Spreiding van rijksdiensten

28 januari 2022
Auteurs:
Niels van den End
Honoursstudent Sociale Geografie en Planologie aan de Universiteit Utrecht
Stan Huynh
student planologie, Universiteit Utrecht
Dit artikel is verschenen in: geografie februari 2022
Nederland
Kennis
FOTO: RONALD SPEIJER
Boze PTT-ambtenaren van de centrale directie bezetten het kruispunt Kneuterdijk en Lange Vijverberg in Den Haag uit onvrede met de verplaatsing van banen naar Groningen, november 1984.

een oplossing voor regionale ongelijkheid?

In de Volkskrant en een uitgebreider artikel op Geografie.nl stelden Evert Meijers en Ton van Rietbergen de regionale ongelijkheid tussen de Randstedelijke kern en de landelijke periferie aan de kaak. Zij bepleiten een nieuwe vorm van spreidingsbeleid. In de jaren 1960-1980 was spreiding van de rijksdiensten de oplossing vanuit de overheid. Wat zijn belangrijke lessen voor succesvol beleid in de toekomst?

 

De jaren 1950 in Nederland kenmerkten zich door soberheid en optimisme: met een sterk gecentraliseerde overheidsstructuur werd aan de verzorgingsstaat getimmerd en werd het land herbouwd. Met resultaat, want de Nederlandse economie ontwikkelde zich voortvarend. Dat gold echter niet overal: voornamelijk de steden in de westelijke provincies maakten een groei door, terwijl de landelijke gebieden achterbleven. Voor de centralistische overheid die geloofde in maakbaarheid, was de toenemende regionale ongelijkheid reden voor het zogenoemde Rijksspreidingsbeleid. De verplaatsing van mensen en economische activiteiten uit de stedelijke naar de landelijke periferie moest de ongelijkheid tegengaan.

16 duizend arbeidsplaatsen

De spreiding van rijksdiensten was een belangrijk instrument in dit beleid. Deze diensten waren voor het overgrote deel gevestigd in Den Haag. Met het verplaatsen van enkele (onderdelen van) diensten naar onder andere Limburg en Groningen zou de lokale werkgelegenheid worden uitgebreid. In 1967 werd het Centraal Bureau Spreiding Rijksdiensten opgericht als onderdeel van het ministerie van Binnenlandse Zaken en hetzelfde jaar lag er al een Spreidingslijst op tafel, die voorzag in de verplaatsing van honderden uitvoerende ambtenarenbanen naar Leeuwarden en Groningen. In 1972 bracht een ander ministerie, dat van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, de Tweede Nota Ruimtelijke Ordening uit, met als onderdeel het Rijksspreidingsbeleid, dat veel verder ging. Op basis daarvan werden tot 1984 16 duizend arbeidsplaatsen vanuit Den Haag naar de perifere provincies verplaatst. De lokale politiek was enthousiast, maar de betrokken ambtenaren waren slecht te spreken over de gedwongen verhuizing. Vooral in de jaren 1980 – de tijd van de eerste overheidsbezuinigingen en ingrepen in ambtenarensalarissen – protesteerden zij heftig. Die weerstand, ook vanuit de departementen zelf, tezamen met de leegloop van de Haagse (binnen)stad en de decentralisatie van de overheidstaken en bijbehorende bezuinigingen, maakten dat het Rijksspreidingsbeleid in de vroege jaren 1990 verzandde. De vele reorganisaties en soms verzelfstandiging van overheidsdiensten leidden er vervolgens toe dat een groot aantal nieuwe, private bedrijven weer naar de Randstad trok. Een prominent voorbeeld is de terugverhuizing van KPN (deel van de voormalige PTT) van Groningen naar Den Haag.

ABP

In 1967 werd besloten het Algemeen Pensioenfonds, destijds een rijksdienst, te verplaatsen van Den Haag naar Heerlen. Dit om het grote verlies aan banen te compenseren door de sluiting van de mijnen in Limburg.

Er was grote weerstand onder de Haagse ambtenaren die ‘neerkeken’ op de Limburgers en hun ‘manier van leven’. Slechts de helft van de ambtenaren verhuisde mee naar Heerlen. Ondanks die moeizame start werd de verplaatsing van het ABP een succes. Ruim een halve eeuw later zit het pensioenfonds nog steeds in Heerlen, terwijl het inmiddels geprivatiseerd is en dus niet meer gebonden aan de spreidingsmaatregelen van de overheid. Ook is het bedrijf in de jaren 1970 tot en met 90 flink gegroeid, wat gunstig was voor de lokale werkgelegenheid.

