De bergfilm: van heldenverering tot introspectie

30 oktober 2022
Auteurs:
Dit artikel is verschenen in: geografie november/december 2022
film
Kennis
FOTO: ROYAL GEOGRAPHICAL SOCIETY
Kapitein John Noel filmde de Everest-expeditie van 1924 voor de Royal Geographical Society.

Aan de rand van de Eifel en Ardennen, in Heerlen en Aken, ‘daar waar de bergen beginnen’, vond begin november voor de twaalfde keer het Dutch Mountain Film Festival plaats. Organisator Toon Hezemans vertelt wat er zo bijzonder is aan bergfilms.

De bergfilm is een van de oudste genres van de cinematografie. Film was nog maar net uitgevonden toen een Britse alpinist in 1902 zijn beklimming van de Mont Blanc op celluloid vastlegde. De Britse Royal Geographical Society, in 1830 opgericht ter bevordering van de geografische wetenschap, financierde ontdekkingsreizigers als Robert F. Scott, Ernest Shackleton, John Hunt en George Hillary. In ruil kreeg de Society de verslagen, kaarten en kennis die zij tijdens hun expedities verzamelden. Unieke fotoafdrukken, glasnegatieven en ook filmopnames toonden voor het eerst een beeld van woeste landschappen van rots, ijs en sneeuw en zware ontberingen. De reportages bereikten een groot publiek, dat zich graag in een goed verwarmde bioscoop vergaapte aan die stoere zeelieden en bergbeklimmers, die onder barre omstandigheden de laatste geheimen aan de aarde probeerden te ontfutselen.

In 1919 verscheen de film South van Frank Hurley over de desastreus verlopen expeditie van Ernest Shackleton naar de Zuidpool. Vijf jaar later volgde de indringende documentaire The Epic of Everest van John Noel over de Britse Mount Everest-expeditie van 1924. In South zie je hoe Shackletons schip de Endurance wordt gekraakt door het ijs en de bemanning aan zijn epische overlevingstocht begint. In de Everest-documentaire is voor eeuwig vastgelegd hoe George Mallory en John Irvine als stipjes aan de horizon door de zone des doods bewogen voor hun aanval op de top van de Mount Everest, waarvan zij nooit zouden terugkeren.

Bergfilms zijn een waarschuwing én een inspiratiebron

Grensverleggend

In bergfilms worden grenzen verlegd. De hoogste bergen worden beklommen, de verste horizonten verkend, de mooiste natuuropnamen gepresenteerd en de meest extreme cameraposities opgezocht. De bergfilm toont de mens in confrontatie met de ongetemde natuur. Het is een van de grote dilemma’s die de kunst al sinds de Romantiek bezighoudt: de spanning tussen mens en natuur. De romantische schilder Caspar David Friedrich verbeeldde dat met Der Wanderer über dem Nebelmeer (1818). Een man op de rug bezien, kijkt uit over een in nevelen gehuld bergpanorama, een eenzame ziel ver van de bewoonde wereld. Zijn stadse wandelkleding en wandelstok verraden echter dat hij ‘slechts’ een toerist is, die zich mijmerend inbeeldt dat hij heldhaftig en helemaal alleen de overweldigende bergwereld uitdaagt.

‘Natuurlijk’

Met de komst van de film werd nog duidelijker dat het romantisch ideaal de natuur als dolende eenling in al haar maagdelijkheid te kunnen ervaren en beschrijven, onmogelijk is. In hoeverre is de natuur die we afgebeeld zien onaangetast of ‘natuurlijk’? Kan de mens de sporen van zijn eigen aanwezigheid ooit uitwissen? Sterker nog: bestaat er zoiets als de objectieve natuur op foto of in film, wanneer er voor de registratie altijd een mens aanwezig moet zijn? Nooit kun je je als mens onttrekken aan de mens, zelfs niet wanneer je alleen bent. Filmopnames van een bergbeklimmer die in z’n eentje een niet eerder bedwongen bergtop betreedt, roepen bij de kijker meteen de vraag op wie de camera hanteert.

