Papoea's - een geplaagd volk dat niet gehoord wordt

25 november 2019
Auteurs:
Ronald Kranenburg
hoofdredacteur Geografie, KNAG
Dit artikel is verschenen in: geografie november/december 2019
Kennis
FOTO: MUHAMMAD RIFKI ADAM BO/UNSPLASH

Van Hongkong tot Libanon, overal klinken volksprotesten. Het geluid van de Papoea’s, die zich afgelopen augustus weer roerden, wordt andermaal overstemd. Zij voelen zich gediscrimineerd door de Indonesische staat. Nederland heeft een ereschuld. Een tweeluik over de achtergronden. 

 

De afgelopen maanden vielen er in Papoea tientallen doden en gewonden. Sinds half augustus is het onrustig op het door Indonesië bestuurde eiland. Maar dat is zeker niet voor het eerst. Indonesië zou in 1962 onterecht de zeggenschap over Papoea hebben overgenomen en op het eiland klinkt de roep om een referendum over onafhankelijkheid. Raciale en etnische discriminatie lijkt een belangrijke factor in het conflict. De Papoea’s beschuldigen de Indonesiërs ervan hen te discrimineren omdat de Papoea's zwart zijn. In de ogen van de Indonesiërs zouden ze stinken, lui en alcoholisten zijn. 

Indonesië 

Het is geen toeval dat het juist nu onrustig is. Papoea, het westelijk deel van het eiland Papoea-Nieuw-Guinea, bestaat uit de provincies Papoea en West-Papoea. Deze hebben nog tot 2021 een speciale autonome status binnen Indonesië, waardoor er extra overheidsfondsen beschikbaar zijn. Overleg over hoe het verder moet na 2021 is vastgelopen. Waar Indonesië het gebied economisch vooruit wil helpen met bijvoorbeeld investeringen in de infrastructuur, willen de Papoea’s zelf vooral onafhankelijkheid. Dit is echter onbespreekbaar voor de Indonesische overheid, die vreest dat andere volken/gebieden dit voorbeeld zouden willen volgen. Om het gebied beter te integreren in de Indonesische staat, worden Indonesiërs uit andere gebieden door de overheid aangemoedigd zich hier te vestigen. Hoewel de Papoea’s geen wrok koesteren tegen de nieuwkomers maar tegen ‘het systeem’, zoals ze het zelf noemen, leidt het in de praktijk tot ‘horizontale conflicten’: geweld tussen Papoea’s en niet-Papoea’s. De eersten voelen zich achtergesteld nu de tweede groep steeds meer winkels overneemt en het openbare leven bepaalt. De afgelopen weken waren niet-Papoea’s bijvoorbeeld boos toen Papoea’s lokale bestuurders dwongen de Morgenstervlag te hijsen, het symbool van een onafhankelijk Papoea. 

Nederland 

Nederland mag zich de hopeloze situatie aantrekken. Papoea was tot 1962 het laatste overblijfsel van de Nederlandse koloniale overheersing in de regio. In dat jaar kreeg Indonesië, via bemiddeling van de Verenigde Naties, tijdelijk de zeggenschap over het gebied, onder de voorwaarde dat de bevolking zich mocht uitspreken over onafhankelijkheid. Het aanvankelijk beloofde referendum werd vervangen door een consultatieronde langs stam- en dorpshoofden, die onder grote druk van het Indonesische leger unaniem ‘kozen’ voor aansluiting bij Indonesië. Het nationaal zelfbewustzijn in Nederlands-Nieuw-Guinea, het latere Papoea, was evenwel al in 1944 gezaaid door het Nederlands bestuur van het gebied. Vanwege het gebrek van bestuurlijke kwaliteiten onder de lokale bevolking begon het Nederlandse koloniale bewind in hoog tempo met het opleiden van een nieuwe middenklasse van docenten, verpleegsters en politieagenten en een nieuwe politieke elite. Deze Papoea’s ontwikkelden een sterke lokale identiteit en hadden weinig op met de rest van toenmalig Nederlands-Indië. 

Deze lokale elite kwam echter buitenspel te staan in het geopolitieke spel rond de dekolonisatie van het laatste door Nederlands bestuurde gebied in ‘de Oost’. Daarover meer in het volgende artikel. 

Papoea in Indonesië