Noodweer in KwaZoeloe-Natal treft vooral allerarmsten

17 juni 2022
Auteurs:
Ad van Hout
Community Interaction, Universiteit Stellenbosch
Dit artikel is verschenen in: geografie juni 2022
klimaatverandering
Kennis
FOTO: GCIS / GOVERNMENTZA / FLICKR (CC)
In Ntuzuma, net buiten Durban, spoelden de overstromingen in april een brug weg.

Dagenlange slagregens leidden in de week voor Pasen tot een catastrofe aan de Zuid-Afrikaanse oostkust. De 444 dodelijke slachtoffers vielen vooral in de informele nederzettingen van miljoenenstad Durban.

 

De ongekend hevige regenval veroorzaakte verwoestende overstromingen en alles en iedereen verslindende modderstromen en aardverschuivingen. Veertigduizend mensen waren in één klap dakloos en raakten al hun bezittingen kwijt. Kolkende waterstromen deden bruggen ineenstorten en sloegen enorme gaten in belangrijke wegen, waardoor hulpdiensten niet of moeilijk ter plekke konden komen. Zeshonderd scholen en ruim zestig zorginstellingen werden zwaar beschadigd door het tomeloze watergeweld. Op veel plaatsen raakte de drinkwatervoorziening onklaar en viel meerdere dagen de stroom uit. In de haven van Durban raakten het scheepvaartverkeer en de containerterminal totaal ontregeld.

President Cyril Ramaphosa bezocht op 13 april het rampgebied en kondigde meteen de noodtoestand af. Tienduizend soldaten werden naar KwaZoeloe-Natal gestuurd om te helpen bij het herstel van de infrastructuur en het uitdelen van hulpgoederen.

BEELD: BAREND KÖBBEN / GEOGRAFIE

Extreem lage druk

In het warme en vochtige klimaat van KwaZoeloe-Natal komt hevig noodweer met dodelijke slachtoffers wel vaker voor. Zo waren er drie jaar geleden, in april 2019, door zware overstromingen en modderstromen nog 85 doden te betreuren. Maar de dagenlange slagregens die losbarstten op 10 april jl. sloegen alle records. Op sommige plekken viel binnen 48 uur bijna de helft van de hoeveelheid neerslag die daar normaal in een jaar naar beneden komt. Volgens de South African Weather Service (SAWS) viel op maandag 11 april, op één dag dus, 350 mm regen – dat is ongeveer driekwart van het gemiddelde in Zuid-Afrika in een heel jaar. In februari, normaal de natste maand in Durban, valt gemiddeld 102 mm.

Directe oorzaak van het ongekende noodweer was volgens de SAWS een uitgebreid gebied van extreem lage druk boven de Indische Oceaan, vlak voor de kust van KwaZoeloe-Natal, dat dagenlang bleef hangen. Een aanlandige wind blies de warme oceaanlucht kustwaarts, waar die door het reliëfrijke landschap gedwongen werd op te stijgen. Zo vormden zich continu donkere wolken, die vier dagen achter elkaar hun vochtige lading uitstortten over de kustgebieden van KwaZoeloe-Natal.

Vooral op sociale media werd geopperd dat deze hevige en langdurige neerslag te maken moest hebben met de klimaatverandering door de opwarming van de aarde. Andere landen op het zuidelijk halfrond (Madagascar en Mozambique in Oost-Afrika, en de oostkust van Australië en Brazilië) werden immers ook getroffen door hevige en dagenlange neerslag met zware overstromingen en verwoestende modderstromen. Professor Mark New, directeur van het African Climate & Development Initiative (ACDI), verbonden aan de universiteit van Kaapstad, wees er in de Daily Maverick op dat hevige neerslag in KwaZoeloe-Natal van alle tijden is, maar merkte vervolgens op dat global warming het weer wel ‘more energetic’ maakt. ‘More frequent and more intense rainfall is totally consistent with that we expect as global warming progresses.

Informele nederzettingen

Maar niet alleen de dagenlange, hevige slagregens waren verantwoordelijk voor het grote aantal slachtoffers en de immense materiële schade. Het stedelijk gebied in en rondom Durban is heuvelachtig en wordt doorsneden door talrijke rivieren en beken. In de hoop op een betere toekomst trekken jaarlijks duizenden arme gezinnen van het platteland van KwaZoeloe-Natal naar de metropool Durban. In die zinderende agglomeratie van 3,7 miljoen inwoners is een schreeuwend tekort aan betaalbare officiële huisvesting. Ongeveer een kwart van de stedelingen in de gemeente eThekwini (Durban en voorsteden) woont daarom in een van de talloze informele nederzettingen (shack lands). Daar flansen de stedelijke armen met bijeengescharrelde bouwmaterialen (sloophout, golfplaat, karton en plastic) en vaak zonder enige vorm van fundering een shack in elkaar. Vaak zijn ze gedwongen dat te doen op hellend terrein of dicht bij de oevers van een rivier of beek.

