Reacties Alcarta en Bosatlas

1 december 2018
Dit artikel is verschenen in: geografie november/december 2018
onderwijs
Opinie
BEELD: ALCARTA
Elke kaart van Alcarta is in Google Earth te openen en te bekijken.
Hier kaart 126C Golf van Napels, het leven rondom de Vesuvius.

Geografie vroeg de makers van Alcarta en De Grote Bosatlas te reageren op de beslissing van het CvTE.

 

Reactie Alcarta

‘Bijdrage leveren aan vernieuwing van het vak aardrijkskunde’ 

In 2013 startte de ontwikkeling van Alcarta en werd het CvTE gevraagd aan welke eisen een atlas moet voldoen om toegestaan te worden als hulpmiddel bij het centraal examen. Immers, zonder toelating kiest geen enkele school voor een nieuwe atlas. Ons doel was dat een leerling met twee verschillende atlassen centraal examen mocht doen. 

Nadat in 2015 het CvTE criteria voor de atlas op papier had gezet, heeft de atlasredactie van Alcarta de gestelde eisen nauwgezet gevolgd. Het CvTE gaf bij deze criteria aan, dat – mochten er in de toekomst meerdere atlassen aan de gestelde eisen voldoen – het college zou kunnen besluiten de atlas uit het centraal examen te halen. Hoe reëel die kans was, viel destijds niet in te schatten. De drijfveer om een betaalbare en toegankelijke atlas te ontwikkelen woog voor ons zwaar. Het doel van de redactie was juist om met de nieuwe atlas meer atlasgebruik in het aardrijkskundeonderwijs te stimuleren. In december 2017 liet het CvTE Alcarta als hulpmiddel toe; er mochten dus twee atlassen gebruikt worden op het centraal examen. Vervolgens besloot het college uitgebreid te onderzoeken of dit ook echt mogelijk was. Het onderzoeksrapport geeft aan dat het voor de gemiddelde uitslag niet uitmaakt met welke atlas je het examen maakt. In individuele gevallen kan het wel leiden tot ongelijkheid. En daarmee is het CvTE tot het besluit gekomen de atlas niet meer toe te staan als hulpmiddel bij het centraal examen. 

Is het atlasgebruik in gevaar gekomen? Nee, zeker niet. Gelukkig bepalen docenten zelf hoe ze de atlas inzetten in de aardrijkskundeles. Tot en met het centraal examen zijn kaart- en atlasvaardigheden nog steeds van groot belang, en worden deze ook behandeld en getoetst. Het is niet voor niets dat in de toekomstige examens atlaskaarten aan het centraal examen worden toegevoegd. Het CvTE schrijft in haar rapport dat slechts één vaardigheid niet meer te toetsen valt op het centraal examen, namelijk kaartselectie.

Andere vaardigheden zoals kaarten lezen, analyseren en interpreteren blijven volledig overeind in het centraal examen. 

Kaartselectie is een vaardigheid die leerlingen al vanaf leerjaar 1 aanleren. Sla de lesmethodes er maar op na. De komst van Alcarta stimuleert deze vaardigheid alleen maar verder, want met twee atlassen is het voor lesmethodes complex om naar specifieke kaartnummers te verwijzen. Waar deze tot voor kort verwezen naar bijvoorbeeld kaart 37A, zullen leerlingen in de toekomst verwezen worden naar bijvoorbeeld ‘de kaart met het bodemgebruik van Nederland’. Ze moeten zelf op zoek naar de juiste kaart en kunnen zelf kiezen of ze daarvoor het trefwoordenregister gebruiken, de inhoudsopgave bekijken of gewoon gaan bladeren in de atlas. 

Met Alcarta proberen wij een bijdrage te leveren aan vernieuwing van het vak. De vaste schalen leiden bijvoorbeeld tot een veel beter beeld van de werkelijke verhoudingen van de werelddelen. De navigatie met tabbladen, verwijspijlen en registersymbolen helpt de leerling in een veel gemakkelijker gebruik van de atlas. Het aantal gebruikers van Alcarta online (alcarta. thiememeulenhoff.nl/login) blijft stijgen en voorziet duidelijk in een behoefte. Binnen een jaar heeft Alcarta online bijna 12.000 gebruikers. Vooral het gebruik van de kaarten in Google Earth wordt erg gewaardeerd. Alcarta online zijn we volop aan het doorontwikkelen en in de nabije toekomst bevat deze meer verrassende en vernieuwende features. 

Het is jammer dat de atlas niet meer op het examen gebruikt mag worden, maar het vak aardrijkskunde verandert door dit besluit niet wezenlijk. Het doorbreken van een monopolie, het stimuleren van vakvernieuwing en het voorkomen van ongelijke kansen op het examen voor individuele gevallen wegen naar onze mening zwaarder dan het wegvallen van de vaardigheid kaartselectie op het centraal examen.

Maarten Boddaert, initiatiefnemer Alcarta 

Pieter Fock, portfoliomanager ThiemeMeulenhoff 

Reactie Noordhoff: 

'De Bosatlas en vernieuwing van het aardrijkskundeonderwijs' 

Een nieuw examenprogramma is altijd een belangrijke gebeurtenis. Dat geldt ook voor de samenstellers van aardrijkskundemethodes. Zodra het nieuwe programma en de bijbehorende syllabus zijn verschenen, start de ontwikkeling van een nieuwe generatie leermiddelen.

