Testcase: de Dorpsstraat in Zoetermeer
De Dorpsstraat is een historisch gegroeide winkelstraat in de groeikern Zoetermeer. Twintig studenten van Hogeschool Utrecht hebben de lessen van attractieparken toegepast op deze straat. Zij komen met verrassende ideeën.
De Dorpsstraat is het historisch centrum van het oude Zoetermeer. Sterker nog, het was de centrale straat in zowel Zegwaart als Soetermeer, de twee dorpen waaruit het huidige Zoetermeer is ontstaan. Bij de aanwijzing van Zoetermeer als groeikern en satelliet van Den Haag werd het centrum verschoven naar het geografisch midden van de nieuwe stad. De Dorpsstraat weerstond de vernieuwingsdrang en sloopwens, en is nog steeds een bij de bewoners geliefde, kleinschalige winkelstraat. De winkels hebben het echter moeilijk en men is al enige tijd op zoek naar impulsen om de Dorpsstraat nieuw leven in te blazen.
Eén attractiepark
De binnenstad van Zoetermeer omvat naast de Dorpsstraat ook het nabijgelegen Stadshart. Beide werelden zijn van elkaar gescheiden door een grote waterpartij, de Dobbeplas, en functioneren autonoom. Waarom wordt de hele binnenstad niet georganiseerd als een attractiepark? Geef beide centra een eigen verhaal. Tover de Dorpsstraat bijvoorbeeld om tot ‘Sprookjesbos’ met een dorps en kleinschalig karakter en het Stadshart tot ‘Ruigrijk’ met hippe en moderne (winkel)ketens. De twee centra hoeven elkaar niet te bijten. Juist door het eigen karakter te versterken kunnen beide centra elkaar goed aanvullen. Het Stadshart is grotendeels in handen van één belegger, Unibail-Rodamco. De winkelunits zijn groot, de huren hoog en bekende winkelketens domineren in het straatbeeld. De Dorpsstraat is juist een geliefde plek voor kleine winkels, vaak van zelfstandige ondernemers. Door de dorpse sfeer en kleinschaligheid kan de historische winkelstraat betekenis hebben voor heel Zoetermeer. Daarvoor moeten de ondernemers, pandeigenaren en de gemeente wel gezamenlijk in een verhaal geloven en bereid zijn dit uit te dragen en hierin te investeren. Vervolgens kan de marketing van de centra meer vanuit gezamenlijkheid worden opgepakt. Een quick win: toon op de plattegronden die in het Stadshart hangen ook de Dorpsstraat.
Het oude en nieuwe centrum hoeven elkaar niet te bijten als ze iedereen eigen verhaal vertellen
De Zoetermeerder
De Dorpsstraat is voor veel Zoetermeerders de historische ziel van hun gemeente. Zij komen er naartoe vanwege het dorpse karakter, de gezellige sfeer en het horeca-aanbod. Daarmee heeft de Dorpsstraat goud in handen: bezoekers komen niet alleen om te winkelen maar bijvoorbeeld ook voor een hapje en drankje. Hier liggen dan ook kansen om de Dorpsstraat te onderscheiden van andere winkelcentra en internet. Concurreer niet op (winkel)aanbod en prijs, maar verleid mensen met sfeer en gezelligheid.
Onder: de huidige situatie.
Het verhaal
De Dorpsstraat werd tot voor kort gepresenteerd als ‘verrassend veelzijdig’. Deze positionering is juist niet onderscheidend ten opzichte van andere centra, zoals het Stadshart. Terwijl de Dorpsstraat, als organisch gegroeide straat in new town Zoetermeer, allerlei elementen heeft met een verhaal. Het gaat erom het ‘sprookje’ van deze straat voor het voetlicht te brengen en de historie en het dorpse karakter sterker uit te lichten. Onder andere door de historische architectuur naar voren te halen. Onderscheidende elementen zoals een toegangspoort kunnen de herkenbaarheid van de Dorpsstraat vergroten. Een ander idee is de twee gezichten van de Dorpsstraat te benadrukken: het Zegwaartse deel met kleinschalige aaneengesloten bebouwing, en het Soetermeerse deel met luxe villa’s op ruime percelen.
