Europese Green Deal voor nieuw elan

29 januari 2021
Auteurs:
Virginie Mamadouh
Geografie, Planologie & Internationale Ontwikkelingsstudies, Universiteit van Amsterdam
Herman van der Wusten
Geografie, Planologie & Internationale Ontwikkelingsstudies, Universiteit van Amsterdam
Dit artikel is verschenen in: geografie februari 2021
Europese kwestie
Kennis
FOTO: EUROPEAN UNION, 2020
Vanuit het Berlaymontgebouw stuurt de Europese Commissie het mediaoffensief rondom de Green Deal. Hier figureert Frans Timmermans, als vicepresident en hoofdverantwoordelijke van de Green Deal, bij de lancering op 16 december 2020 van het European Climate Pact, een campagne c.q. oproep aan de Europese bevoking om mee te werken aan een groener Europa.

De Europese Green Deal gericht op duurzaamheid omvat een reeks voornemens op allerlei beleidsterreinen, van landbouw tot stedelijke ontwikkeling. Ook het financiële pakket voor pandemiebeleid is eraan gekoppeld. Zo wordt het initiatief onderdeel van een veel bredere deal voor Europese samenwerking en nieuw elan.

 

In 1932 introduceerde Franklin Delano Roosevelt in de Verenigde Staten zijn New Deal als reisgids om uit de economische crisis van 1929 te raken. De president wilde een nieuw soort overeenkomst aangaan met het Amerikaanse volk gericht op meer bestaanszekerheid. Grote publieke investeringen moesten voor werk in infrastructurele projecten zorgen. Er kwamen wegen, vliegvelden, dammen, scholen en andere publieke gebouwen. Latere groene varianten zoals de i van de Verenigde Naties en de Green New Deal van een Britse denktank in 2008 hadden groene én sociaaleconomische doelen voor ogen. Het lijkt erop dat dit ook gaat gelden voor de Europese Green Deal, waaraan de EU sinds 2019 invulling probeert te geven.

Klimaatneutraliteit

In de Europese samenwerking is al heel lang sprake van milieubeleid. Sedert 1972 stelt de Europese Commissie meerjarige Milieuactieprogramma’s op. Gaandeweg zijn daarin duurzame ontwikkeling en klimaat centraal komen te staan. Sinds de zomer van 2019 werkt de nieuw aangetreden Commissie onder leiding van Ursula von der Leyen aan een Europese Green Deal. Vicevoorzitter Frans Timmermans is hiervoor de eerst verantwoordelijke. Het programma moet de EU op koers brengen richting klimaatneutraliteit in 2050. Het voorziet in een actieplan om op een schone, circulaire economie over te schakelen, de biodiversiteit te herstellen en de vervuiling terug te dringen. Het geeft aan welke investeringen en financiële instrumenten daarvoor nodig zijn en hoe dat op een rechtvaardige manier kan. Het behalen van CO2-neutraliteit in Europa in 2050 wordt wettelijk vastgelegd (figuur 1). Het programma richt zich in hoofdlijnen op: (1) milieuvriendelijke technologie in productieprocessen; (2) schoner, goedkoper en gezonder particulier en openbaar vervoer; (3) een koolstofvrije energiesector; (4) hoge energie-efficiëntie van gebouwen én (5) internationale samenwerking om de mondiale milieunormen te verbeteren. Want een wereldkampioenschap klimaatneutraliteit zonder directe navolgers zet weinig zoden aan de dijk. Timmermans steekt daar dan ook veel energie in. Klimaatneutraliteit tegen 2050 wordt inmiddels al omarmd door Japan, Zuid-Korea en Zuid-Afrika, en het Verenigd Koninkrijk heeft eveneens ambitieuze plannen.

Figuur 1: Europese Green Deal

In december 2019 onderschreef de Europese Raad van verantwoordelijke ministers uit de lidstaten het streven naar Europese klimaatneutraliteit in 2050. Alleen Polen wilde zich daaraan nog niet verbinden. In maart 2020 bracht de Europese Commissie een wettelijke verplichting tot klimaatneutraliteit in 2050 in discussie. Daarna ontspon zich een strijd over de tussendoelen voor 2030 en 2040 en over maatregelen om lidstaten met grote hindernissen zoals Polen een handje te helpen. Eind 2020 was de Raad van klimaatministers het vergaand eens over de klimaatregeling, behalve over het streefdoel voor 2030. Dit werd ten slotte in december 2020 in de Europese Raad vastgesteld op 55 procent reductie. Ook op heel wat deelterreinen is inmiddels een begin gemaakt met regelgeving.