Het laat zich raden wat er gebeurt als het in deze woongebieden dagenlang onophoudelijk hard regent. Twaalfduizend gezinnen, grofweg veertigduizend mensen, moesten in die aprildagen machteloos toezien hoe aardverschuivingen en modderstromen hun dierbaren en hun huisjes en schamele bezittingen meesleurden. Het merendeel van de dodelijke slachtoffers viel in de informele nederzettingen van de voorsteden Pinetown, Clermont en Inanda.

Ook het gebrekkige onderhoud van de afwaterings- en rioleringssystemen door de lokale en provinciale overheid verklaart volgens critici voor een deel het hoge aantal slachtoffers en de enorme materiële schade.

Economie

Voor KwaZoeloe-Natal had de timing van de rampzalige overstromingen niet beroerder kunnen zijn. De economie had zich weer net wat opgericht na de gewelddadige rellen en plunderingen van juli 2021. Deze begonnen als protest tegen de gevangenneming van voormalig president Zuma (KwaZoeloe-Natal is zijn thuisprovincie), maar liepen totaal uit de hand. Ze kostten niet alleen veel mensenlevens, ze pakten ook desastreus uit voor de detailhandel. Tachtig shopping malls werden door bruut straatgeweld verwoest en leeggeplunderd, tweeduizend kleinere winkels ondergingen hetzelfde trieste lot. Negen maanden later hadden de meeste hun deuren weer geopend en functioneerden weer min of meer als vanouds. Totdat het dagenlange noodweer het voorzichtige herstel weer bijna volledig teniet deed.

De belangrijke toeristische sector – de stranden aan de Indische Oceaan zijn een grote trekpleister voor binnenlandse toeristen – had zich na al die ellende van juli vorig jaar en na de diverse corona-lockdowns opgemaakt voor een ouderwets druk paasweekend. Maar na het rampzalige noodweer waren veel verblijfsaccommodaties gedwongen de reserveringen te annuleren.

Ook de haven van Durban, de belangrijkste van Zuid-Afrika, werd zwaar getroffen. Honderden zeecontainers raakten op drift en de belangrijkste toegangsweg tot de haven was een weeklang geblokkeerd. Dit had een grote impact, niet alleen op de economie van Zuid-Afrika, maar ook op die van landlocked states als Zimbabwe, Zambia en Botswana, voor wie de in- en uitvoer ook in belangrijke mate verloopt via de haven van Durban.

Verkleinen risico’s

Zijn de rampzalige gevolgen van zulke extreme weersituaties te voorkomen? Durban maakt – net als Rotterdam en Amsterdam – deel uit van het C40 Cities Network, honderd wereldsteden die serieus werk willen maken van aanpassing aan het veranderende klimaat (zie ook Geografie juni 2021). In september 2020 publiceerde Durban de eerste plannen, waaronder het verkleinen van de risico’s op wateroverlast. Van die plannen is door de coronacrisis, maar ook door het gebrek aan bestuurlijke daadkracht, tot nu toe weinig terechtgekomen.

Drie sociale wetenschappers van de universiteit van KwaZoeloe-Natal bepleiten in een ingezonden artikel op de nieuwssite News 24 voor een meer bottom-up-benadering bij het in kaart brengen van de risico’s en het tijdig anticiperen op overstromingen en modderstromen in informele nederzettingen. Volgens hen zou er een veel completer en gedetailleerder beeld zijn van die risico’s en zouden waarschuwingssystemen veel beter functioneren als daarvoor ook de ervaringskennis van de bewoners werd gebruikt.

Twee kwaden

Nog geen week na de ramp duiken er in de media al berichten op dat de hulpgelden van de nationale overheid en van particuliere inzamelingsacties slechts mondjesmaat terecht komen bij de mensen die het hardst getroffen zijn en dat er uit opslagloodsen massaal hulpgoederen worden gestolen. Hevig noodweer in KwaZoeloe-Natal kun je toeschrijven aan de periodieke grillen van de natuur, maar de elke dag weer manifeste corruptie en criminaliteit komen vooral voor rekening van een incompetente overheid die er niet in slaagt deze twee kwaden adequaat te bestrijden.

Dit nieuwsartikel is gebaseerd op berichten, reportages en opiniebijdragen van 12 tot 20 april in de Zuid-Afrikaanse media The Daily Maverick, Mail & Guardian, News 24 en The Independent Online.