Het examenprogramma is daarbij leidend en de syllabus een inspiratiebron. Maar de grootste uitdaging zit in het opzetten van leerlijnen die op een aantrekkelijke en didactisch effectieve manier naar de examendoelen leiden. Daarbij maakt iedere aardrijkskundemethode eigen keuzes en dat leidt tot een gezond concurrentieveld. Zo valt er voor de aardrijkskundesecties wat te kiezen. 

Innoverend leermiddel 

Ook De Grote Bosatlas is primair een leermiddel. Voor de atlasredactie is iedere examenvernieuwing een uitdaging om op een eigen manier bij te dragen aan de nieuwe leerdoelen van het aardrijkskundeonderwijs. Onze toegevoegde waarde ligt in het presenteren van kaartverhalen die de methodes en het betoog van de docent onderbouwen en verrijken. Vanaf de 55e editie doen we dat ook met een complete digitale atlas. Onze uitdaging ligt in het zoeken naar de meest aansprekende kaartonderwerpen en de didactisch meest adequate manier om die kaarten uit te werken. We krijgen daarbij ondersteuning van een brede groep adviseurs en kennisinstellingen waarmee vaak al decennialang een band bestaat. Iedere nieuwe editie van De Bosatlas bestaat voor circa 30 procent uit nieuwe kaarten. Vanzelfsprekend zijn dat in de eerste plaats kaarten die voortkomen uit nieuwe onderwerpen en regio’s in het examen. Daarnaast gaat het om kaarten die het verhaal in didactisch opzicht beter vertellen dan hun voorgangers. En om kaarten waaraan in het onderwijsveld behoefte blijkt te bestaan. Actualiteit speelt ook een rol. Kaarten die blijkens marktonderzoek niet worden gebruikt, verdwijnen weer uit de atlas. Het is een dynamisch proces: de opeenvolging van Bosatlasedities laat zien hoe de wereld verandert en hoe het aardrijkskundeonderwijs verandert. 

Examenatlas 

In 2002 wordt De Bosatlas toegestaan als hulpmiddel bij het centraal schriftelijk eindexamen. Het is een vorm van erkenning waar we natuurlijk trots op zijn. Na verloop van tijd blijkt het gelijkwaardig toetsen aan de hand van twee edities van de atlas problemen op te leveren. Dat is niet zo merkwaardig: de figuren 1A en 1B laten zien hoe groot de verschillen tussen twee atlasedities zijn. Daarom is sinds een aantal jaren nog maar één editie toegestaan. 

Concurrerende atlas 

In 2015 wordt een nieuwe, concurrerende atlas aangekondigd. Wij juichen dit toe. Competitie is gezond: wie heeft de origineelste kaartonderwerpen, de mooiste kaartverhalen, de beste didactiek? Het is aan de aardrijkskundesecties om daarover een oordeel uit te spreken. Voor de rol van de atlas in het CE ontstaat met de komst van een nieuwe speler een gecompliceerde situatie. Het College voor Toetsen en Examens besluit een lijst op te stellen met criteria waaraan een atlas moet voldoen om te worden toegelaten als hulpmiddel bij het CE. Het examenprogramma is globaal, de syllabus gespecificeerd, maar de lijst van maar liefst 34 pagina’s bestaat uit beschrijvingen op kaartniveau. Een aanzienlijk deel daarvan komt overeen met de inhoud van de 54e editie van De Bosatlas. Keuzes die wij hebben gemaakt met betrekking tot onderwerpen, invalshoeken en voorbeelden worden daarmee getransformeerd tot objectieve criteria. Met als gevolg dat er een concurrerende atlas verschijnt met veel kaartconcepten die aantoonbaar door de redactie van De Bosatlas zijn bedacht. Dat is niet in het belang van De Bosatlas, maar zeker ook niet in het belang van een concurrerende atlas. 

Het CvTE is inmiddels tot de conclusie gekomen dat het niet mogelijk is met twee atlassen in het CE tot valide toetsing te komen; daarom is besloten geen atlas als hulpmiddel meer toe te laten op het CE. Enerzijds is dat jammer, omdat het afbreuk doet aan de waarde van de atlas voor het aardrijkskundeonderwijs. Waren beide atlassen echter wel toegestaan, dan was er een nieuw probleem ontstaan. Het CvTE had dan bij iedere nieuwe editie zo’n gedetailleerde lijst met kaartonderwerpen moeten aanleveren. Daarmee zou het college de rol van leermiddelenontwikkelaar overnemen en feitelijk iedere vorm van innovatie vanuit de atlasmakers onmogelijk maken. Daarom zien we het verdwijnen van de atlas uit het CE toch als een positieve ontwikkeling: het waarborgt vernieuwing en vergroot concurrentiemogelijkheden voor de atlasmakers. 

Extra katern 

En dan ten slotte nog het katern dat noodzakelijk is bij gebruik van de 55e editie van De Bosatlas op het centraal examen havo 2019 en vwo 2020. Het bevat merendeels kaarten uit de 54e editie die we hebben weggelaten in de 55e editie, omdat ze te weinig werden gebruikt, verouderd waren, vervangen zijn door nieuwe kaartverhalen, enzovoorts. De lijst van het CvTE maakt het noodzakelijk ze toch aan te bieden. Het katern is lastig voor iedereen, maar tegelijkertijd ook het bewijs dat de redactie van De Bosatlas de prioriteit legt bij innovatie en dat zij de atlas primair als leermiddel ziet en niet als hulpmiddel bij het eindexamen.  

Peter Vroege Uitgever Bosatlassen, Noordhoff Uitgevers Groningen