Vroeger rookte iedereen. Nou ja, bijna iedereen. In 1970 rookte driekwart van de mannen en vier op de tien vrouwen. Mijn vader stak in die tijd de ene sigaret met de andere aan en wist er per dag twee pakjes Camel zonder filter doorheen te jagen. Die sigaretten kocht hij per slof (tien pakjes) bij de sigarenboer bij ons om de hoek op de Van Hogendorplaan in Vlaardingen. En wij rookten gezellig mee, thuis en in de auto. Nog los van het opgroeien in het door de chemische dampen van Pernis bewalmde Vlaardingen van die tijd, zal dat meeroken niet bepaald bevorderlijk zijn geweest voor onze levensverwachting. Nou goed, we gaan het zien. Mijn vader is in elk geval niet echt oud geworden.
Ik woon in een zogeheten ‘jaren 30-wijk’, de Vruchtenbuurt in Den Haag. Als je oppervlakkig kijkt, zie je daar vooral eengezinswoningen met een erker, een tuin en oranjerode dakpannen. Een brave, rustige en afgaand op de idiote vraagprijzen populaire woonbuurt. Gewild, maar niet wild. Zelfs een beetje saai.
Zullen we ooit nog een strenge winter krijgen? Het collectieve verlangen naar een Elfstedentocht lijkt groter te worden naarmate de voortschrijdende opwarming van de aarde de kans daarop steeds kleiner maakt. Het aantal etmalen met nachtvorst is de laatste jaren op één hand te tellen.