Met de komst van internet en sociale media is het nog complexer geworden. Op de duizenden foto’s van de Preikestolen in Noorwegen die je op Instagram vindt, lijkt het of er geen andere mensen in de buurt zijn. Het fictieve beeld van de totale afzondering op een hoge rots wordt real time met volgers thuis gedeeld. Ter plekke tracht de fotograaf/filmer het ideale beeld uit het collectieve digitale geheugen te reconstrueren, ongeacht de realiteit. In dat ideale beeld is de bergwereld onveranderlijk, leeg en maagdelijk wit.

Rolwisseling

De documentaire bergfilm neemt je als toeschouwer mee en het is alsof je zelf aanwezig bent in de natuur. Vaak zijn de omstandigheden waaronder deze films gedraaid worden zo uitdagend, dat de makers zelf het onderwerp zijn. Of er vindt plotseling een rolwisseling plaats: na een ongeluk, lawine of aardbeving worden de makers ineens onderdeel van de film. Voor reclamefilmers bieden de bergen een onuitputtelijk decor en voor de amateurfilmer is het repoussoir van Caspar David Friedrich het ultieme camerastandpunt. Ongenaakbare bergtoppen inspireren mensen al eeuwen tot mythische verhalen over monsters en goden, die van zich laten horen met lawines en steenslag. In de berg-speelfilm wordt het drama door de barre omstandigheden uitvergroot en onafwendbaar. De bergketens vormen een grens die overwonnen moet worden en het bereiken van de top is een bovenmenselijk prestatie.

FOTO: THORVARDUR ARNASON
Kieran Baxter, hier bij de sterk slinkende Heinabergsjökull (gletsjer) in IJsland, behoort tot een nieuwe generatie filmmakers die klimaatverandering in de bergen documenteert.

Klimaatverandering

Juist in deze onherbergzame oorden is de klimaatverandering het meest zichtbaar. Er vinden catastrofale ontwikkelingen plaats, die cynisch genoeg spectaculaire beelden opleveren. Het afgelopen jaar was rampzalig voor de Zwitserse gletsjers: alle records van smeltend ijs werden verpulverd. In de winter had het al weinig gesneeuwd en met de aanhoudende hittegolven in de zomer ging meer dan 6% van het ijsvolume verloren. Door de toenemende droogte en smeltende permafrost worden gebergten minder stabiel, neemt het risico op lawines toe en verandert de afwatering met kans op verwoestende vloedgolven. Vallend gesteente maakt klassieke wandel- en klimroutes zo gevaarlijk dat ze onbegaanbaar of zelfs verboden worden.

Toevluchtsoord

Tegelijkertijd zoeken steeds meer mensen de natuur weer op. Sinds het begin van de eeuw en versneld door de coronapandemie ontdekken jonge stedelingen opnieuw de bergen. Ze willen ontsnappen aan een maatschappij die alsmaar meer eisen stelt, en aan de ononderbroken lawine van prikkels. Er lijkt zelfs een direct verband te bestaan tussen de stijgende temperaturen en het aantal mensen in de bergen. De koele hoogten en verfrissende meren zijn een toevluchtsoord tijdens hittegolven.

Introspectie

Een nieuwe generatie filmmakers gaat op zoek naar het archetypisch beeld van de bergen, maar treft een wereld van terugtrekkende gletsjers, instortende bergwanden, opdrogende bergmeren en kale skihellingen. De hedonistische blik van de filmmakers van twintig jaar geleden, toen de helmcamera zijn intrede deed en helikopterskiërs langs poedersneeuw scheerden, heeft plaatsgemaakt voor introspectieve documentaires over de kwetsbaarheid van de natuur. Klimaatverandering wordt steeds vaker een thema in bergfilms.

Historisch beeldarchief

De bergfilm grossiert in schilderachtige ijsformaties, maagdelijke sneeuwvelden en reusachtige rotswanden tegen een oneindige sterrenhemel. Het leven van bergbewoners, van mens en dier, werd erin vastgelegd. De camera ging mee met eerste beklimmingen van de Himalayareuzen en onmogelijke rotsroutes. Maar veel van wat werd vastgelegd, is aangetast, door toeristen overspoeld, veranderd of verdwenen. Bergfilms vormen een historisch beeldarchief. Ze tonen de schoonheid en de kwetsbaarheid van de bergen. Ze zijn een waarschuwing én een inspiratiebron.