Op 6 februari jl. vond een verwoestende aardbeving plaats in Zuidoost-Turkije en Noord-Syrië, met een magnitude van 7.8-8.0. Daarop volgde een tweede beving langs een andere breuk met een kracht van 7.5. Beide met duizenden naschokken. Dat de regio met twee breukzones levensgevaarlijk is, wisten we al. Maar dat de bewegingen zo desastreus zouden uitpakken? Bernd Andeweg legt uit wat daarbij allemaal meespeelde. En dat bevingen écht niet exact te ‘voorspellen’ zijn.
Hoe stellen we ook al weer de zwaarte van een aardbeving vast? En waarom is de schaal van Richter daarvoor niet altijd de goede maat?
In deze rubriek kraakt Bernd Andeweg sleetse concepten in de aardrijkskundeles die aardwetenschappers al tijden niet meer gebruiken.