Deze serie belicht een aantal kaarten uit 1873, het oprichtingsjaar van het KNAG. Ze maken deel uit van de eigen collectie kaarten en atlassen van het genootschap, die sinds 1879 in bruikleen is ondergebracht bij het Allard Pierson.
[1] Nederland in 1873

In 1873 verscheen deze kaart van het Koninkrijk der Nederlanden met een bijkaart van het Groothertogdom Luxemburg, dat in die tijd onder het huis van Oranje-Nassau viel. Aan de zijkanten staan – nogal verrassend – de wapens van zestien landen in Europa, met teksten waarin het wemelt van de spelfouten.
De kaart op schaal 1:400.000 heeft een voor Nederlandse begrippen ongebruikelijke uitsnede. Limburg ten zuiden van Roermond is op een bijkaartje rechtsonder getekend. Luxemburg, dat toen in ‘personele unie’ (zelfde staatshoofd) met Nederland verbonden was, kreeg een bijkaart in de Noordzee, met een krullende rechteronderhoek om de naam ’s-Gravenhage eronder kwijt te kunnen. Aandoenlijk zijn de vijf zeilschepen in de Noordzee en Zuiderzee, die doen denken aan de kaarten uit de 17e eeuw.
De provincies zijn onderscheiden met tamelijk felle kleuren. De arrondissementen en kantons vallen minder op. Met enige moeite vind je de onderbroken lijnen en stippellijnen die hun grenzen markeren.
Spelfouten
In de titel is een aantal taalfouten geslopen (bestraatte binnewegen; verdeelt). Ook zijn nogal wat plaatsnamen foutief gespeld. In de omgeving van Rotterdam, waar de uitgever gevestigd is, bijvoorbeeld Naalwijk, Nortdorp, Soetemeer en Chalois.
Aan de zijranden van de kaart staan ‘de wapens der voornaamste landen van Europa’, een versiering die ook wat weg heeft van de 17e-eeuwse kaarten. Waarom wapens van zestien landen in Europa? Toepasselijker zouden de wapens van de elf provincies en Luxemburg geweest zijn. Onder elk wapen staan gegevens over onder andere de staatsvorm en economie van dat land. Bij Nederland lezen we: ‘Nederland. – Grondwettelyke regeering. – Godsdienst grootendeels Protestant. – Bevolking 3,601,000 inwoners. – Landgesteldheid effen, maerassig, uitmuntende weide, tabak, tulf, meekrap, schoonen bloemen. – Fabrieken, spinnerijen, Handel in linnen en kanten. Zij heeft bezittingen in Azie, in Afrika en Amerika.’
Bij België: ‘Belgie. – Grondwettelyke regeering. – Bevolking 5,018,566 inw. – Godsdienst Katholyk. – Zeer vruchtbaar aan colza, meekrap, koren, hennep, tabak, enz. – Yzer en kolenmijnen. – Werktingkundige en Wapen fabrieken, Marmer en Steengroeven. – Veel ander en nyverheid.’
Bij Nederland lezen we: ‘... heeft bezittingen in Azie, in Afrika en Amerika’
Rotterdamse uitgever?
Deze teksten met spelfouten laten zien dat de kaarttekenaar of de uitgever het spellen van de Nederlandse taal niet goed machtig was. Wie zij waren? Direct na de titel staat: ‘Uitgegeven door J. Dosseray te Rotterdam. Gegraveerd door Mtin Ghys.’ Een Rotterdamse uitgever dus? Dan is het wel vreemd dat hij in Rotterdam onbekend was. In het Dagblad van Zuidholland en ’s Gravenhage van 4 augustus 1883 en in De Maasbode van 11 november 1884 staat te lezen dat brieven gericht aan J. Dosseray te Rotterdam onbestelbaar waren. Terwijl het Algemeen Handelsblad van 1 juni 1883 meldt: ‘Door den heer J. Dosseray te Rotterdam is eene nieuwe kaart uitgegeven van het koninkrijk der Nederlanden, waarop alle gemeenten, dorpen, wegen, kanalen, spoorwegen enz. zijn aangegeven en waarop tevens de Nederlandsche bezittingen zijn aangeduid. De kaart laat wat duidelijkheid betreft, niets te wenschen, terwijl bovendien als premie wordt gegeven een nieuwe kaart van Europa, naar de jongste bronnen bewerkt en daarbij nog een gekleurde kaart van de Internationale Tentoonstelling te Amsterdam. Een en ander is voor den matigen prijs van f 1.- verkrijgbaar.’
Belgisch
In een ander bericht staat dat de kaarten bij ‘een agent van den uitgever’ te koop zijn. Je zou kunnen denken aan een soort postbusfirma (al verklaart dat de onbestelbare brieven niet), want het Établissement géographique van Jean Dosseray was gevestigd aan de Rue de Prusse 10 in ‘Cureghem-lez-Bruxelles’ (tegenwoordig Kuregem, een wijk van Anderlecht; de Rue de Prusse heet nu de Clemenceaulaan). De kans is dus groot dat Jean Dosseray geen Nederlands kende.
Martin Ghys (of Ghijs), ‘graveerder en steendrukker’ te Antwerpen, heeft de kaart gegraveerd. Antwerpen ligt weliswaar in Nederlandstalig België, maar in de 19e eeuw was ook daar Frans de taal van het middelbaar en hoger onderwijs. De merkwaardige spelfouten zijn waarschijnlijk te wijten aan het beperkte onderwijs in het schrijven van Nederlands. De kaart is gedrukt door het lithografische bedrijf van C. Mertens in Brussel.
Latere uitgave
Voor de kaart uit 1873 is in Delpher geen advertentie te vinden en evenmin een aankondiging of bespreking. Wel vond ik een spoor van het gebruik van een latere uitgave uit 1874. In een artikel in De Navorscher van 1881 staat over het dorp Spijk in de gemeente Herwen en Aerdt dat men dit ‘op de kaart van het koningrijk der Nederlanden in 1874 bij J. Dosseray te Rotterdam uitgegeven, niet vruchteloos zoekt’. Spijk staat ook al op de kaart uit 1873. Het belangrijkste verschil is dat op de uitgave van 1874 – ook in het bezit van het Allard Pierson – een aantal voorgestelde spoorlijnen is ingetekend, in de legenda verklaard als ‘Voorstel des Spoorweg’. Ook zijn de teksten bij de wapens herschreven. Bijzonder is nog dat de naam van de graveur, Martin Ghijs, verdwenen is.
Beide kaarten zijn te zien in de Beeldbank van Allard Pierson.
1873: Allard Pierson, UvA, HB-KZL 24.08.03
1874: Allard Pierson, UvA, HB-KZL VI 16 B 1 (27)
Meer over Dosseray is te lezen in een volgende aflevering over Rotterdam in 1873.