Aardrijkskundeles van Walter Schoenmaker

1 januari 2015
Auteurs:
Ton van Rietbergen
economisch geograaf, Universiteit van Utrecht
Dit artikel is verschenen in: geografie januari 2015
Aardrijkskundeles van ...
onderwijs
Opinie
FOTO: JAYEL AHERAM/FLICKR

Aardrijkskundedocenten zijn er in verschillende soorten en maten, én met verschillende motivaties. In deze rubriek interviewt Ton van Rietbergen steeds een andere docent over de passie voor het vak en het onderwijs. Walter Schoenmakers besloot pas een jaar geleden, na een lange ambtelijke loopbaan, het onderwijs in te gaan.

Het NRC Handelsblad heeft een rubriek, de Carrièreswitch, over mensen die ineens voor fundamenteel ander werk kiezen. Een keiharde bankmanager vindt dat hij echt wat moet gaan betekenen voor de samenleving en wordt directeur van een weeshuis. In mijn pre-mastergroep zit Walter Schoenmakers, die zich na een lange ambtelijke loopbaan afvroeg of hij zich nog ruim twintig jaar druk moet maken over conceptbeleidsnotities en blauwdrukken. Hij ontdekte dat zijn hart eigenlijk bij het onderwijs ligt en besloot de eenjarige master voor een eerstegraads lesbevoegdheid aardrijkskunde te volgen. Omdat hij een doctoraal fysische geografie heeft, moest hij nog wel zijn sociaalgeografische kennis bijspijkeren.

 

FOTO: TON VAN RIETBERGEN
Walter Schoenmakers (43): 'Uitleggen ligt me'

‘Ik ben in 1997 afgestudeerd op een onderzoek naar zeespiegelstijging bij Henk Berendsen in Utrecht. We hebben daar in de Rijn-Maasdelta met onze handboortjes tot wel 10 meter diep monsters omhoog gehaald. Die zijn dan al gauw zo’n tienduizend jaar oud. Uit onze berekeningen kwam naar voren dat de zeespiegel toen zo’n 10 meter lager lag dan nu. Best een groot verschil dus. In 1998 ben ik bij het NITG (opvolger van Rijks Geologische Dienst) gaan werken. Aanvankelijk in Nuenen, waar ik me bezighield met grondmonsters uit de Maaswerken. Daarna belandde ik op het hoofdkantoor in Delft bij de afdeling automatisering. Dat beviel veel minder. Het ging alleen nog over bits en bytes en niet langer over het landschap. In 2001 stapte ik daarom over naar de Dienst Landelijk Gebied van het ministerie van LNV (nu: EZ). Als specialist bodem moest ik kijken of landbouwpercelen die we wilden aankopen, geen verontreinigingen bevatten.

'Ook zorgde ik dat er bij het herinrichten van gebieden rekening werd gehouden met de bodemen grondwaterkwaliteit en archeologie. Leuk inhoudelijk werk, maar toen in 2013 bekend werd dat de DLG opgeheven zou worden, ben ik toch gaan nadenken.'

'De combinatie van inhoud en contact vind je het best in het onderwijs'

'Als ik in het veld was of met bewoners van doen had, merkte ik dat het uitleggen mij erg aansprak. Ik kon natuurlijk overstappen naar een ingenieursbureau, maar dan is het toch algauw uurtje-factuurtje. Eigenlijk ben ik op zoek naar de combinatie van inhoud en menselijk contact en die is volgens mij het best te vinden in het onderwijs. Al mompelden twee vrienden onlangs dat ze het leraarschap maar een eenzaam beroep vonden. Daar ben ik wel van geschrokken.

'Ik heb inmiddels al een aantal malen achter in de klas gezeten. Fascinerend, vooral de eigen stijlen van de leraren. Sommigen zweren bij de rol van docent als gastheer, wat betekent dat zede leerlingen allemaal bij de deur de hand schudden en even aanspreken. Zo’n gastheerrol zie ik voor mezelf ook wel. In elk geval heb ik gezien hoe belangrijk het is de namen en achtergrond van leerlingen te kennen.’

Verschil onder- en bovenbouw



‘Achter in de klas heb ik me wel meermaals achter de oren gekrabd, want lesgeven in de onderbouw is echt een kwestie van opvoeden. Omdat ik zelf inhoudelijk gedreven ben, heb ik me meermaals afgevraagd of ik de overstap wel moet maken. Na de sociaalgeografische bijscholing en eenjarige onderwijsmaster ben ik nu eerstegraads bevoegd, dus geschikt voor onder- én bovenbouw. Ik ga er voorlopig vanuit dat door aan te sluiten bij de persoonlijke interesse van de leerlingen het ook in de onderbouw leuk zal worden. Dankzij de bijscholing sociale geografie heb ik vooral geleerd hoe dezelfde feiten verschillend kunnen worden uitgelegd. Dat vind ik boeiend. Toch wil ik in mijn lessen vooral ook de verschillen in landschappen laten zien, bijvoorbeeld in een excursie! Daar kijk ik nu al naar uit. Al is het natuurlijk allesbehalve zeker dat ik een baan vind in het onderwijs.'