Oekraïne en Rusland: peilingen van publieke opinies
Peilingen in de eerste maanden van de oorlog in Oekraïne lieten scherpe verschillen zien tussen Europese en Russische publieke opinies. Maar ook binnen Europa waren de meningen verdeeld.
In Rusland lieten de eerste opiniepeilingen zien dat er veel steun was voor de Russische ‘interventie’ in Oekraïne. In maart 2022 stond ruim de helft (53%) van de respondenten pal achter de inval en steunde 28% deze enigszins. Een maand later was dat respectievelijk 45% en 29%, aldus het toonaangevende, min of meer onafhankelijk opererende, Levada Center in Moskou (figuur 1).
Meer dan de helft (57%) van de Russische respondenten hield de Verenigde Staten en de NAVO verantwoordelijk voor dood en verderf in Oekraïne, 17% schreef het leed toe aan het regime in Kiev, en 7% legde de verantwoordelijkheid bij Rusland.
Bijna driekwart van de Russische respondenten was overtuigd van de overwinning voor Rusland, de ouderen meer dan de jongeren. En bijna de helft, en vooral jongeren, verwachtte dat het conflict zou escaleren in een oorlog met de NAVO.
Eurobarometer
In alle lidstaten van de EU is de publieke opinie over de oorlog uitgebreid onderzocht in een Eurobarometer midden april 2022. 70% van de EU-respondenten volgde het nieuws over de oorlog een of meer keren per dag en 81% maakte zich zorgen over de oorlog – vrouwen meer dan mannen, en ouderen meer dan jongeren.
89% van de respondenten leefde mee met de Oekraïners en 66% vond dat het land tot de EU zou mogen toetreden als het er klaar voor was (figuur 3).
Ruim driekwart hield de Russische overheid verantwoordelijk voor de situatie en 82% vond dat je wel een onderscheid moet maken tussen het Russische leiderschap (lees: president Poetin) en de Russische bevolking. In Litouwen, Estland, Letland, Griekenland, Polen en Cyprus vonden minder mensen dat, maar nog altijd 70% (figuur 3).
Driekwart van de respondenten zag in de oorlog een bewijs dat er meer militaire samenwerking nodig is. Tot slot signaleerde de Eurobarometer veel steun voor de acties van de EU (93% voor humanitaire hulp aan bewoners) en voor allerlei energiemaatregelen.
ECFR-peiling
De European Council on Foreign Relations (ECFR), een denktank, publiceerde een studie gebaseerd op een peiling van 28 april tot 11 mei 2022 in het Verenigd Koninkrijk en negen EU-lidstaten, waaronder grote en kleine, oude en nieuwe lidstaten, grenzend aan Rusland en verder weg. De auteurs, Ivan Krastev en Mark Leonard, ontwaarden in de opinies diverse ‘kampen’, van vrede, van rechtvaardigheid en van weifelaars – daarover straks meer.
Rusland werd door 73% van de respondenten verantwoordelijk gehouden voor de oorlog, maar daarin was een grote variatie: van 90% in Finland tot 56% in Italië. De Finnen delen een lange grens met Rusland, maakten ooit deel uit van het Russisch Rijk en wisten met grote moeite hun onafhankelijkheid te handhaven in de schaduw van de grote buur. Om nog maar te zwijgen over de grote territoriale verliezen (het grootste deel van Karelië, Salla en Petsamo) en de stromen vluchtelingen na de Tweede Wereldoorlog. De Finnen zijn daarom veel kritischer dan de Italianen, voor wie de expansiedrift van Rusland geen existentieel gevaar vormt. Die urgentie (gestoeld op geografische locatie en relaties in het verleden) is ook voelbaar in Zweden en Polen. Verrassender is de relatief gematigde opstelling van de Roemenen, ondanks het feit dat hun land grenst aan Oekraïne, en ondanks de rol van Rusland in Transnistrië, een quasistaat in buurland Moldavië, dat ook een omstreden grensland is tussen Roemenië en Rusland.
Gevraagd naar de grootste belemmering voor vrede wees 64% van de respondenten Rusland aan als grootste obstakel. In Finland vond maar liefst 87% dat, in Italië 39%.
De meerderheid meende dat Rusland, Oekraïne, maar ook de EU slechter af waren met het conflict. De respondenten maakten zich vooral zorgen over de stijgende kosten van levensonderhoud (en vooral energie) en over een kernaanval van Rusland. Een (grote) meerderheid van respondenten in Finland, Polen, Roemenië en Zweden vreesde een inval in eigen land. De steun voor het verbreken van economische, culturele en diplomatieke banden was groot, maar varieerde sterk, met de hoogste percentages in Polen (meer dan 70%).
