Atlas van de wereldgeschiedenis
Franse atlas met sterke, niet eurocentrische, insteek
Met een voorwoord van Maarten van Rossem verovert een van oorsprong Franse historische atlas de Nederlandse huiskamer. De smeuïge teksten voeden je met 515 kaarten. Een vruchtbaar huwelijk tussen geschiedenis en aardrijkskunde.
Als jongetje bladerde ik graag in mijn Atlas zur Weltgeschichte. Die bood met een allegaartje van kaarten en afbeeldingen een blik op de wereld die veel verder reikte dan wat er in het dorp te zien was. Verder terug in de tijd en verder weg in de wereld. Ergens op mijn levenspad heb ik de afslag aardrijkskunde genomen en verdween geschiedenis een beetje uit beeld. Hoezeer ik ook probeer ze niet te verzamelen, mijn boekenkast herbergt enkele tientallen atlassen. Mijn Atlas zur Weltgeschichte ben ik kwijtgeraakt. En eerlijk gezegd miste ik hem niet. Totdat ik de nieuwe Atlas van de wereldgeschiedenis in handen kreeg.
Aardrijkskunde
Uitgeverij Nieuw Amsterdam heeft het aangedurfd een Nederlandstalige uitgave te maken van Christian Grataloups Atlas historique mondial. Een moedige beslissing, want hoewel de tekst en kaarten in het Frans beschikbaar waren, kan het vertalen van de gigantische hoeveelheid informatie nooit goedkoop zijn geweest. Maar aangezien de laatste editie van De Bosatlas van de Wereldgeschiedenis al weer twintig jaar oud is en die enkel nog antiquarisch te bemachtigen is, leek er een markt voor te zijn. Auteur Christian Grataloup is geograaf en emeritus hoogleraar aan de Université Diderot in Parijs. Zijn betrokkenheid betekent een grote stap voorwaarts in de cartografie van historische atlassen. Hoewel hij in deze uitgave een uitgebreid kleurenpalet hanteert, vertonen de kaarten een verrassende eenheid. Die leidt zeker niet tot eentonigheid, want als geograaf weet Grataloup dat bijvoorbeeld een kaart van de aardbevingen in het Middellandse Zeegebied gebaat is bij de weergave van hoogtes, zodat de gebergten duidelijk herkenbaar zijn (figuur 1). En dat veel van de thematische kaartjes op andere plekken prima zonder kunnen. Om ze niet al te leeg te laten lijken, zijn dan bijvoorbeeld de belangrijkste rivieren opgenomen. Ten slotte wordt een groot aantal kaartprojecties gebruikt, afhankelijk van het in beeld te brengen gebied. Het onderwerp van de atlas is de geschiedenis van de mensheid, maar de geografie komt niets tekort.
Structuur
De Franse oorsprong van de atlas is onmiskenbaar. Hij bevat heel veel informatie over de vorming van Frankrijk en dat lijkt na een eerste keer vluchtig doorbladeren een makkelijk kritiekpunt. Maar Grataloup slaat de criticus een groot deel van diens argumenten uit handen. De atlas heeft namelijk een ingenieuze indeling. Deze verloopt deels chronologisch, zoals te verwachten is in een historische atlas, maar kent naast Wereld de twee dimensies Mondiale ontwikkelingen en Sociale eenheden. Hierdoor ontstaan dertien thematisch-chronologische eenheden waarbij soms Europa overheersend is en soms een ander deel van de wereld (zie de infographic). In zijn voorwoord legt Grataloup uit dat hij zo wil voorkomen dat de geschiedenis van de wereld in deze atlas eurocentristisch wordt ingedeeld. Er is immers geen middeleeuws Afrika of Japanse oudheid. De atlas gaat in de volgorde van de kaarten dus niet per definitie uit van Europa of het Middellandse Zeegebied om vervolgens uit te waaieren naar de uithoeken van de wereld, maar zoomt in op de locaties waar ontwikkelingen het eerst plaatsvinden. Ik blijf geboeid doorbladeren.
Neme-Ne
Een van de thematisch-chronologische eenheden heet Krachten buiten Europa – eind 18e-19e eeuw. Hierin komen onder andere de Amerikaanse Onafhankelijkheidsoorlog, de ligging van Siam tussen Vietnam en Birma, de vorming van de Latijns-Amerikaanse staten na de opstand tegen Spanje, en het Ethiopië van keizer Menelik II aan de orde. Wat me bijzonder boeit is de geschiedenis van de Neme-Ne in Noord-Amerika. Eerlijk gezegd kende ik dit volk niet onder die eigennaam. Maar wel onder de naam die de Mexicanen hen gaven: Comanche. In het Uto-Azteeks betekent dit ‘vijanden’, en die naam kregen ze niet voor niets. In de 15e eeuw trokken de Neme-Ne vanuit hun woongebied ten zuiden van Snake Lake (tegenwoordig in het noorden van Utah) achter de kuddes bizons aan naar het zuidoosten en kwamen zo terecht op de Great Plains in het noorden van het huidige Texas. Hier slaagden ze erin de verwilderde paarden (mustangs) te temmen en dat was een beslissende factor in hun economische en geopolitieke expansie. In de 18e eeuw beheersten de Neme-Ne de routes tussen de toenmalige Verenigde Staten en de Rio Grande. Daarbij ondernamen ze tussen 1820 en 1860 strooptochten tot aan San Louis Potosí en Guadalajara, diep in Mexico. Maar toen brak de Amerikaans-Mexicaanse oorlog uit en kwam de trek naar het westen op gang. Later volgde de Amerikaanse burgeroorlog. Na de slag bij Red River in 1874 was er van het imperium van de Neme-Ne niets meer over (figuur 2).
