nu over gepraat wordt. Het is de mens die het zichzelf moeilijk maakt als we zo doorgaan, maar het leven en de aarde zullen blijven voortbestaan. Het leven is geëvolueerd zodat deze past in een mal. Deze mal is gedurende miljoenen jaren gevormd door de wetten van het heelal en de condities hier op aarde. Door een voor de aarde minimale verandering in condities (zoals een opwarming van het klimaat) vervormt de mal en kan de mens het moeilijk krijgen. Het zal liggen aan het aanpassingsvermogen van een soort of deze overleeft of niet.

Ooit geloofde de mens dat de zon, de sterren en het hele universum om de aarde heen draaiden

Het is de mens eigen om zichzelf en de mensheid een grotere rol te geven in het universum dan reëel is. Denk aan de geschiedenis van de wetenschap. Ooit geloofde de mens dat de zon, de sterren en het hele universum om de aarde heen draaiden. De aarde en in het bijzonder de mens zou centraal staan in het universum. Het was Copernicus die kwam met een theorie over hoe de aarde, samen met andere planeten, om de zon draait. In die tijd wilde niemand natuurlijk geloven in zo’n afbreuk aan onze voorkeurspositie in het universum.

Nietig

Bij het bestuderen van de aarde wordt de menselijke nietigheid echt duidelijk. De aardwetenschap is de wetenschap die onderzoek doet naar de aarde, zijn structuur, verleden en processen. Er wordt gewerkt met de geologische tijdschaal. Deze loopt van 4600 miljoen jaar geleden tot nu. Wanneer je je bedenkt dat de eerste homo sapiens ongeveer 0,125 miljoen jaar geleden rondliepen wordt de irrelevantie van de mens in deze wetenschap al snel duidelijk. Uit persoonlijke ervaring kan ik zeggen dat, met name tijdens de geologische veldwerken, dit een dagelijkse realisatie is. In de Pyreneeën liep ik tussen stenen die ongeveer 100 miljoen jaar geleden op de bodem van een zee zijn gevormd. Tijdens de botsing van het Iberische schiereiland met Frankrijk is deze gigantische massa door aardse krachten kilometers verplaatst, zowel in horizontale als verticale afstand. Dit gebeurde samen met al het andere gesteente, vaak nog honderden miljoenen jaren ouder, dat samen het reliëf veroorzaakt dat wij nu kennen als de Pyreneeën. Bovendien zijn deze Pyreneeën alleen het puntje van een stenen ‘ijsberg’ die grotendeels in de lavazee eronder is gezakt. De omvang en massa hiervan zijn niet voor te stellen… Ben je al duizelig?

Dit schaalverschil veroorzaakt de beperking die de mens ervaart bij het bestuderen van de aarde. Het (re)construeren van gebeurtenissen op de aarde en ontwikkelingen van het klimaat is een taak die ontzettend veel data vergt. De beschikbare data komt uit bronnen die per toeval bewaard zijn gebleven en bestudeerd kunnen worden door de wetenschapper. De gigantische hoeveelheid data die niet bewaard is gebleven of die onbereikbaar is (denk aan stenen die niet aan het oppervlakte liggen) kan dus nooit meegenomen worden in het onderzoek. De aardwetenschapper komt met een theorie aan de hand van de beschikbare data maar kampt eigenlijk met een permanent tekort aan data. ‘Earth-scientific explanations are typically hampered by local underdetermination by the data to such an extent that complete causal explanations are impossible in practice, if not in principle.’ (Maarten G. Kleinhans).

De bewustwording van het schaalverschil en het feit dat we onze houding ten opzichte van de aarde moeten aanpassen zullen centraal moeten staan in oplossingen van huidige problemen. Om als mensheid te overleven en te ontwikkelen zullen we onze nietigheid ten opzichte van de aarde moeten erkennen. We moeten onze invloed op de aarde minimaliseren en zullen onuitputbare energie- en grondstofbronnen moeten ontwikkelen. De mens en zijn problemen zijn muggen ten opzichte van olifant Aarde, het wordt tijd dit te erkennen!

 

  • S.L. Lewis & M.A. Maslin (2015), Defining the Anthropocene, Nature 519(7542):171-180.
  • M.G. Kleinhans et all (2010), Philosophy of Earth Science. Oxford: Blackwell.
Over de auteur

Daan Tamminga rondde in 2018 zijn bachelor Aardwetenschappen aan de Universiteit van Utrecht af. Tijdens geologisch veldwerk werd hij vaak geconfronteerd met de nietigheid van de mens ten opzichte van de aarde. Met filosofische insteek blogt Daan daarover op geografie.nl.