Lidstaten, regio’s en steden

Ook de afzonderlijke EU-lidstaten, regio’s en steden ontwikkelen groen stimuleringsbeleid. In Nederland is de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland actief, met vierduizend ambtenaren in Den Haag en zes andere steden verspreid over het land. Een belangrijke impuls richting bedrijven is nu de SDE++regeling, Stimulering Duurzame Energieproductie en Klimaattransitie. Op interregionaal niveau richt het Comité van de Regio’s van de EU de aandacht op alle onderdelen van de Green Deal die zich in steden en landelijke gebieden kunnen afspelen. Daarbij wordt opmerkelijk veel verwezen naar de landbouw en de rurale regio’s: namelijk als onderwerp van integrale transformatie, als toneel van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (CAP), als kopstation op de lijn ’Farm To Fork’ en als hoofdbewaarplaats van ‘Europe’s natural capital’. Ook steden – vaak met groen gekleurd electoraat – vormen steunpilaren van groen beleid; dat is daar al langer geworteld. Eurocities, het grootste stedennetwerk van Europa, heeft de Green Deal omarmd en sloot in oktober een Green City Akkoord met de Commissie.

Landbouwbeleid

Het ontwerp van de Green Deal in Brussel raakt aan de oudste sectorale samenwerking in Europa, namelijk het Gemeenschappelijke Landbouwbeleid (CAP). Een groot – volgens velen te groot – deel van het EU-budget gaat nog steeds naar de landbouwsector. Daarover wordt al decennia touw getrokken tussen talloze belangenbehartigers, deskundigen en beleidsbepalers, waarbij lidstaten vaak diametraal tegenover elkaar staan. Over het CAP-budget 2021-2027 is dan ook meerdere jaren stevig onderhandeld. In oktober kwam het tot overeenstemming in respectievelijk de Raad van landbouwministers en het Europees Parlement. Nu moet daar in driezijdig overleg (met de Commissie erbij) nog een eindresultaat uit komen. Pas dan is de zaak rond. Vooral de leden van het Europees Parlement stonden onder voortdurende druk van groene ngo’s en stemmen als die van Greta Thunberg. De laatsten hamerden op het koppelen van duurzaamheidseisen aan inkomenssteun en ondersteuning van de bedrijfsvoering in de agrarische sector. Uiteindelijk kwamen de grote drie in het Parlement (christendemocraten, sociaaldemocraten en liberalen) tot een gezamenlijk standpunt. Dat ging verder in de groene richting dan de Raad van landbouwministers voorstond, maar niet zo ver als de groenen en extreem links in het Parlement bepleitten, laat staan ngo’s en groene woordvoerders erbuiten. Timmermans bemoeide zich nadrukkelijk met de eerste vergadering waarin de Raad van ministers en het Parlement tot een eindbeslissing moesten komen. Zo pogen vele actoren het landbouwbeleid in groene richting te duwen. Maar er is nog een lange weg te gaan.

Nieuw Europees Bauhaus

Een ander facet van de Europese Green Deal is de ruimtelijke inrichting. Daartoe lanceerde Ursula von der Leyen in oktober 2020 een Nieuw Europees Bauhaus. Ze had dit al aangekondigd in haar state of the union-speech in het Europees Parlement op 16 september. De naamgeving verwijst naar de architectuur- en designopleiding Bauhaus, in 1919 opgericht in Weimar door Walter Gropius met een gezelschap van kunstenaars en ambachtslieden van allerhande disciplines, en na een verhuizing naar Berlijn ten slotte door de nazi’s gesloten in 1933. Veel Bauhausuitingen in stedenbouw, architectuur en toegepaste kunst zijn befaamd. Bauhaus is nog steeds een lichtend Europees voorbeeld van toegepaste kunst binnen de gebouwde omgeving. Volgens de Europese Commissie zijn gebouwen verantwoordelijk voor 40 procent van het energiegebruik en 36 procent van alle broeikasemissies. Een Nieuw Europees Bauhaus kan in de ogen van de Commissie een van de steunpilaren onder de Europese Green Deal worden. Architecten, kunstenaars, studenten, wetenschappers en ingenieurs kunnen hier samen werken aan betere gebouwen, woonwijken en steden. Duurzaamheid, hergebruik en digitalisering staan daarbij centraal.

