Cattle trails in Texas

1 september 2020
Auteurs:
Dit artikel is verschenen in: geografie september 2020
Plaatsen van herinnering in de VS
Verenigde Staten
Opinie
Plaatsen van herinnering in de VS [10]

Deze serie zoomt in op locaties die het verleden van de Verenigde Staten levend en levendig houden.

FOTO: CAROL M. HIGHSMITH’S AMERICA, LIBRARY OF CONGRESS COLLECTION/RAWPIXEL
Een bronzen beeldengroep van longhorns en cowboys in Pioneer Park in Dallas herinnert aan de 19e-eeuwse cattledrives door Texas.

In de 19e eeuw maakte het Amerikaanse spoorwegnet in het noorden van het land een enorme groei door. De noordoostelijke steden werden in hoog tempo door spoorwegen verbonden en het netwerk breidde zich verder uit naar the Midwest en de Mississippi-delta. Ook werd gepleit voor de bouw van transcontinentale spoorverbindingen naar de snel ontwikkelende westkust. De aanleg van nieuwe, lange spoorwegen door de amper bevolkte gebieden was echter onbetaalbaar voor de afzonderlijke, particuliere spoorwegmaatschappijen. De Amerikaanse overheid zag zich genoodzaakt bij te springen en stelde in de nabijheid van de opschuivende spoorlijnen goedkope of zelfs gratis landbouwgrond beschikbaar aan aankomende boeren en hun gezinnen. Talloze (migranten)huishoudens grepen de nieuwe mogelijkheden met beide handen aan en de bevolking van de beide Dakota’s, Nebraska, Wyoming en Montana groeide in een enorm tempo.

Texas

Het transcontinentale treinvervoer bood ook kansen voor de extensieve rundveeteelt in Zuid-Texas, waar omvangrijke kuddes Texas longhorns graasden op eindeloze vlakten, in het open range system. Het vee kon vrij bewegen, niet gehinderd door hekken en andere afrasteringen. Het gebruik van prikkeldraad, uitgevonden in 1873, was inmiddels wijd verbreid. Maar in Texas was de grootschalige toepassing onderwerp van felle strijd tussen akkerbouwers en veetelers – onder andere fraai verbeeld in de Lucky Luke-strip Prikkeldraad op de prairie.
Ruwweg tussen 1880 en 1910 werden vanuit Zuid-Texas kuddes van zo’n 1000 tot 2500 longhorns, vaak afkomstig van samenwerkende veetelers, door cowboys opgedreven naar de treinstations van Cheyenne (Wyoming), Dodge City, Wichita, Ellsworth en Abilene (Kansas), Ogalalla (Nebraska) en Sedalia (Montana). Daar werd het vee deels verkocht aan ranchers uit noordelijker regio’s en gingen de overige runderen op de trein naar de slachthuizen van Saint-Louis en Chicago, die de stedelijke markten in het noordoosten bedienden.

Veetrekroutes

Gaandeweg ontwikkelden zich vanuit Texas speciale routes, cattle trails, en overslagpunten, railheads, ook wel aangeduid als cow-towns, waar het vee op de trein ging. In ruim dertig jaar tijd werden miljoenen runderen naar de stations gedreven. De Union Pacific en Santa Fe Railroad profiteerden daarvan het meest. Dodge City ‘deed’ in de piekperiode meer dan 500.000 runderen per jaar.

BEELD: © 2020 GEOGRAFIE & B.J. KÖBBEN
Cattle trails en netwerk van sporen in het zuiden van de Verenigde Staten (1865-1885)

Tochten van zo’n 1500 kilometer of meer met enorme kuddes waren tijdrovend en verre van eenvoudig. De runderen hadden iedere dag veel tijd nodig om te grazen. De verplaatsing nam daardoor zo’n twee maanden in beslag, waarbij de crew (veelal 10-15 mannen per kudde) per dag zo’n 10 tot 12 uur in het zadel zat. Het betekende slapen in de open lucht, ’s nachts bij toerbeurt de wacht houden, altijd hetzelfde eten van de meereizende kok (spek en bonen) en – zeker voor degenen achter de kudde – eindeloos stofhappen. Ook moesten ze van tijd tot tijd strijd leveren met indianen of bandieten die het voorzien hadden op een deel van de kudde, of met boze akkerbouwers die het vee niet op hun land wilden. Dan bleef het zelden bij scheldpartijen. Bovendien moesten ze tijdens de lange tochten regelmatig heftig natuurgeweld trotseren zoals stofwolken, stormen, stortregens en woest kolkende rivieren.

