Guerrillageografie

1 januari 2018
Auteurs:
Wouter van den Berg
jurylid Glazen Globe
Dit artikel is verschenen in: geografie januari 2018
onderwijs
Nieuws
Fontein in de vorm van een gloeilamp

Proeftuin voor betrokkenheid

Al direct na de aftrap van de profielwerkstukken dienden de eerste leerlingen zich aan met hun plannen. Ik was reuze benieuwd, maar het bleek toch weer de bekende riedel: vulkanen, aardbevingen, klimaatverandering enzovoorts. Dit moest anders, maar hoe? Het antwoord vond ik in de guerrillageografie.

 

Guerrillageografie is een leerstrategie die uitgaat van interactie met de directe omgeving om zo allerlei aardrijkskundige onderwerpen tot leven te brengen. Neem een willekeurige les over reliëf in Nederland. Onvermijdelijk komt op enig moment de Vaalserberg aan bod – met grofweg 322 meter het hoogste punt van (Europees) Nederland. Voor leerlingen in Zuid-Limburg is die hoogte goed te bevatten, maar voor ‘laaglanders’ is dat een stuk lastiger. Door de vergelijking te trekken met de Eiffeltoren, die ongeveer even hoog is, kun je nog een paar leerlingen bereiken, maar lang niet iedereen. Want wat is nou 322 meter omhoog of omlaag? De guerrillageograaf zou het volgende voorstellen: traplopen. Laat leerlingen in het schoolgebouw maar proberen in een lesuur 100 keer een trap op en af te lopen, of geef de opdracht mee als huiswerk, als je niet wilt inleveren op de toch al krappe lestijd.

Voor van alles

Met wat creativiteit kun je in principe elk minuscuul onderwerp op een guerrillamanier benaderen, maar in het ontwikkelen en uitvoeren van de werkvormen gaat vaak veel tijd zitten. Daarom leent het concept van de guerrillageografie zich misschien beter voor praktische opdrachten en profielwerkstukken, waarvoor simpelweg meer tijd beschikbaar is. Maar wees goed voorbereid, want... vorig jaar kozen op onze school maar liefst 33 leerlingen voor het guerrillaproject over de Kanaaldijk in Eindhoven, en wijdden daar hun profielwerkstukken aan. Zij mochten tussentijds hun verhaal doen in de krant, kregen een nieuwsitem op lokale televisie, werden actief begeleid door vier ambtenaren van de gemeente en mochten uiteindelijk in de raadzaal van het stadhuis hun werkstukken presenteren aan de wethouder.

Lokaal

Ons project ging over de Kanaaldijk, een rommelige plek in Eindhoven. Iedereen kan een soortgelijk programma in de eigen regio uitvoeren. Het enige wat je ervoor nodig hebt, is wat tijd en een stuk braakliggend of verwaarloosd terrein in de omgeving.

De Eindhovense Kanaaldijk maakte tot voor kort een troosteloze indruk. Schreeuwerige meubelgiganten, zwerfvuil, hoog opgeschoten onkruid, plompe bouwmarkten, een milieustraat en een opvangcentrum voor verslaafdenzorg bepaalden hier het straatbeeld. De gemeente deed ogenschijnlijk bar weinig moeite er iets van te maken. Herinrichtingsplannen waren er wel, maar kwamen moeilijk van de grond. Inmiddels wordt getracht om links en rechts wat cosmetische en praktische ingrepen te doen, maar aangenaam is het er nog steeds niet. En precies dat unheimische maakte het de ideale proeftuin voor guerrillageografie.

Profielwerkstuk

De kern van de opdracht laat zich nu wel raden: ontwikkel zelf ruimtelijke plannen om de leefbaarheid van de Kanaaldijk in Eindhoven te verbeteren. De strategie was om esthetische ingrepen te koppelen aan openbare voorzieningen. De Kanaaldijk moest niet alleen mooier worden, maar ook een plek waar mensen elkaar kunnen ontmoeten. De manier waarop de plannen gepresenteerd zouden worden, mochten de groepen zelf bepalen. De enige twee voorwaarden waren: accentueer duidelijk de sense of place, de subjectieve belevingswaarde, en ga uit van je eigen creativiteit en bijvoorbeeld niet de geldende bestemmingsplannen of kadernota’s.

Want anders is het geen guerrilla meer. De eerste fase van de opdracht was onderzoek doen: bronnen zoeken bij het Regionaal Historisch Centrum, contact opnemen met de gemeente en natuurlijk zelf de straat op om de mogelijkheden in kaart te brengen. Bij deze placecheck spraken de groepen uitgebreid met bewoners, ondernemers en voorbijgangers om zo de sterke en zwakke punten van het gebied bloot te leggen.

