Gazprom: Pion in het schaakspel van het Kremlin

20 december 2020
Auteurs:
Alexandra Iburg
Sociale Geografie Student, Conflict Studies, Universiteit Utrecht
Dit artikel is verschenen in: geografie januari 2021
Oekraïne & Rusland
geopolitiek
Rusland
Kennis
FOTO: KREMLIN.RU
President Vladimir Poetin ontvangt de ceo van Gazprom, Alexei Miller, in het Kremlin (mei 2017).

Het Russische bedrijf Gazprom begon in 2018 met de aanleg van de Nordstream II, een nieuwe gaspijpleiding richting West-Europa. Er is veel discussie over de afhankelijkheid die deze leiding zou veroorzaken. Hoe je het ook wendt of keert: Gazprom is sterk verweven met de Russische staat.

 

Gazprom is het grootste bedrijf van Rusland en richt zich op de productie, het transport en de verkoop van gas en olie. Het is ’s werelds grootste gasproducent en levert vooral aan voormalige Sovjetstaten in Midden- en Oost-Europa. Sinds 2011 zorgt de Nord Stream-gasleiding ook voor een grote toevoer richting Duitsland. Omdat in West-Europa de eigen gasvoorraden beginnen op te raken, is hier een nieuwe afzetmarkt voor Gazprom ontstaan. Het Russische bedrijf wil deze markt gaan bedienen via de nieuwe Nord Stream II-pijpleiding. De aanleg wordt mede gefinancierd door Engie (Frankrijk), BASF en Uniper (Duitsland), OMV (Oostenrijk) en Shell (Nederland-VK). Steekt Europa het hoofd in een Russische strop?

Poetins kring

Na de val van de Sovjet-Unie in 1992 voerde Rusland een liberale markteconomie door. Tijdens de privatiseringen wist de Russische staat echter veel macht naar zich toe te trekken. Dit door de grootschalige overname van aandelen in bedrijven en instellingen die voorheen ministeries waren. Dat gebeurde ook bij het ministerie van Gasindustrie, dat werd geprivatiseerd en herrees als Gazprom. Meer dan de helft van de aandelen is in bezit van de staat. Aandeelhouders hebben via hun stemrecht externe controle over grote deals die het bedrijf afsluit. Omdat veel van de overige aandeelhouders van Gazprom werken voor de overheid, oefent deze effectief de (externe) macht uit over het bedrijf. Het Kremlin heeft ook rechtstreeks invloed op de bedrijfsvoering. President Poetin heeft diens rechterhand Dimitri Medvedev eigenhandig benoemd tot voorzitter in de raad van bestuur binnen Gazprom. In deze raad zitten verder twee Russische ministers: die van Handel en Industrie, Dennis Manturov, en van Energie, Alexander Novak. In zijn boek Gazprom and the Russian State (2006) beschrijft Kevin Rosner, kenner van geopolitiek & energie in Rusland en wereldwijd, dat ook veel andere bestuurs- en commissieleden in het concern banden hebben met Poetin. Zo zou een aantal voormalige KGB-collega’s en oud-studiegenoten van de president actief zijn binnen het bedrijf. Toch stelt Gazprom zelf dat de overheid geen ‘gouden aandeel’ heeft en dat het bedrijf zelfstandig opereert.

BRON: NATURALEARTHDATA.COM, GAZPROM
Nord Stream en de geplande Nord Stream II

Financieel belang

In Rusland mogen alleen staatsbedrijven putten uit de grondstofreserves, en nieuwe velden ontwikkelen om energie te produceren. Gazprom is officieel geen staatsbedrijf, maar geniet dankzij de nauwe banden met de overheid toch deze voordelen. Gazprom bezit 60 procent van de Russische grondstofreserves en is goed voor 94 procent van de totale gasproductie binnen Rusland. Met de productie en verkoop van gas draagt het bedrijf voor 20 procent bij aan alle belastinginkomsten van de Russische Federatie en zorgt het voor ongeveer 8 procent van het bruto nationaal product (bnp). Dit maakt de Russische economie kwetsbaar. De Russische olieproductie en het bnp vertonen een sterke correlatie, zo blijkt uit de statistieken. Tijdens de wereldwijde bankencrisis in 2008 kelderden de Gazprom-aandelen in waarde van 330 naar 83 miljard US dollar (van 221 naar 57 miljard euro). Hoewel er meer economieën hard geraakt werden, was de schade in Rusland relatief groter.

Daarom grijpt de Russische overheid ook hard in zodra Gazprom bedreigingen van buitenaf ervaart. Toen Greenpeace in 2014 bijvoorbeeld actie voerde tegen de olieboringen van Gazprom op de Noordpool, belandde de milieu-organisatie nog hetzelfde jaar op de lijst van verboden ngo’s in Rusland.

Gasconflict Oekraïne

Door de in- en externe machtsrelaties en financiële banden is de Russische overheid in staat het bedrijf in te zetten voor politiek gewin. Henk Donkers schreef hier al eerder over in Geografie november/december 2014 en januari 2018. Hij legde uit dat de EU tot 2014 nauwelijks strategisch dacht en dat Rusland zich via een verdeel-en-heerspolitiek meester maakte van natuurlijke hulpbronnen. Deze strategie was bijna een decennium eerder ook al te zien in het gasconflict met Oekraïne. In maart 2005 wilde de Russische overheid de prijs voor de gaslevering aan Oekraïne drastisch verhogen. Het Oekraïense staatsbedrijf Naftogaz weigerde daarmee akkoord te gaan. Na wederzijdse pogingen om tot overeenstemming te komen, draaide Gazprom op 1 januari 2006 de gaskraan naar Oekraïne dicht. Dat duurde slechts twee dagen, maar midden in de winter had de afsluiting onmiddellijk gevolgen voor Oekraïne.