Een absolute meerderheid van Polen (52%) en Zweden (50%) vond dat hun land meer aan defensie moest uitgeven, óók als dat ten koste zou gaan van gezondheidszorg, onderwijs en misdaadbestrijding; bij de Italianen was maar 14% die mening toegedaan. Er was flink wat steun voor het verminderen van de energieafhankelijkheid van Rusland (77% in Finland, 44% in Italië) en veel steun voor de opvang van vluchtelingen (91% in Finland, 64% in Roemenië).
Vrede of rechtvaardigheid?
Krastev en Leonard, beiden toonaangevende auteurs over Europese integratie, gebruiken de opinies om ‘kampen’ te onderscheiden:
- een kamp van vrede (35%): deze respondenten waren het eens met de stelling dat de oorlog zo snel mogelijk gestopt moet worden, ook al zou dit betekenen dat Oekraïne gebieden aan Rusland moet afstaan;
- een kamp van rechtvaardigheid (22%): deze respondenten vonden dat Rusland gestraft moet worden voor de agressie, ook al zou dit betekenen dat meer Oekraïners gedood worden of ontheemd raken;
- een kamp van weifelaars (20%): dit zijn respondenten die geen van beide stellingen kozen, maar wel minstens vijf van de tien acties van de EU steunden;
- een restgroep (23%) van respondenten die geen van beide stellingen kozen en minder dan vijf acties steunden, en mensen die zeiden het niet te weten.
In Italië was het vredeskamp het grootst (52%), in Polen het rechtvaardigheidskamp (41%) en in het Verenigd Koninkrijk de groep weifelaars (32%) (figuur 4).
In het rechtvaardigheidskamp was het percentage mannen veel hoger dan in het vredeskamp. Verder was het rechtvaardigheidskamp groter onder de aanhang van rechtse partijen, Duitsland uitgezonderd, waar aanhangers van de rechts-populistische AfD een voorkeur voor vrede hadden.
Rusland kreeg van de meerderheid van alle groepen de schuld van de oorlog, maar nog het meest in de groep weifelaars.
De breuk met Rusland lijkt onherstelbaar en het ziet ernaar uit dat Europa zich wil loskoppelen van Rusland. De auteurs waarschuwen echter dat de oorlog een splijtzwam kan worden in de binnenlandse politiek en tussen de lidstaten van de EU. Ze stellen dat politici de Europese eenheid kunnen bewaren door de taal te spreken van de groep die zij weifelaars noemen: hard over Rusland, maar voorzichtig om verdere escalatie te voorkomen.
Voortzetting oorlog
Nu, een half jaar na de Russische inval in Oekraïne, zijn nog geen nieuwe grootschalige transnationale peilingen zoals de Eurobarometer beschikbaar. In Rusland rapporteert het Levada Centre weinig veranderingen in de publieke opinie (eind juli 2022). De Russische respondenten blijven vertrouwen op de overwinning maar verwachten een lange oorlog (28% denkt dat het meer dan een jaar gaat duren).
Ook de publieke opinie in Oekraïne (althans in de regio’s die op het Oekraïens mobiel netwerk zijn aangesloten) wordt regelmatig gepolst. In de laatste peiling van de Rating Group Ukraine van 17-18 augustus 2022, net vóór de Onafhankelijkheidsdag (24 augustus), zei 93% van de respondenten erop te vertrouwen dat Oekraïne de Russische invasie zal verslaan, maar verwachtte een grote groep dat het lang zal duren (20% dacht meer dan een jaar). Recente peilingen van de Nederlandse publieke opinie zijn ons niet bekend.
BRONNEN:
Levada Centre
- Levada Centre. Conflict with Ukraine: July 2022
- Levinson, A. (2022). Why still polling in wartime Russia? Raam op Rusland, 30 juni 2022.
Europese Commissie
ECFR
- Ivan Krastev & Mark Leonard (2022). Peace versus Justice: The coming European split over the war in Ukraine. Policy brief ECFR, 15 juni 2022.
Рейтинг (Rating Group Ukrain)
- Rating Group Ukrain. Seventeenth national survey: Identity, Patriotism. Values. (samenvatting in het Engels, presentatie in het Oekraïens).