Gemengde resultaten

Reflecterend op dertig jaar Rijksspreidingsbeleid valt te concluderen dat er gemengde resultaten zijn behaald. Figuur 1 toont welke rijksdiensten tussen 1967 en 1993 verplaatst werden. Figuur 2 geeft de verhuisbewegingen van de diensten na 1993 weer. Op het eerste gezicht lijkt het spreidingsbeleid mislukt: na 1993 verhuisde de overgrote meerderheid weer terug naar de Randstad. Maar dat is niet het hele verhaal. Veel van de verplaatsingen waren het gevolg van reorganisaties, waardoor een dienst die in de periferie gevestigd was, opging in een grotere dienst en verhuisde. Veel van de grote diensten zijn nog steeds op hun perifere locatie gevestigd, zoals het CBS en ABP in Heerlen, en DUO in Groningen. Een verklaring zou kunnen zijn dat deze diensten een belangrijke werkgever zijn in de lokale banenmarkt, en een verhuizing terug naar de Randstad kan rekenen op flink protest van lokale werknemers en politiek. Hoewel het officiële Rijksspreidingsbeleid dus niet meer bestaat, leeft het voort als een ideaal, waar het Rijk, dertig jaar na dato, nog niet aan durft te tornen.  

BEELD: GEOGRAFIE, N VD END & S HUYHN
Figuur 1 (links): Spreiding van rijksdiensten 1967-1993
Figuur 2 (rechts): Spreiding van rijksdiensten >1993

Herintroductie?

Is het gezien de huidige problematiek dan niet tijd voor een herintroductie van het spreidingsbeleid? Zoals Evert Meijers en Ton van Rietbergen op ook aangeven in hun artikel, functioneren uitvoeringsorganisaties als het CBS en DUO prima op de nieuwe locaties. Het feit dat kleinere diensten – mede door reorganisaties – teruggingen naar de Randstad, is in lijn met het neoliberale denken dat sinds de jaren 1980 overheerst in de Nederlandse politiek.

De discussie over meer investeringen in de regio neemt echter wel toe, in de media, maar ook in de politiek. Dit in een tijd waarin de regionale ongelijkheid mede door corona steeds verder groeit, wat blijkt uit het Economisch Kwartaalbericht van de Rabobank van juni 2021.

Het moge duidelijk zijn dat er nog decennialang regionaal beleid nodig is om de kloof tussen de Randstad en krimpregio’s te helen. Laat het nieuwe kabinet, dat een ‘nieuwe bestuurscultuur’ en ‘omzien naar elkaar’ vooropstelt, daarom het goede voorbeeld geven. De rijksoverheid werkt immers voor het hele land, waarbij de werkgelegenheid niet geconcentreerd mag worden aan één kant van Nederland.  Met het verplaatsen van grote rijksdiensten vanuit de Randstad naar krimpregio’s wordt een impuls gegeven aan de lokale economie. De komst van nieuwe banen en medewerkers doet de lokale leefbaarheid opleven, onder meer doordat er meer vraag is naar woningen en onderwijs. Daarnaast biedt deze spreiding een verlichting voor de oververhitte woningmarkt in de Randstad.

Dit wil niet zeggen dat het spreiden van rijksdiensten de enige oplossing is, maar het is wel een belangrijke stap om de regionale ongelijkheid in Nederland te verminderen.

    Veel van de grotere diensten zijn nog steeds op hun perifere locatie gevestigd, zoals het CBS en ABP in Heerlen, en DUO in Groninge
    Defensie

    Een kleinere, minder bekende rijksdienst die verplaatst werd naar een perifeer gedeelte van Nederland, is het Centraal Betaalkantoor van Defensie. Deze dienst ging in de jaren 1980 over naar Emmen, samen met andere onderdelen van Defensie zoals de Topografische Dienst en de salarisadministratie.

    Het interessante is dat de dienst in 2006 opnieuw verhuisde, nu naar Kerkrade. Emmen protesteerde fel, want het was niet de eerste overheidsinstantie die de gemeente zag vertrekken; de Dienst Personeels- en Salarisadministratie was eerder al uit Emmen weggehaald. Op nationaal niveau werd echter besloten dat het Centraal Betaalkantoor naar Kerkrade moest, omdat daar Amerikaanse legeronderdelen verdwenen. Vervolgens zijn er pogingen gedaan om de dienst te verplaatsen naar Utrecht. Dit zou efficiënter zijn omdat hier al meerdere onderdelen van het Financieel Administratie en Beheerkantoor (FABK) zaten. Maar ook dit stuitte weer op veel protest, onder andere in de vorm van Kamermoties.

    Dit artikel komt voort uit een honoursonderzoek onder leiding van Martijn Smit, universitair docent Economische Geografie aan de Universiteit Utrecht.

     

    BRONNEN

    • Engelen, T. L. (2006). Metropool van het Oosten. De spreiding van bevolking en Rijksdiensten.
    • Meijers, E. & Rietbergen, T. van (2021). Opinie: Vergeet de dure wensen van de Randstad, investeer snel weer in de buitengewesten. De Volkskrant, 21 november 2021.
    • Meulen, D. van der (2021). Christenunie wil betere spreiding rijksdiensten. Leeuwarder Courant, 13 maart 2021.
    • Alders, R., & Raspe, O. (2021). Grote regionale verschillen in economisch herstel.  Rabobank Economisch Kwartaalbericht juni 2021.
    • Spit, T., & Zoete, P.R. (2016). Planologie: een wetenschappelijke introductie in de ruimtelijke ordening in Nederland. Groningen: InPlanning.