In de kerndoelenteams m&n en m&m zitten leraren po en vo, vakexperts en curriculumexperts. Zij werken sinds september 2023 aan de conceptkerndoelen. Vakverenigingen, lerarenopleidingen en maatschappelijke organisaties geven de kerndoelenteams via advieskringen feedback op tussenproducten. Hiervoor raadplegen zij hun achterban. Ook worden reacties opgehaald tijdens conferenties en netwerkbijeenkomsten. Door over de grenzen van het eigen vakgebied heen te kijken, kunnen betrokkenen bijdragen aan een breder perspectief. De klankbordgroep specifieke onderwijsbehoeften ziet erop toe dat de conceptkerndoelen ook inclusief en haalbaar zijn voor het (voortgezet) speciaal onderwijs.
Conceptkerndoelen mens & maatschappij en mens & natuur
Meer ruimte voor actualiteit en kritische reflectie
Geografische vraagstukken bevinden zich vaak op het raakvlak van de leergebieden mens & maatschappij (m&m) en mens & natuur (m&n). Niet vreemd dus dat aardrijkskunde kerndoelen in beide leergebieden heeft. De conceptkerndoelen zijn concreter dan de huidige en bieden meer mogelijkheden actuele onderwerpen en de eigen leefomgeving in de les te verwerken.
Kerndoelen helpen leraren te focussen op wat belangrijk is in een leergebied en ze zijn nuttig bij het maken van keuzes in het lesaanbod. De huidige kerndoelen voor het primair onderwijs en de onderbouw van het voortgezet onderwijs zijn van 2006 en bovendien vaag geformuleerd. Sindsdien is de wereld flink veranderd. De conceptkerndoelen mens en maatschappij (m&m) en mens en natuur (m&n) die nu voorliggen, zijn concreter geformuleerd en geven meer richting. Volgens aardrijkskundeleraar Iris Goudsmit, lid van het kerndoelenteam m&m, geven de conceptkerndoelen leraren meer vrijheid om in te spelen op de actualiteit. Thema’s als duurzaamheid, klimaatverandering, energietransitie en een rechtvaardige verdeling van bijvoorbeeld voedsel, grondstoffen, goederen en grond bieden volop mogelijkheden voor kritische reflectie in de klas. ‘Voorheen lag de nadruk vooral op cognitief leren’, stelt Goudsmit. ‘Nu worden leerlingen meer aan het denken gezet.’
Kerndoelen in twee leergebieden
Ton Roelofs, procesregisseur van het kerndoelenteam m&n, legt uit: ‘Aardrijkskunde is bij uitstek een schoolvak dat verbindingen legt tussen de leergebieden mens & natuur en mens & maatschappij. Veel vraagstukken bevinden zich op het raakvlak van beide leergebieden. Aardrijkskunde staat met het ene been in m&n en met het andere in m&m.’
Robbert Blanken werkt bij SLO als curriculumexpert en is betrokken bij het kerndoelenteam m&n. ‘Onze collega’s in de klas zullen herkennen dat het fysische deel van geografie bij mens en natuur is ondergebracht en het sociale deel bij mens en maatschappij’, licht hij toe. Aardrijkskunde legt bij uitstek verbindingen tussen de leergebieden m&n en m&m, met respectievelijk fysische en sociale geografie.
Frederik Oorschot is SLO curriculumontwikkelaar en net als Iris Goudsmit lid van het kerndoelenteam m&m. ‘Onze eerste gedachte was om voor het schoolvak aardrijkskunde één gezamenlijke set kerndoelen te maken, die dan in beide leergebieden zou worden opgenomen. Maar dat bleek wettelijk niet mogelijk. Afstemming werd voor de twee kerndoelenteams daarom des te belangrijker.’
Geografisch perspectief
‘De leraar aardrijkskunde put straks zowel uit de kerndoelen van zowel m&m als m&n en moet er zelf een logische eenheid van maken’, aldus Roelofs. De voorgestelde kerndoelen zijn zo geformuleerd dat ze de leraar ‘ontzorgen’. Ze geven aan wat leerlingen op welk niveau doen, en wat ze moeten kennen, kunnen en hebben ervaren aan het eind van het primair onderwijs en het eind van de onderbouw van het voortgezet onderwijs. ‘We hebben goed gelet op de doorlopende leerlijn van po naar onderbouw vo en de samenhang binnen het leergebied en met andere leergebieden’, aldus Goudsmit. Oorschot: ‘Het is belangrijk dat álle leerlingen bepaalde geografische kennis en vaardigheden meekrijgen en het geografisch perspectief waarmee ze de wereld kunnen bestuderen.’
Samenhang leergebieden
‘Met de conceptkerndoelen in beide leergebieden wordt het hele plaatje voor aardrijkskunde duidelijker’, vindt Blanken. ‘Leerlingen krijgen een completer beeld en beter begrip van hoe de wereld in elkaar steekt en hoe de fysische systemen en verschijnselen samenhangen met de sociale en hoe ze elkaar beïnvloeden.’ Voor het leergebied m&n zijn er kerndoelen die betrekking hebben op de aarde als systeem. ‘Daar wordt ingegaan op water, weer en klimaat’, licht Oorschot toe. ‘Bij m&m zijn er conceptkerndoelen die daarop kunnen voortborduren. Denk aan het conceptkerndoel over de aarde als leefomgeving, waarbij je bijvoorbeeld maatregelen tegen klimaatverandering kunt behandelen. Die blik naar de toekomst hebben geografen altijd wel, maar die is nooit expliciet verwoord in de kerndoelen. Nu wel.’ Ook leren over schaalniveaus wordt nu benoemd, net als het onderscheiden van perspectieven en het formuleren van toekomstscenario’s.