Op grond van deze analyse konden ze in fase 2 bepalen hoe de leefbaarheid te verbeteren was. Sommige teams kozen ervoor zwakke punten te verbeteren, maar de meeste probeerden juist de sterke punten van het gebied te benutten. Bijvoorbeeld door het toch al aanwezige water een prominentere plek te geven in het straatbeeld en daaraan functies toe te voegen.

De gemeente Eindhoven was halverwege het traject al zo onder de indruk van de conceptplannen, dat ze met vier man sterk een hele middag op school kwam om de groepen waar nodig bij te sturen en van feedback te voorzien.

Plannen vormgeven

De derde stap was het verbeelden van de ruimtelijke plannen, het creatieve proces. Waar sommige groepen systematisch aan de slag gingen met technisch tekenen, krabbelden andere teams liever eerst een paar schetsen. Drie jongens kozen ervoor hun plannen uit te werken in het computerspel Minecraft, waar ze dagelijks toch al vele uren aan besteedden. Een andere groep bouwde een complete website als digitale presentatiemap. Weer een ander team kwam tussentijds melden dat ze van de Inspectie Leefomgeving en Transport geen toestemming hadden gekregen om met een drone opnamen te maken van het kanaal. ‘Maar we gaan het toch doen, want dat is pas echt guerrilla…’

De meest gekozen presentatievorm was de maquette, maar zelfs die varieerde van meetkundig tot abstract. En waar één groep het schaalmodel optrok uit louter plantaardige materialen, gebruikte een ander team lasersnijders en een 3D-printer.

De aanvankelijke ideeën kregen nu snel vorm: lichtgevende prullenbakken met zonnecollectoren, een drijvende watermarkt, een hondenstrandje, dockingstations voor e-bikes, gratis laadstations voor smartphones en tablets, gratis wifi-hotspots enzovoorts. Eén leerling die als eenmansgroep opereerde, bekwaamde zich voor de gelegenheid in Blender, een opensourceprogramma om 3D- computergraphics te maken. Na twee weken ploeteren kwam hij trots vertellen dat het was gelukt een kubus te produceren. Uiteindelijk bouwde hij de hele Kanaaldijk na, met daarin onder meer gloeilampvormige fonteinen, en bruggen in de stijl van het stadslogo.

kassen
Een waterboulevard
Hoezo 'guerrilla'

De term guerrilla duidt op de onconventionele insteek van deze leerstrategie: creatief, grensoverschrijdend, spannend en kleinschalig. De belangrijkste voortrekker is Daniel Raven-Ellison uit het Verenigd Koninkrijk, voormalig aardrijkskundedocent en tegenwoordig werkzaam bij National Geographic. Hij benadrukt dat de guerrillageografie geen doel op zich is, maar een middel. Zie ook ravenellison.com.

Meesterproef

Een presentatiemarkt in de raadzaal van het stadhuis vormde de afsluiting van het traject. Leerlingen presenteerden hun plannen niet alleen aan hun ouders, maar ook aan medewerkers van de gemeente, de wethouder en andere geïnteresseerden die naar aanleiding van het krantenartikel onverwacht kwamen opdagen. Om tot een afgewogen eindcijfer te komen, werden de werkstukken beoordeeld op professionaliteit, het proces en als allerbelangrijkste de geografische inhoud. Hierbij maakten we onderscheid in het toepassen van geografische vaardigheden en begrippen, het afwegen van belangen, het verwerken van input uit de placecheck, aansluiting op de lokale en regionale identiteit, en de oplossingsgerichtheid ten aanzien van bestaande problemen.

Zelf doen

Deze opdracht is met een paar kleine aanpassingen in elke stedelijke omgeving uitvoerbaar, maar je zou ook een landelijk gebied als uitgangspunt kunnen nemen, of je laat leerlingen zelf een gebied uitkiezen. Hoe groot of klein je leerdoelen ook zijn, het loont de moeite te onderzoeken of het misschien guerrilla kan. De interactie met de eigen omgeving zorgt voor betrokkenheid en betekenisgeving, en die combinatie stuwt leerlingen tot ongekende hoogte.

 

MEER WETEN? 

Download hier de beoordelingscriteria van een guerrillageografisch profielwerkstuk.

Beoordelingscriteria guerrillageografisch profielwerkstuk.pdf
Download dit document (17.38 KB)