Mede dankzij de Cumberland Gap, de doorbraak door de Appalachen (Geografie , april 2019) werd Tennessee een nieuwe kolonisatiegebied achter de bergketen in het oosten van de Verenigde Staten. Vooral Britse en Schotse immigranten vestigden zich op de relatief goedkope landbouwgronden. Daarbij werd de oorspronkelijke bevolking verdreven, met als onmenselijk dieptepunt de deportatie van de Cherokee naar Oklahoma, bekend als de Trail of tears . Latere kolonisatiefronten schoven op naar het midden en westen van Tennessee, waar het op slavernij gebaseerde plantagesysteem tot grote bloei zou komen. Tennessee koos dan ook partij voor de zuidelijke Confederatie, die voor uitbreiding van de slavernij was, terwijl het Noorden restricties wilde. De staat raakte verwikkeld in de rampzalige Amerikaanse Burgeroorlog van 1861-1865 en kwam hier ontredderd en sterk verarmd uit. De infrastructuur was verwoest, het plantagesysteem ten onder gegaan en de niet-agrarische sector was zwaar gehavend. Het zou nog decennia duren voor Tennessee weer enigszins op de been was. De ‘grote ommekeer’ voor Tennesse moest nog komen tijdens de crisis van de jaren 1930.