Op 27 maart start in Melbourne het nieuwe seizoen van de Formule 1. Met 12 teams en 24 coureurs is de ‘koningsklasse van de autosport’ wereldwijd een van meest bekeken sporten. De laatste decennia vinden de races plaats in een steeds groter deel van de wereld. De geografie van de Formule 1 draait om het grote geld.
In de hoogtijdagen van Coney Island, het oudste pretpark ter wereld, brachten veel dagjesmensen een bezoek aan de attracties, de boulevard en het strand. Dat is inmiddels een eeuw geleden. Na de Tweede Wereldoorlog zette het definitieve verval in. Nieuwe ontwikkelingen verkeren in een impasse.
Op de valreep van 2010 verwierf de Bijzondere Collecties van de UvA een handschriftkaart: een voor de kaartencollectie vrij ongebruikelijk landmeetkundig document over een voormalig ‘vogelparadijs’.
Een NLT-module voor 5-6 vwo over de wisselwerking tussen ijs en klimaat, die zich prima leent voor een gecombineerde behandeling bij aardrijkskunde en natuurkunde.
Omstreeks 1960 werd Mexico nog gerekend tot de ‘ontwikkelingslanden’. Sindsdien heeft het land een metamorfose doorgemaakt. Maar ondanks de economische groei en de sociale programma’s van de PRI- en later de PAN-regeringen is er anno 2010 nog veel mis, zo blijkt uit het Mexico-vijfluik in deze Geografie.
Tien jaar na de beëindiging van de decennialange alleenheerschappij van de Partido Revolucionario Institutional (PRI) blijkt er weinig veranderd. Mexico wordt nog steeds overheerst door een beperkte partijclan, corruptie, cliëntelistische netwerken, machtige corporatieve belangen en het leger.
Sinds de onafhankelijkheid in het begin van de 19de eeuw heeft Mexico politiek en economisch meermaals gewankeld. Anno 2011 kun je je zelfs afvragen of het land nog wel te regeren valt. De georganiseerde misdaad dreigt van Mexico een narcostaat te maken met alle – ook internationale – gevolgen van dien.
Zuid-Mexico marginaliseert ten opzichte van de rest van het land, maar er is een proces van sociaaleconomische en culturele differentiatie gaande tussen regio’s, plaatsen en huishoudens. Jaarlijks bezoek aan twee families in de arme deelstaten Oaxaca en Chiapas laat dit zien.
Sinds de jaren 70 hebben de opeenvolgende Mexicaanse regeringen een zeer omvangrijke gesubsidieerde woningbouwsector uit de grond gestampt – ook voor de laagbetaalden. Maar met de voortgaande verstedelijking blijft de vraag naar goedkope woningen gigantisch. (Begeleide) Zelfbouw zal opnieuw uitkomst moeten bieden.
Vanaf de jaren 70 heeft de Mexicaanse overheid stevig geïnvesteerd in de toeristische sector, vooral op perifere locaties langs de kust. Van een duurzame ontwikkeling is echter geen sprake getuige de geringe impulsen voor de lokale economie, de lage kwaliteit van de gecreëerde arbeidsplaatsen, de uitgestrekte krottenwijken en de ernstige aantasting van de kustecosystemen.