Heden
Als geograaf begin ik achter in de atlas, zo dicht mogelijk op het heden. Het hoofdstuk ‘De wereld na 1989’ toont veel actuele ontwikkelingen. Zo is een wereldkaart opgenomen met de nieuwe staten sinds 1991 en een inzet van Midden- en Oost-Europa. Van de 27 nieuwe staten danken er 15 hun bestaan namelijk aan het uiteenvallen van de Sovjet-Unie. Dan volgen nog zeven kaarten over de gevolgen van de val van de IJzeren Muur – van de Duitse hereniging tot de annexatie van de Krim door Rusland in 2014. Allemaal prima. Enigszins teleurstellend is de minimale aandacht voor de Europese Unie. In de ruim 600 pagina’s tellende atlas staan slechts twee kaarten over de unie: een betreft de Europese eenwording (1951-2016) en een de onafhankelijkheidsbewegingen binnen de EU. Herman van der Wusten en Virginie Mamadouh hebben in hun boek en maandelijkse rubriek Europese kwesties laten zien dat daarover veel meer te vertellen en in kaarten te verbeelden is.
Nog bekaaider komt hedendaags China ervan af. In heel grote stappen kun je in de atlas van de Song-dynastie in de 13e eeuw via de Japanse expansie eind 19e eeuw, en Azië tijdens de Koude Oorlog, bladeren naar de kaart China en de Wereld (21e eeuw), met de Nieuwe Zijderoute (figuur 3). Aardig dat een Franse atlas de vol de l’Aigle [vlucht van de adelaar] in kaart brengt: Napoleons snelle terugkeer naar de macht in Parijs na zijn ontsnapping van Elba in 1814 (hier niet afgebeeld). Maar Mao en de lange mars hadden zeker ook een kaart verdiend, evenals China’s huidige relaties met landen in Afrika en Zuid-Amerika.
Voor de spanningen in de Perzische Golf, de Arabische Lente en de burgeroorlog in Syrië is wel ruimschoots aandacht in de atlas. Dat gebeurt soms in een heel simpel kaartje zoals van Operatie Desert Storm, dat met een aantal pijlen het offensief van de internationale coalitie in Irak en Koeweit toont. Soms ook in een combinatie van historische achtergrondinformatie en actuele problematiek. Een mooi voorbeeld is de kaart Een mozaïek van bevolkingsgroepen, die hun leefgebieden in Syrië toont aan de vooravond van de burgeroorlog samen met cirkels die informeren over het aantal vluchtelingen in de buurlanden als resultante van de burgeroorlog (figuur 4).
Muren
De meest beklemmende kaart in de atlas is wellicht De Muren (1900-2010). In twee tinten grijs met rode lijnen en symbolen laat deze zien dat globalisering voor veel migranten niet betekent dat grenzen verdwijnen, maar juist dat ze versterkt worden. De rode lijnen geven muren weer: fysieke, keiharde afscheidingen zoals betonnen barrières en prikkeldraadversperringen met bewaakte controleposten. Allemaal kennen we de (gevallen) Berlijnse Muur en de muur die de Westelijke Jordaanoever afscheidt van Israël. En ook ‘de muur van Trump’ langs de Amerikaans-Mexicaanse grens – die overigens deels al bestond. Maar de atlaskaart toont allerlei muren waarvan ik het bestaan niet vermoedde (figuur 5).
Het bijschrift vermeldt dat wereldwijd slechts een klein aantal grenzen uit een muur bestaat, tussen de 3 procent en 20 procent, afhankelijk van de manier van tellen. Maar dat stelt mij helemaal niet gerust. Het merendeel van de muren dateert uit de 21e eeuw. In de ogen van een geschiedkundige is dat misschien niet zo’n probleem. Op den duur worden ze erfgoed, denk aan de muur van Hadrianus en de Chinese, fijn om op of langs te bewandelen en goed voor het toerisme. Maar als geograaf kijk ik er anders tegenaan. Eigenlijk is dit een kaart die we kunnen missen als kiespijn. Niet door hem weg te laten uit de atlas, maar omdat de wereld zonder de muren zou moeten zijn. Dat lees ik niet in het voorwoord van Maarten van Rossem. Toch pleit hij voor een mondiale geschiedbeschouwing, voorbij grenzen, weg van het nationalisme, omdat ‘de grote problemen van deze tijd uiteindelijk mondiale problemen zijn en dus ook vanuit een mondiaal perspectief zullen moeten worden opgelost’. Je zou Van Rossem haast vergeven dat hij, voordat hij deze atlas onder ogen kreeg, nog nooit een kaartje van de aardbevingen in het gebied van de Middellandse Zee had gezien. En dat nog durft op te schrijven ook.
- Grataloup, C. (2020). Atlas van de wereldgeschiedenis. Nieuw Amsterdam. 640 p.; € 34,99.