The British Empire

1 oktober 2018
Auteurs:
Ronald Kranenburg
hoofdredacteur Geografie, KNAG
Dit artikel is verschenen in: geografie oktober 2018
Brexit
geschiedenis
Groot-Brittannië
Kennis
BEELD: G.W. BACON & CO., LIMITED/CORNELL UNIVERSITY – PJ MODE COLLECTION OF PERSUASIVE CARTOGRAPHY
Het Britse Rijk in 1929, net voordat de grote aftakeling ervan inzet.

Verdwenen, maar niet vergeten 

De Britse houding tegenover de EU is moeilijk te doorgronden voor andere Europeanen. Meteen bij toetreding in 1973 eisten de Britten allerlei uitzonderingen en ook in de Brexit-onderhandelingen lijken ze hun hand te overspelen. Anders dan op het continent leeft bij de eilanders de herinnering aan het Britse Rijk. 

 

Vanuit Engeland werd in 700 jaar het grootste imperium ooit opgebouwd. Ierland en Wales werden al in de 12e en 13e eeuw veroverd, Schotland volgde begin 18e eeuw en zo ontstond het Verenigd Koninkrijk. Dat was niet alles. Eind 15e eeuw voeren Engelse schepen al naar de uithoeken van de wereld, soms in het spoor van de Spanjaarden. Met het einde van de Spaans-Engelse oorlog in 1604 werd Engeland de belangrijkste zeevarende natie en stichtte permanente nederzettingen buiten Europa. 

Amerika en verder 

De Engels trokken eerst naar Noord-Amerika, waar ze dertien koloniën stichtten die later de Verenigde Staten zouden vormen, en ze koloniseerden ook delen van Canada en eilanden in het Caraïbisch gebied. In de tweede helft van de 18e eeuw controleerde Engeland zo goed als geheel Noord-Amerika, op Québec na. Maar niet voor lang. Met de Amerikaanse Onafhankelijkheidsoorlog (1775-1783) scheidden de Amerikaanse koloniën zich af. Oorzaak of gevolg, de Britse aandacht verschoof rond deze tijd naar Australië, Azië en later Afrika. Op z’n hoogtepunt, kort na WOI, omvatte het Britse Rijk met 458 miljoen inwoners een kwart van de wereldbevolking, en met een oppervlakte van bijna 31 miljoen vierkante kilometer, een kwart van het totale landoppervlak. 

Handelsbelangen 

Vanaf het begin werd het Britse koloniale beleid bepaald door handelsbelangen. De eerste koloniën stonden onder rechtstreeks Brits bestuur en lang voerde Engeland een mercantilistische politiek. Bijvoorbeeld via de Scheepvaartwetten die bepaalden dat alle buitenlandse handel met haar koloniën moest lopen via Engeland. In de tweede helft van de 18e eeuw verschoof het beleid naar een economisch liberalisme. Als sterkste natie had het Verenigd Koninkrijk vooral baat bij vrijhandel. Zelfs het verlies van koloniën leek de Britten niet te deren. De directe kosten voor het besturen van koloniën werden nu afgewenteld en het moederland profiteerde van de handel. Overzeese gebieden waren ook niet meer uitsluitend interessant vanwege de grondstoffen. Steeds vaker dienden ze als afzetgebied voor Britse ( industriële) goederen. De Britten waren dan ook sneller met het opleggen van vrijhandel aan andere landen, dan dat ze deze in het eigen rijk toepasten. 

Nieuw imperialisme 

Eind 19e eeuw begon het Verenigd Koninkrijk concurrentie te ondervinden van andere industrialiserende landen zoals Duitsland, België en de Verenigde Staten. Daarbij raakte het ook het alleenrecht kwijt op de handel met India, China, Latijns-Amerika en de Afrikaanse kusten en stapte af van de vrijhandel. De tijd van het nieuwe imperialisme brak aan. In concurrentie met Frankrijk, België en andere Europese staten werd Afrika doelwit van een streven naar een rijk omwille van een rijk

Het einde 

De laatste uitbreiding van het Britse Rijk vond plaats na WOI. De Volkenbond wees het Verenigd Koninkrijk mandaatgebieden in het Midden-Oosten toe, en de voormalige Duitse koloniën kwamen onder Brits bestuur. Het Britse Rijk was op zijn hoogtepunt, maar brokkelde vanaf dat moment snel af. De kosten van de oorlog waren hoog geweest en onderhoud van het immense rijk was niet langer te betalen. Daarbij kwam overal het nationalisme op. Tot aan WOII waren het vooral de kroonkolonies (met een blank bestuur) die onafhankelijk werden. Na de oorlog volgde eerst India en daarna breidde de dekolonisatie zich snel uit. De kaart toont de situatie in 1929, net voor de onafhankelijkheid van de kroonkolonies in 1931. De randinformatie laat zien dat de makers er nog niet van doordrongen waren dat het Britse Rijk zijn langste tijd had gehad. Over India schrijven ze bijvoorbeeld: ‘A rich country waiting for our manufactured supplies’. In 1947 zag ook het Verenigd Koninkrijk in dat haar rol als wereldmacht was uitgespeeld. Die positie werd nu ingenomen door de Verenigde Staten, en de Britten richtten zich op Europa. In 1973 trad het Verenigd Koninkrijk toe tot de Europese Gemeenschap. Het blijft een ongemakkelijk huwelijk met een continent waar Duitsland en Frankrijk veelal de koers bepalen. Onverteerbaar voor een voormalige wereldmacht, zo lijkt het.