Het uitdaagrecht: nieuwe kansen voor bewoners
Lokale overheden kunnen sinds kort profijt hebben van (groepen) actieve burgers. Dankzij het uitdaagrecht (Right to Challenge) kunnen die een voorstel indienen om de uitvoering van collectieve voorzieningen in hun directe omgeving over te nemen van gemeente, waterschap of provincie. Omdat ze denken het beter of goedkoper te kunnen.
De oorsprong van het uitdaagrecht ligt in Engeland. In 2011 werd daar de Localism Act van kracht, waarvan het Right to Challenge een onderdeel is. Dit stelt bewoners in de gelegenheid een bod uit te brengen voor de uitvoering van een gemeentelijke taak. Het blijkt in de praktijk een moeilijk juridisch traject voor bewonersinitiatieven. Daarom pakken Nederlandse gemeenten, provincies en waterschappen het anders aan.
Nederlandse vertaling
De kern van het uitdaagrecht in ons land is dat inwoners en maatschappelijke partijen de feitelijke uitvoering van een taak van de gemeente, provincie of het waterschap kunnen overnemen of aansturen als zij denken het beter, goedkoper of met meer draagvlak te kunnen doen. Het gaat om overheidstaken die zijn vastgelegd in beleidsnota’s en in de begroting. De uitdagers krijgen daarvoor meestal het beschikbare overheidsbudget mee.
Dit uitdaagrecht werd opgenomen in het Regeerakkoord 2017-2022, en de Tweede Kamer heeft meerdere malen aangedrongen op wettelijke verankering in de Gemeentewet, Provinciewet en Waterschapswet. Naar verwachting volgt de wetswijziging in 2022.
Maar de lokale overheden zitten ondertussen niet stil. Zo’n honderd gemeenten zijn al bezig met de invoering van het uitdaagrecht. Bij de provincie Friesland zijn de eerste uitdagingen ingediend. Ook Overijssel heeft het recht inmiddels opgenomen en andere provincies zijn bezig met de voorbereiding.
Zo'n honderd gemeenten zijn al bezig met de invoering van het uitdaagrecht
Aalsmeer en Ommen
Inwoners en verenigingen maken dus nu al gebruik van het uitdaagrecht. Bijvoorbeeld bij de energietransitie, bij waterbeheer, waar agrariërs taken van waterschappen overnemen, en bij groenontwikkeling in en rondom de steden.
Een interessant voorbeeld is het Seringenpark in Aalsmeer, waar zo’n 125 variëteiten groeien – uniek voor Nederland. Het onderhoud van de kwetsbare bomen bleef echter achter en een bewonerswerkgroep daagde de gemeente daarop uit. Zoals een van de omwonenden zegt: ‘We willen graag de kwaliteit van het Seringenpark verbeteren.’ Het uitdaagrecht bleek een geschikt instrument om de gemeente te overtuigen én draagvlak te creëren in de buurt. De bewonerswerkgroep heeft het onderhoud nu overgenomen van de gemeente tot en met 2022.
Friesland
In Friesland lopen al meerdere projecten, waaronder Natuer mei de Mienskip. Tien maatschappelijke organisaties hebben de provincie uitgedaagd op de uitvoering van het provinciale natuurbeleid. Tot de initiatiefnemers behoren regionale organisaties zoals de Friese Milieufederatie, It Fryske Gea en LTO Noord, maar ook landelijke zoals Staatsbosbeheer en Natuurmonumenten. Zij willen het Natuurnetwerk Nederland (voorheen: Ecologische Hoofdstructuur) rondbreien met de hulp van bewoners en agrariërs. Waar de provincie voorheen (natuur)gebieden opkocht, inrichtte en doorzette naar een terreinbeherende organisatie zoals It Fryske Gea of Staatsbosbeheer, is de uiteindelijke beheerder nu al direct betrokken bij de verwerving en inrichting. Natuer mei de Mienskip stelt de bewoners en eindbeheerder (een natuurorganisatie, maar het kan ook een agrariër zijn) van een natuurgebied centraal om zo kosten te besparen en meer lokaal draagvlak te creëren.