Het pand van supermarkt Hoogvliet heeft een kwaliteitsimpuls nodig. De buitenkant ziet er onaantrekkelijk uit en leidt tot een negatieve beleving. Het Hoogvliet-pand met zijn gesloten gevel zou gerenoveerd of gesloopt moeten worden. Gezien de centrale ligging zou je hier iets spraakmakends neer kunnen zetten. Bijvoorbeeld een gebouw dat herinnert aan kasteel Palenstein of de oude Brinkers Fabriek, die hier in het verleden hebben gestaan. Daarin kan dan een hoger segment supermarkt of een combinatie van dagelijkse speciaalzaken met horeca ondergebracht worden.
Fietsvriendelijk
Ook de inrichting van de openbare ruimte roept momenteel negatieve prikkels op. De Dorpsstraat is van oudsher een belangrijke verkeersroute. Dagelijks komen er vele fietsers doorheen. Vooral op drukke momenten levert dit gevaarlijke situaties op. Voor de verkeersveiligheid zou het goed zijn de straat tijdens winkeltijden volledig af te sluiten voor fietsers. Tegelijkertijd komen veel bezoekers met de fiets naar de Dorpsstraat. Uit onderzoek blijkt zelfs dat zij de bereikbaarheid met de fiets net zo belangrijk vinden als met de auto. Het is dus zaak hiervoor een vriendelijke oplossing te vinden. De huidige inrichting van de Dorpsstraat nodigt de fietser uit er doorheen te racen. Door de rijstrook visueel te versmallen krijgt de fietser veel meer het idee te gast te zijn in een voetgangersgebied. Bomen, picknicktafels en kraampjes kunnen dit gevoel versterken. Ze nodigen bezoekers uit om te dwalen. Deze elementen dragen eveneens bij aan de aantrekkelijkheid van de Dorpsstraat als verblijfsgebied.
DorpsLAB
Het realiseren van een aantrekkelijke en gastvrije Dorpsstraat is een continu proces. Zoals ook attractieparken blijven investeren om hun aantrekkingskracht te behouden. Denk aan de Efteling die 35 miljoen euro heeft uitgegeven aan de nieuwe attractie Symbolica en het aantal bezoekers het afgelopen jaar zag groeien tot 5,18 miljoen. Ook in de Dorpsstraat moet constant onderzocht worden hoe de beleving van gasten te verbeteren is. Attractieparken laten zien dat het belangrijk is de ‘gast’ centraal te stellen in het ontwerpproces. Om die reden zijn wij aan het onderzoeken of het project een vervolg kan krijgen in de vorm van een ‘laboratorium’ in de Dorpsstraat. In een DorpsLAB kunnen de ondernemers en gebruikers veel intensiever bij het verbeteringsproces betrokken zijn. Hun verhalen en ervaringen bieden inspiratie en inzichten. Bovendien kunnen de ingrepen getoetst worden op maatschappelijke en financiële uitvoerbaarheid. In zo’n DorpsLAB zijn (tijdelijke) experimenten mogelijk en kunnen de ingrepen worden geëvalueerd. Allemaal ingrediënten om de menselijke beleving te verbeteren.
Pimm Terhorst is ontwerper en planoloog. Hij was initiator van het project Efteling in de Stad. Remco Reijke is docent Stedenbouw op de Hogeschool Utrecht en partner bij Islant atelier voor stedebouw.
BRONNEN
- Burgers, J. 2006. De stad als speelplaats. Sociologie 2006, 1: 53-70.
- Cullen, G. 1961. The Concise Townscape. Oxford: Taylor & Francis.
- Eijkelkamp, R. & J. Vlek 2015. Verwacht looppatroon winkelpubliek blijkt mythe. Winkel-achtje bestaat niet. Nijmegen: Droogh Trommelen en Partners.
- Evers, D., J. Tennekes & F. van Dongen 2015. De veerkrachtige binnenstad. Beleidsstudie. Den Haag: Planbureau voor de Leefomgeving.
- Gehl, J., L. Johansen Kaefer & S. Reigstad 2006. Close encounters with buildings. Urban Design International, Spring. • Terhorst, P. 2014. De positie van de Zoetermeerse Dorpsstraat. Ingrediënten voor in het regieplan.