De buurtgarage
Ik woon in een zogeheten ‘jaren 30-wijk’, de Vruchtenbuurt in Den Haag. Als je oppervlakkig kijkt, zie je daar vooral eengezinswoningen met een erker, een tuin en oranjerode dakpannen. Een brave, rustige en afgaand op de idiote vraagprijzen populaire woonbuurt. Gewild, maar niet wild. Zelfs een beetje saai.
Als je beter kijkt, zie je dat er niet alleen wordt gewoond, maar dat er ook buiten de buurtwinkelstraat kleine bedrijven en ondernemingen zitten. Een loodgieter, fietsenmaker, huiswerkbegeleidingsinstituut, financieel adviseur, makelaar, schoonheidssalon en zo kan ik nog wel even doorgaan. Vaak gehuisvest in voormalige winkelpanden op de hoeken van de bouwblokken. Ik hou van die bedrijvigheid in de buurt, van de afwisseling. Het meest fascinerend vind ik de buurtgarages. Je ziet ze veel in oudere stadswijken, dus ook hier. Altijd een beetje groezelig, met monteurs in vuile overalls, door de openstaande deuren schallende muziek, auto’s op de brug en soms een oude, niet meer functionerende benzinepomp voor de deur. Je kunt erheen voor een kleine reparatie, een nieuwe accu, banden of een apk. De buurtgarages verdwijnen echter langzaam uit het straatbeeld. Dit onder invloed van strengere milieuregels en de geleidelijke toename van het aantal hybride en elektrische auto’s. De standaard merkdealers, gevestigd aan de stadsranden en op bedrijfsterreinen, voeren steeds vaker de reparaties en onderhoudswerkzaamheden uit.
De grote bedrijfsruimte is onlangs verbouwd tot een aantal patiowoningen
Bij mij om de hoek, in de Sinaasappelstraat, waren voorheen een stuk of vier garages gevestigd. Ook ik had bij een ervan mijn auto in onderhoud. Het bedrijf is inmiddels verdwenen en de grote ruimte is onlangs verbouwd tot een aantal patiowoningen. Nu resteert er nog één garagebedrijf in de Sinaasappelstraat. Ik ben benieuwd voor hoelang nog.
Ik ben een groot voorstander van herbestemming van voormalig bedrijfsvastgoed tot woningen, maar vind de ontmenging van functies en verdwijnende levendigheid toch een beetje jammer.
Tips of suggesties voor ander erfgoed van straks? Laat het me weten. Bijvoorbeeld via Twitter: @fietsenmetfrank