Over schaalniveaus zegt Blanken dat het de bedoeling is leerlingen niet alleen naar deelprocessen te laten kijken, maar ze vanuit eigen nieuwsgierigheid meer grip te laten krijgen op de eigen leefomgeving en de wereld. ‘Door aardrijkskunde begrijpen leerlingen hoe de aarde in elkaar zit, zowel fysisch- als sociaalgeografisch.’
Geïntegreerde kijk
In het leergebied m&n zitten nog twee conceptkerndoelen die essentieel zijn voor aardrijkskunde. De eerste gaat over geologische verschijnselen zoals erosie en verwering. Het andere kerndoel betreft ecologie. Blanken: ‘Ecosystemen kunnen heel klein zijn, bijvoorbeeld een sloot, maar ook de hele wereld beslaan, en alles ertussenin. Hoe mensen met ecosystemen omgaan en welke landschappen dat geeft, is een wisselwerking tussen geografie en biologie.’
Het kerndoelenteam m&m is uitgekomen op vier voor het schoolvak aardrijkskunde relevante conceptkerndoelen voor het primair onderwijs en vijf voor het voortgezet onderwijs. ‘Zet je de conceptkerndoelen uit beide leergebieden naast elkaar, dan heb je een heel solide geografische basis’, vindt Goudsmit. ‘Het conceptkerndoel ruimtelijke inrichting is natuurlijk overduidelijk geografisch. Maar bijvoorbeeld het conceptkerndoel over macht heeft ook veel aanknopingspunten en raakvlakken met geografische thema’s.’ Geografische thema’s als ruimtelijke inrichting, klimaatverandering en de verdeling van middelen kunnen straks vakoverstijgend behandeld worden. ‘Dat biedt een veel bredere, geïntegreerde kijk op vraagstukken’, aldus Oorschot.
Goudsmit is erg blij met de conceptkerndoelen over vraagstukken in de samenleving en over de analyse van maatschappelijke verschijnselen en visies. ‘Voorheen stond toch vooral cognitief leren in de kerndoelen voorop. In de conceptkerndoelen staat expliciet dat leerlingen aan het denken worden gezet. Bijvoorbeeld over hoe hun wereldbeeld gevormd wordt en dat dit niet statisch is. Op die manier leren ze context en situaties te analyseren. Waar vindt het plaats? Wat is er aan de hand? Hoe kun je dit vanuit verschillende perspectieven bekijken? Dat maakt het minder afhankelijk van wie er voor de klas staat en of de leraar de ambitie heeft leerlingen te verleiden tot discussie. Het is nu gewoon opgenomen in de conceptkerndoelen. Dat geldt ook voor de meer morele kant van vraagstukken. Het is goed dat leerlingen een eigen afweging leren maken. Ook dat zit veel meer in de conceptkerndoelen. Thema’s als duurzaamheid, klimaatverandering en een rechtvaardige verdeling van bijvoorbeeld voedsel, grondstoffen, goederen en grond lenen zich daar bij uitstek voor.’
Vakoverstijgend
‘De kracht van de vertaling naar het onderwijsaanbod ligt natuurlijk in de klas, bij de leraren, stelt Goudsmit. ‘Daar gebeurt het.’ Op de vraag of ze niet bang is dat collega’s het véél vinden, antwoordt Goudsmit dat ze dit een begrijpelijke reactie vindt. ‘Maar’, verzekert ze, ‘mijn collega’s zullen ontdekken dat er veel ruimte is om de eigen leefomgeving, de eigen klas en de actualiteit te betrekken.’ Goudsmit verwacht dat het aardrijkskundeonderwijs daardoor dichter bij de belevingswereld van leerlingen komt te staan, waardoor ze het zich makkelijker en met meer motivatie eigen kunnen maken. Dat kan nog worden versterkt door meer vakoverstijgende projecten aan te bieden, denkt ze. En: ‘Meer inspelen op de actualiteit maakt van je leerlingen kritische denkers. Laat zien hoe complexe mondiale vraagstukken gekoppeld zijn aan de directe leefomgeving.’
Vervolg
De voorgestelde kerndoelen worden beproefd: leraren, schoolleiders en experts worden bevraagd over de verwachte bruikbaarheid in de onderwijspraktijk en wat er nodig is om de kerndoelen te implementeren. Daarnaast heeft OCW aangegeven dat er nog een extra stap moet worden gezet om de kerndoelen meer in samenhang te presenteren, zodat er een goede focus komt op het versterken van lezen, schrijven en rekenen. SLO pakt dit tegelijkertijd op met het verwerken van de feedback uit de onderwijspraktijk. Daarna worden de kerndoelen definitief vastgesteld en vastgelegd in wetgeving.