Missie volbracht
Restauratie gedenksteen op Spitsbergen
Op Amsterdameiland in het noordwesten van Spitsbergen staat een Nederlandse gedenksteen uit 1878. In Geografie mei 2020 werd een expeditie aangekondigd om dit monument weer leesbaar te maken. Vanwege covid-19 ging die reis niet door. Maar met de steen kwam het uiteindelijk toch goed.
Het verhaal gaat terug tot 2008, toen ik de gedenksteen op Spitsbergen voor het eerst zag, maar het opschrift niet kon lezen. Eenmaal thuis onthulden historische foto’s het verhaal op de steen over de ontdekking van Spitsbergen door Willem Barentsz en twee barre overwinteringen op de archipel met een desastreuze afloop. De steen liet me niet meer los.
Toen ik in 2014 een monument op Jan Mayen-eiland had mogen restaureren (zie Geografie februari 2015), besloot ik een poging te doen ook de gedenksteen op Spitsbergen weer leesbaar te maken. Ik vond Oceanwide Expeditions bereid om van het normale reisprogramma af te wijken en het monument te bezoeken. Ik zou één dag de tijd krijgen voor het restauratiewerk. Maar net toen alles rond leek, begon de covid-19-pandemie.
De tocht werd uitgesteld tot eind juni 2022 en het zeilschip Noorderlicht maakte plaats voor motorschip MS Hondius. Van de ruim honderd passagiers gingen er veertien speciaal mee om de restauratie van het monument te aanschouwen. Eenmaal geland op Spitsbergen bleek direct dat niet de mens maar de weersomstandigheden bepalen wat er mogelijk is in het poolgebied. Door de harde wind (10 BF) was het niet verantwoord passagiers met de zodiacs naar de MS Hondius te brengen. We zagen hoe grote stukken bouwmateriaal door de straten geblazen werden. De volgende ochtend konden we gelukkig alsnog aan boord.
Veiligheid
De eerste twee dagen waren gevuld met veiligheidsbriefings, de bezichtiging van schitterende gletsjers en bezoek aan kolonies walrussen en zeehonden. De derde dag stond de restauratie van het monument op het programma. Met de expeditieleider was van tevoren intensief overlegd over de aanpak en logistiek. De landing bij Smeerenburg moest vooraf afgestemd worden met andere schepen die het eiland wilden bezoeken. Het tijdsslot dat wij ter beschikking hadden, besloeg een halve dag, te kort om het monument op te knappen. De voorgestelde oplossing was even eenvoudig als briljant: het werk kon ook ’s nachts worden gedaan, want de zon gaat in de zomer niet onder. Dat de restauratie succesvol zou zijn, was echter allerminst zeker. Als het regende, zou de steen te nat zijn om te beschilderen. Bij harde wind zou er zand in de natte verf geblazen worden, en bij mist zouden we helemaal niet kunnen landen, omdat het zicht op eventueel nabije ijsberen ontbrak. We hadden geluk. Even na middernacht, een uur voor de geplande landing, zagen we de dikke mist langzaam optrekken, en konden we probleemloos landen. Er gingen twee gewapende gidsen mee die de omgeving controleerden op ijsberen. Die doken gelukkig niet op. Wel waren overal verse sporen te zien. De veertien reizigers met interesse in de restauratie liepen samen met de gidsen in twee ploegen de ijsberenwacht en konden zo om en om de vorderingen aan het monument volgen.
Restauratie
Bij eerste inspectie bleek dat delen van de tekst, die in reliëf is uitgehakt met opliggende letters, weggevallen waren. Scheuren in de steen waren in de loop der tijd steeds groter geworden: er was water ingelopen dat bevroor en uitzette, waardoor delen van de steen waren afgebroken.
Rond 4 uur in de ochtend kwam de aflossing van de ijsberenwacht
Door plaatselijke verschillen in hardheid was de steen ongelijk gesleten. Met een diamantschuurblok maakte ik de tekst daarom eerst vlak. Voor zover dat ging tenminste, want voor een mooi vlak oppervlak zou er te veel materiaal van het monument afgehaald moeten worden. Licht schuren dus en genoegen nemen met de oneffenheden. Dat maakte het wel extra moeilijk om rechte lijnen te schilderen.
Toch vorderde het werk gestaag. Rond 4 uur in de ochtend kwam de aflossing van de ijsberenwacht en om 9 uur was het werk gedaan. De tekst was weer goed leesbaar en waar de opliggende letters waren verdwenen, had ik deze in verf aangebracht. Dat gaf een mooi resultaat.
Correcte tekst
Aan deze missie gingen jaren van voorbereiding en onderzoek vooraf. Daarbij waren subtiele verschillen aan het licht gekomen tussen de tekst op de steen zelf en de teksten die in de loop der tijd in publicaties en krantenberichten verschenen. In geen enkele publicatie stond het helemaal correct. Zelfs de mannen die de steen in 1878 plaatsten en de tekst letterlijk konden overschrijven, zaten er iets naast. Mijn artikel in Geografie mei 2020 vormt daarop helaas geen uitzondering. Dat onderstreept wel het belang van veldwerk.
Opvallend is de spelling van ‘Nieu-land’ op de steen (zonder w). Navraag bij het Instituut voor de Nederlandse Taal leert dat deze spelling in 1878, toen de steen gemaakt en geplaatst werd, al dertien jaar niet meer in gebruik was. Waarschijnlijk is dit bewust gedaan om de schrijfwijze op oude kaarten in herinnering te brengen. Veel publicaties hanteren echter de nieuwe spelling.
De coördinaten op de steen die aangeven tot waar Willem Barentsz Spitsbergen ontdekte, zijn 790 en 30” (79 graden en 30 seconden). In het dagboek van Gerrit de Veer staat echter 79 ½ graad (79 graden en 30 minuten), een verschil van meer dan 50 km. Waarschijnlijk heeft de steenhouwer, niet bekend met navigatie, hier een foutje in de notatie gemaakt. Tot slot is de naam Jacob Seegersz op de steen met dubbel ‘e’ aangegeven, terwijl Jacob Segersz in zijn eigen dagboek een enkele ‘e’ gebruikte.
Missie volbracht
Veertien jaar na mijn eerste ontmoeting met de steen was de klus geklaard. De rest van de reis kon ik ontspannen en als toerist ondergaan. ’s Avonds zagen we de ijsberen die we tijdens het werk aan de steen niet wilden tegenkomen, wel drie stuks.
We zochten het pakijs van de Noordelijke IJszee op en zagen een scherpe vaste rand, zover we konden kijken. Ook de zeldzame Groenlandse walvissen doken op.
Kortom, een schitterende reis en een mooie missie volbracht. Het KNAG mag daar best een beetje trots op zijn, want het stond aan de wieg van het Comité voor de IJszeevaart, dat deze steen in 1878 plaatste. Na opheffing van het comité is een aantal bezittingen naar het KNAG gegaan, waardoor een historische binding is ontstaan met deze gedenksteen.
Ik besluit met een citaat over dit monument uit het boek Leven en streven van LTZ Koolemans Beynen van Charles Boissevain (1880):
‘Zulke symbolen verheffen het hart, gelijk alle ware poëzie dat doet, en ze zouden, meende Beynen, dubbel indrukwekkend zijn, omdat men ze niet zag, maar enkel wist, dat zij daar hoog in ’t Noord in langen winternacht en wilden zeestorm staan.’