Er zijn inmiddels vijf projecten aangekondigd die draaien om natuurlijke bouwmaterialen, energie-efficiëntie, demografie, toekomstgerichte mobiliteit en digitale innovatie. Het initiatief sluit aan bij een opkomende gedachtegang dat ontwerpers kunnen optreden als bruggenbouwers tussen onderzoek en beleid, ook bij grote onderzoeksprogramma’s van allerlei overheden. Het EU-programma Horizon 2020 voor onderzoek, technologische ontwikkeling en innovatie wordt nu ook dienstbaar gemaakt aan de Europese Green Deal en stimuleert zulke samenwerkingsverbanden.

Next Generation EU

De wereldwijde covid-19-pandemie heeft alles in een nieuw perspectief gezet. In juli 2020 werd de Europese Raad het na vier dagen duwen en trekken eens over een vernieuwde EU-begroting van 1074,3 miljard euro, bestaand uit een budget voor de komende zeven jaar (dat al lang in onderhandeling was) en een herstelplan van 750 miljard euro, Next Generation EU (figuur 2). Alleen de Poolse premier onthield zich van stemming.

Figuur 2: EU-begroting 2021-2027 en herstelplan

Tevoren was er al uitvoerig onderhandeld over de verdeling van het EU-budget over de diverse posten (landbouw en sociale steun, innovatie, waaronder bijdragen aan de Green Deal, migratievraagstukken enzovoorts). Daarnaast ging het over de contributieverminderingen van onder andere Nederland en over de budgettaire consequenties van de uittreding van het Verenigd Koninkrijk. Met covid-19 verdwenen die onderwerpen kortstondig naar de achtergrond en draaide alles om het vinden van een passend antwoord op de virusuitbraak en de sociaaleconomische ramp als uitvloeisel daarvan.

De EU hoestte direct al 540 miljard euro op ter ondersteuning van bedrijven, werknemers en lidstaten. Vervolgens kwam er een Next Generation EU-fonds naast de reguliere begroting. Figuur 2 laat zien dat de totale uitgaven bijeengevoegd zijn. Voor de bijdragen aan de reguliere begroting gelden merendeels vaste normen – ze komen vrijwel geheel uit de nationale budgetten. Voor het nieuwe fonds leent de Europese Commissie op de kapitaalmarkt onder garanties van de lidstaten, wat leidt tot gedeelde schulden tussen de lidstaten – een nieuwe situatie. De bedragen worden uitgekeerd in de vorm van giften en leningen. Voor de toekenning van bedragen uit de zevenjarige begroting aan projecten in deelstaten bestaan al procedures. Voor het Next Generation EU-fonds is een traject ingericht met tweemaal een jaarlijkse indiening, en besteding in de komende zeven jaar op basis van goedgekeurde nationale plannen, met een toezichtfunctie voor de Europese Raad. Het is de bedoeling dat in de nationale plannen 30 procent besteed wordt aan de klimaattransitie (de centrale doelstelling van de Green Deal) en ook nadruk wordt gelegd op digitalisering, een ander belangrijk punt in het programma van de Europese Commissie.

Bovendien heeft de Europese Commissie een rule of law-toets toegevoegd. Er heerst namelijk al enkele jaren grote ongerustheid binnen de EU over schendingen van de rechtstaat in Polen en Hongarije. Vooral onder druk van het Europees Parlement wilde men daar niet langer in berusten. Over die toets ontstond in december groot tumult, omdat Hongarije en Polen dreigden met veto’s op budgetbeslissingen in de Europese Raad. Maar de rechtstaattoets kwam er – met een toelichting – toch en alle lidstaten gingen akkoord.

Hoop

De in 2019 ingezette koers naar een Europese Green Deal heeft na anderhalf jaar enigszins vorm gekregen in een ‘klimaatwet’, vooralsnog schrale pogingen tot duurzamer landbouwbeleid en enkele Bauhaus-projecten. De verhoogde samenwerking vanwege de pandemie heeft het initiatief zonder meer verder geholpen. Na het vertrek van het Verenigd Koninkrijk uit de EU, de staatsrechtelijke perikelen in Polen en Hongarije, en de start van vaccinatieprogramma’s tegen covid-19 lijkt de Green Deal ‘het grote verhaal’ van Europa te worden. Een verhaal dat hoop kan brengen, net zoals Franklin D. Roosevelts New Deal dat deed in de jaren 1930 van de depressie in de VS.