Er was al vanaf 2009 onderhandeld over het ‘omvattende verdrag over economie en handel’(CETA) tussen de EU en Canada. Door het aanhoudende Waalse verzet werd het tenslotte spannend, maar op 30 oktober werd het verdrag alsnog ondertekend.
Op 23 juni stemde een kleine meerderheid van de burgers in het Verenigd Koninkrijk vóór vertrek uit de EU. Hoe dat zou moeten en hoe men de toekomstige verhouding met de EU voor zich zag, bleef (en blijft) vooralsnog een vraagteken.
Het Britse referendumdrama is bij uitstek ook geografisch van aard: diepe kloven zijn op verschillende kaarten opnieuw zichtbaar, nieuw verschenen of komen er klaarblijkelijk nog aan.
Al drie jaar onderhandelen de Verenigde Staten en de Europese Unie over het Trans-Atlantisch Vrijhandels- en Investeringsverdrag, TTIP. Dit stuit op forse maatschappelijke weerstand. De onderhandelaars streven naar een akkoord binnen Obama’s ambtstermijn – nadien wordt nog meer tegenwind gevreesd. Wat staat er op het spel?
Al sinds de jaren '90 is er discussie over de noodzaak van een stedelijke agenda voor de Europese Unie. Dankzij het Pact van Amsterdam eind mei worden steden voortaan systematisch betrokken bij de Europese politiek. Maar de bestuurlijke constructie van de EU wordt er daarmee niet eenvoudiger op.
De aanslagen in Brussel waren de zoveelste in een reeks jihadistische terroristische daden in Europa. Ze krijgen veel aandacht in de wereld en maken ook in Nederland extra emotie los. Brussel is dichtbij, Brussel is Europa. Hoe komt het juist in deze context tot zulke acties? Wat is precies de boodschap en wie vormt uiteindelijk het doelwit?
Op 6 april is het Nederlandse referendum over het associatieverdrag tussen de EU en Oekraïne. De initiatiefnemers zijn niet alleen tegen het verdrag, maar verzetten zich ook tegen de toenemende Europese politieke samenwerking. Fungeert de uitslag als breekijzer voor meer Nederlandse zeggenschap? Of maakt een Nederlands ‘nee’ het alleen maar zwaarder voor de EU om de voortslepende crises rond de euro, Brexit en vluchtelingen te beteugelen?
De Europese Unie en haar lidstaten hebben grote moeite de toestroom van vluchtelingen in goede banen te leiden. De al verzwakte territorialiteit van de lidstaten wordt zo verder op de proef gesteld en de contouren van een nieuwe staat – de Verenigde Staten van Europa – tekenen zich af. Net zo territoriaal als de lidstaten zelf ooit waren.
Er wordt veel gepraat over lidstaten die de Europese Unie al dan niet zullen verlaten. Dat zou uitkomst bieden voor de ontevredenheid over de bemoeienis van Brussel en de opstelling van collega-lidstaten. Hoe moeten we die discussies opvatten?
Oekraïne en Libië zijn twee van de staten waarop het Europese Nabuurschaps beleid zich richt. Dat beleid is dubbelzinnig en schiet hoe dan ook tekort. Dit kan de komende tijd leiden tot scherpe repercussies, onder andere op de toch al zo omstreden toestroom van migranten. Een vraagstuk van nieuwe geopolitiek.