Concurrentie

Hoewel de Texaanse rundveetelers goed verdienden aan de cattle drives, was het economisch gezien geen efficiënt systeem en amper bestand tegen serieuze concurrentie. Die kwam er tegen het einde van de 19e eeuw. Veeboeren uit Kansas en Nebraska, die hun kuddes mede hadden opgebouwd met Texaanse runderen, hadden veel kortere trekroutes naar de cow-towns en konden sneller leveren aan de slachthuizen die gaandeweg opkwamen in hun eigen staten. De ontwikkeling van de koel- en vriestechniek zou het transport van levend vee over grote afstanden uiteindelijk goeddeels overbodig maken.
Ook de agrarische structuur van Texas veranderde. Met de komst van irrigatiesystemen breidde de akkerbouw zich snel uit en verschenen er steeds meer afrasteringen van prikkeldraad. De open ranges werden closed ranges, die vroegen om andere, intensievere productiewijzen. De cattle drives waren aan het begin van de 20e eeuw dan ook al fors afgenomen, voordat ze goeddeels verdwenen in de jaren 1920.

FOTO:MLMARKEL/WIKIMEDIA COMMONS
Shaunsissy’s Saloon, restant van frontier town Fort Griffin.

Cowboy-heroïek

Vooral in Hollywood spraken cattle drives zeer tot de verbeelding. Dat leidde vanaf de jaren 1930 tot een stortvloed aan films over dappere mannen met een beperkt vocabulaire (‘A man has got to do, what a man has got to do’), een scherp oog voor goed en kwaad, steeds bereid om een wenende, hulpbehoevende dame bij te staan en na gedane arbeid weer de horizon tegemoet te rijden. In Hollywood werd in de jaren 1950 en 1960 zelfs meer geld gespendeerd aan Western-movies dan aan enig ander genre. Die tijd is niet meer, hoewel, die cowboylaarzen… En dan is er nog die ene Texaanse vastgoedontwikkelaar, Trammel Crow, die in 1994 de lieve som van 9 miljoen US dollar bijeen bracht voor een enorme bronzen beeldgroep midden in Dallas, op Pioneer Plaza, met 49 Texas longhorns en 3 cowboys die heuvel op, heuvel af voortrazen in een schier eindeloze stroom. Ze verwijzen naar de Shawnee Trail, een van de eerste in de 19e eeuw, die onder andere door Austin, Waco en Dallas voerde. Zeker een bezoek waard – denk wel de kantoren op de achtergrond even weg.

FOTO: JOHN C. H. GRABILL COLLECTION, LIBRARY OF CONGRESS
The Cow Boy, gemaakt door J.C.H. Grabill (circa 1888).

BRONNEN

  • Cole-Jett, R. 2011. Travelling History up the Cattle Trails. A Road Tripper’s Guide to the Cattle Roads of the South-west. Red River Historian Press
  • Hyslop, S.C. 2015. The Old West. Washington DC: National Geographic.
  • Kraisinger,G. & M.Kraisinger 2004. The Western. The greatest Texas Cattle Trail, 1874-1886. Newton (KS): Mennonite Press.
  • Lehman, T. 2018. Up the trail. How Texas Cowboys Herded Texas Longhorns and Became an American Icon. Baltimore (MA): Johns Hopkins University Press.
  • Norton, M.B., D.M. Katzman, P.D. Escott et. al. 1998. A People and a Nation. A History of the United States. Boston/New York: Houghton Mifflin Company.
  • Pater, B. de & O. Verkoren (red.) 2007. Noord-Amerika. Een geografie van de Verenigde Staten en Canada. Assen: Van Gorcum.
  • Ridings, S.P. 2015. Chisholm Trail. A History of the World’s Greatest Cattle Trail. New York: Skyhorse Publishing Inc.