Klimaatbestendig Nederland in 2120

17 maart 2020
Auteurs:
Florien Willems
webredacteur geografie.nl
klimaatverandering
duurzaamheid
Nederland
Nieuws
FOTO: MARTIJN BOUDOIN/UNSPLASH

Een team onderzoekers van Wageningen University & Research presenteerde begin dit jaar een plan voor klimaatbestendig en natuurlijker Nederland in 2120. Een toekomstvisie met het doel om tot discussie aan te zetten. En dat lukt.

 

Wat moet Nederland doen om in 2120 bestand te zijn tegen klimaatverandering, droogte, hitte en zeespiegelstijging? Waar moeten mensen wonen, waar halen ze hun energie vandaan, hoe komen ze aan voedsel, waar vinden ze verkoeling? Maar ook: hoe ziet onze economie er uit, ons dieet en onze huizen? Onderzoekers van de WUR schreven een toekomstvisie voor ons land, met een positieve insteek. Aan doemdenken hebben we niets, maar wel aan concrete ideeën voor wat we nú kunnen doen om in de toekomst nog veilig in ons land te kunnen wonen.

Het plan noemt een paar radicale veranderingen, zoals halvering van de Nederlandse landbouwgrond en een vegetarisch of flexitarisch voedselpatroon. Het oogt daarom op het eerste gezicht als een idealistisch plaatje en er moet veel gebeuren wil het werkelijkheid worden. Maar als we wíllen is het realistisch, zo is te lezen in het plan. Toch is het plan er vooral om discussie opgang te brengen, om mensen aan het denken te zetten. Een toekomstplan voor over honderd jaar klinkt ver weg, maar we moeten nu al dingen gaan aanpassen om het tegen die tijd op orde te hebben.

BRON: WUR
Mogelijk toekomstbeeld in het rapport.

Bertram de Rooij, senior onderzoeker aan de WUR, licht toe hoe het plan tot stand kwam. ‘In Nederland zijn op het gebied van de toekomst van bijvoorbeeld klimaat, energie en landbouw veel projecten op verschillende schaalniveaus. Onderzoek lijkt daarmee toch tamelijk versnipperd. Je ziet eigenlijk nooit hoe alles dan samen kan komen. In dit project, brengen we alles bij elkaar met geografische diversiteit en de natuur als basis. Een totaalpakket hoe Nederland er uit kan komen te zien en wat we daarvoor kunnen doen.’

Ruimtelijk samenbrengen

Volgens De Rooij is het belangrijk om meer aandacht te krijgen voor het ruimtelijk samenbrengen van verschillende oplossingen. Het onderzoeksteam kwam dan ook samen met experts uit allerlei kennisgebieden, zoals economen, landbouw- en bosbouwdeskundigen, ecologen en waterexperts. De onderzoekers schreven bewust maar één plan in plaats van meerdere scenario’s. Daarmee dwongen zij zichzelf om keuzes te maken voor een toekomstig klimaatbestendig en natuurlijker Nederland. ‘We zochten één beeld, een beeld waarvan wij denken dat het realistisch is. Het plan geeft een richting en vanuit dit perspectief kunnen we per regio verder kijken. Er is voldoende ruimte voor interpretatie. We staan dit decennium voor een aantal belangrijke keuzes die onze toekomst gaan beïnvloeden, laten we daar goed over nadenken.’

‘Dit plan is geen blauwdruk, maar nodigt uit tot discussie.’

Het plan is volledig onafhankelijk tot stand gekomen vanuit zogeheten KennisBasis-onderzoek. Dit onderzoek legt de basis voor kennis die over drie tot vijf jaar relevant is voor de beleidsterreinen van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV), als ook voor andere ministeries, het bedrijfsleven en maatschappelijke partijen. Het idee om een dergelijk toekomstbeeld te schetsen kwam uit de eigen intrinsieke motivatie en begon als klein project. De onderzoekers zochten verdieping rondom bepaalde thema’s en stelden zichzelf nieuwe kennisvragen over hoe ons land er in de ruimtelijke praktijk uit gaat zien in de toekomst, met alle uitdagingen die gaan komen. Oplossingen concretiseren en landelijk maken, dat vonden zij belangrijk. Daarnaast wilden ze vooral dit idee agenderen. Dat was een schot in de roos: de behoefte om hierover te praten bleek groot. Direct na publicatie van het plan, begin dit jaar, pikte grote landelijke media* het op. Uit alle lagen van de bevolking kregen de onderzoekers reacties. Het team is inmiddels benaderd door verschillende partijen, variërend van de Rijksoverheid, provinciale overheid en lokale overheden tot aan maatschappelijke belangenorganisaties en partijen, om presentaties te komen geven en advies uit te brengen.

Nederlandse innovatie

Echt negatieve reacties op het plan heeft het team nog niet gehad, hoewel ze wel GeenStijl haalden. Als er al werd geklaagd was het vooral over de gekantelde plattegrond van Nederland of het gekozen kleurgebruik in die kaart, waaraan mensen niet gewend zijn. Maar de meeste mensen zien het plan volgens De Rooij vooral als uitnodiging tot discussie, precies waarvoor het bedoeld is.

En de halvering van het landbouwareaal dan, kwamen er geen boze boeren aan de poort van de WUR? ‘De landbouwsector reageerde mild,’ aldus De Rooij, ‘en ook voor hen geld: dit is een uitnodiging om mee te denken. We weten dat het anders moet, maar wat willen we doen? Momenteel denken we vooral over de korte termijn, bijvoorbeeld de stikstofproblematiek, maar we moeten ook nadenken over een andere agrarische hoofdstructuur voor de lange termijn en het volwaardige betrekken van het marine deel van Nederland. En bovenal moet het plan denkbaar zijn en realistisch, ook economisch gezien.’

‘Honderd jaar is nog lang’, voegt De Rooij nog toe, ‘en Nederland loopt al heel lang voorop met innovatie in de landbouw: hoe kan zo’n klein land anders de tweede grootste landbouwexporteur van de wereld zijn. Laten we die innovatie vooral doorzetten en voorop blijven lopen, met bijvoorbeeld voedselteelt in zee.’

De discussie in Nederland is op gang gebracht. Nu andere landen nog, want alleen gaan we het ook niet redden. Zo wordt volgens De Rooij al nagedacht over een plan voor Europa of het hele Noordzeegebied.

Op naar 2120! De toekomst begint nu.