Met het Masterplan basisvaardigheden voor basis- en voortgezet onderwijs heeft voormalig minister Wiersma van OCW de focus gericht op taal en rekenen, digitale geletterdheid en burgerschap. Maar kennis van de wereld is óók cruciaal en een ideale ingang om deze basisvaardigheden te oefenen.
Sinds de jaren 1970 is het aardrijkskundeonderwijs op de basisschool en op de pabo flink veranderd. Het vak maakt steeds vaker deel uit van een groter geheel, waarbij de vakkennis in de verdrukking komt. Maar de maatschappelijke relevantie en de rol van de leerling zijn meer op de voorgrond getreden – althans in de doelstellingen van vak- en leergebied.
Ruim tweehonderd basisschoolleerlingen tekenden een kaart van een plek in hun directe omgeving die ze belangrijk vinden (zie Geografie november/december). Met veertien kinderen gingen we daarover in gesprek. Ook liepen alle leerlingen in groepjes door de buurt, maakten foto’s en deden suggesties voor verbeteringen. Stap 2 in een onderzoek om ze met meer kennis, kunde en gevoel van verantwoordelijkheid te betrekken bij de eigen omgeving.
Ruim tweehonderd basisschoolleerlingen tekenden een kaart van een plek in hun omgeving die belangrijk voor ze is. Daaruit blijkt met welke plek leerlingen zich verbonden voelen en wat die voor hen betekent. Het is de eerste stap in een onderzoek om leerlingen met meer kennis, kunde en gevoel van verantwoordelijkheid te betrekken bij de eigen omgeving.
Hoe kun je pabostudenten in korte tijd de nodige kennis en vaardigheden bijbrengen om goede aardrijkskundelessen te geven op de basisschool? Een nieuwe, door lerarenopleiders ontwikkelde aanpak blijkt perspectief te bieden.
Op veel pabo’s wordt de laatste tien jaar minder tijd uitgetrokken voor het vak aardrijkskunde. Ook is er minder aandacht voor de vakinhoud, zo blijkt uit een enquête onder de opleiders.