Omdat het Oost-Europese land voor de toevoer van gas volledig afhankelijk was (en is) van Rusland, had het een zwakke onderhandelingspositie. Rusland profiteert hier nog steeds van. Bij elk geschil tussen de twee landen dreigt Rusland via Gazprom de gaskraan gedeeltelijk dicht te draaien.

Consequenties Nord Stream II

Toch heeft Oekraïne lang een troefkaart in handen gehad. Het Russische gas dat West-Europa nu afneemt, gaat nog altijd via Oekraïne. Dat levert dit land niet alleen geld op, maar ook enige onderhandelingsruimte. Rusland heeft er immers alle belang bij dat de doorgang door Oekraïne toegankelijk en stabiel blijft.

Maar met de komst van de Nord Stream II vervalt deze troefkaart voor Oekraïne. De nieuwe pijpleiding richting West-Europa betekent dat het gastransport via Oekraïne aanzienlijk zal verminderen en het land inkomsten misloopt. Bovendien zal Rusland het niet langer nodig vinden een stabiele en normale relatie met Oekraïne te onderhouden. Daarmee verzwakt de positie van de Oost-Europese buur aanzienlijk. De aanleg van Nord Stream II stuit ook in West-Europa op kritiek. Wie garandeert dat Rusland de levering van gas niet ook zal inzetten als politiek dwangmiddel tegen West-Europa? Hier zijn twee kanttekeningen bij te plaatsen. Allereerst maken de Nord Stream-pijpleidingen Europa niet enkel afhankelijk van Rusland, maar omgekeerd Rusland ook van Europa. De grote hoeveelheden gas die Rusland zal leveren, maken het land sterk afhankelijk van West-Europa als afzetmarkt. Ten tweede leveren de Nord Stream-pijpleidingen gas aan diverse landen uit het grootste statenverband ter wereld, de Europese Unie. Mocht Rusland dreigen de gaskraan dicht te draaien voor Europa, dan vindt het een heel machtsblok tegenover zich – mogelijk meer dan Rusland aankan. Stopzetting van de gastoevoer lijkt dus niet waarschijnlijk.

De komst van Nord Stream II verzwakt de positie van Oekraïne

Toch kan Nord Stream II een rol spelen in een Russich machtsspel. Vooral Duitsland, dat dan voor 70 procent afhankelijk wordt van Russisch gas, krijgt daarmee te maken. De Verenigde Staten hebben al betoogd dat Duitsland te afhankelijk wordt van Rusland. President Trump dreigde daarom met sancties tegen Duitse bedrijven – ook uit welgemeend eigenbelang trouwens. Trump wilde namelijk Amerikaans schaliegas naar de EU exporteren en beschouwde de Nord Stream II als een serieuze concurrent. Een jaar na de eerste dreigementen ondertekende Trump een wet die daadwerkelijk sancties oplegt aan bedrijven die betrokken zijn bij de aanleg van de Nord Stream II. De vermogens van deze bedrijven in de VS zijn bevroren en het personeel komt de VS niet meer binnen. Merkel veroordeelde de ‘extraterritoriale sancties’ en keurde deze praktijken af.

Maar ook binnen de EU hebben landen hun zorgen geuit over de Duitse plannen. Vooral lidstaten in Centraal en Oost-Europa beschouwen de Duitse afname van Russisch gas als een bedreiging van hun veiligheid. Zelfs Frankrijk waarschuwt voor een al te groot vertrouwen in de Russische energiebronnen. Macron zou graag zien dat eerst de goedkeuring van de EU wordt afgewacht voordat er Russsiche pijpleidingen het EU-gebied binnenkomen. Dan moet er ook een transparant prijsbeleid komen, evenals duidelijke afspraken over de (gescheiden) rollen van de leverancier (Gazprom, c.q. Rusland) en de beheerder van de infrastructuur (niet Rusland dus). De kwestie leidde tot een aanvaring tussen Duitsland en Frankrijk, twee lidstaten die met hun bondgenootschap normaal gesproken voor stabiliteit binnen de Europese Unie zorgen. Na diverse beraadslagingen dienden ze uiteindelijk samen een voorstel in om de verantwoordelijkheid voor pijpleidingen met derde landen zoals Rusland te leggen bij het EU-land waar de pijpleiding voor het eerst het EU-gebied inkomt. Als vice-president onder Obama vond Joe Biden dat de komst van de pijpleiding de energieveiligheid van de EU zou verzwakken. Maar als president van de VS zal hij zich naar verwachting anders opstellen. Door te dreigen met maatregelen zou hij zich namelijk actief mengen in Europese politieke aangelegenheden. In zijn streven de transatlantische relatie te normaliseren zal de nieuwe Amerikaanse president zijn Duitse collega, bondskanselier Merkel, niet tegen zich in het harnas willen jagen. En dat biedt de Russische predident Poetin wederom een kans zijn politieke spel te spelen.

Hoewel Duitsland en Frankrijk tot een compromis zijn gekomen, laat hun interne geschil goed zien hoe de Russische pijpleiding conflicten veroorzaakt tussen westerse bondgenoten. En zo speelt Rusland opnieuw de verdeel-en-heerskaart. En versterkt Nord Stream II de positie van Rusland ten opzichte van de Europese Unie.