Een nieuw onderdeel in het Friese natuurbeleid is het project Tsjoch op! Dat is Fries voor ‘Kom op!’ Agrariërs, landgoedeigenaren, plaatselijke belangen en bewoners kunnen zelf voorstellen doen voor nieuwe natuurontwikkeling in hun directe leefomgeving. Binnen enkele maanden zijn twintig Tsjoch Op!-initiatieven binnengekomen bij Natuer mei de Mienskip, waarmee de natuurontwikkeling van onderop concreet vorm krijgt. Daarnaast werkt Natuer mei de Mienskip gebiedsgewijs samen met agrariërs en bewoners om natuurontwikkeling te combineren met kansen voor verbetering van de agrarische bedrijfsvoering.
De voorbeelden geven aan dat het uitdaagrecht lokaal en regionaal op vele manieren toepasbaar is. Vaak op het terrein van de openbare ruimte of gebiedsontwikkeling, al dan niet gecombineerd met het sociale domein (welzijn en leefbaarheid in het landelijk gebied, zorg). Elke uitdaging is maatwerk en afhankelijk van de specifieke situatie en de positieve wil van burgers en overheid.
De uitgedaagde overheid ziet toe op de uitvoering, vaak in samenspraak met bewoners of gebruikers van een gebied. Want uiteindelijk moet een uitdaging wel leiden tot daadwerkelijke uitvoering van de taak, al dan niet voor minder geld, en met steun van de directe omgeving.
Het referendum geeft de burger de mogelijkheid te zeggen 'ik weet het beter’, het uitdaagrecht geeft de mogelijkheid te zeggen ‘ik kan het beter’
Democratische vernieuwing
Prominente denkers en oud-bestuurders zien goede mogelijkheden voor het uitdaagrecht als vernieuwer van de democratie. In de bundel Uitdagen en uitgedaagd worden (2020) schrijft Jan Terlouw dat het uitdaagrecht kan bijdragen aan het herstel van het vertrouwen in de politiek. ‘Het referendum geeft de burger de mogelijkheid om te zeggen “ik weet het beter”, het uitdaagrecht geeft de mogelijkheid om te zeggen “ik kan het beter”.’
Voormalig Denker des Vaderlands Daan Roovers schetst in de bundel nog een mogelijkheid: ‘Met name als er publieke belangen op het spel staan zoals CO2-reductie of toegang tot de arbeidsmarkt, zouden gemeenten burgers moeten uitdagen om taken die de gemeente níet uitvoert, vervreemd heeft of te lang laat liggen te challengen. Deze taken gaan vaak naar professionele organisaties of ondernemingen. Maar waarom zouden burgers met financiële en beleidsmatige ondersteuning deze taken niet kunnen uitvoeren en als het ware de zeggenschap en de uitvoering van deze functies heroveren?’
Wereld te winnen
De ervaring leert dat niet alle ‘uitdagende’ ideeën ook daadwerkelijk tot uitvoering komen. Het is voor sommige bewonersinitiatieven te veel gevraagd om taken van de gemeente of provincie over te nemen. Of zij krijgen onvoldoende steun van de overheid bij de uitwerking van hun initiatief. Zij zoeken dan naar andere vormen om hun ideeën te realiseren. Ook blijkt er soms minder steun vanuit de bevolking te zijn dan de initiatiefnemers van tevoren verwachtten. En zonder maatschappelijk draagvlak is het uitdaagrecht kansloos. Er is nog een wereld te winnen op het terrein van het uitdaagrecht, waarbij zowel overheden, lokale organisaties als inwoners kunnen profiteren.
Het landelijk Netwerk Right to Challenge ondersteunt overheden en initiatiefnemers met praktische informatie en bijvoorbeeld kennisbijeenkomsten. Daarnaast verzamelt het netwerk zo veel mogelijk ervaringen, om te delen met overheden, bewonersinitiatieven en maatschappelijke organisaties en hen zo verder te helpen. Het netwerk wordt daarbij ondersteund door onder andere het ministerie van Binnenlandse Zaken, de VNG en de deelnemende gemeenten en provincies. Klik hier voor meer informatie.
Bert van der Moolen is bestuurslid Overijsselse vereniging Krachtige Kernen; Thijs Harmsen is coördinator van het landelijk Netwerk Right to Challenge.