Na de crisis van 2001 groeide de Argentijnse economie als kool. Maar in Buenos Aires breidden de sloppenwijken flink uit en werd de drempel tot de formele woningmarkt steeds hoger. Nu is het opnieuw crisis: de gemiddelde Argentijn kan een eigen woning wel op zijn buik schrijven.
Inleiding tot de serie artikelen over het veranderende Nederlandse platteland in het tijdschrift Geografie van januari 2015. Thema's als bevolkingsdaling, industrialiserende landbouw, veranderingen in mobiliteit en internet komen aan bod.
De Gaiahypothese stelt dat de aarde een levend, zelfregulerend organisme is. Op Borneo is het de verwoesting van het regenwoud die daar aan raakt.
De grote steden hadden rond 1900 waterleiding, de uithoeken van het platteland moesten wachten tot na 1960. Is nu het wachten op (snel) internet? Er ontstaat een lappendeken van initiatieven. Moet de overheid de witte plekken vullen?
Een radicaal wetsvoorstel van om de alsmaar uitblijvende hervorming van het grondeigendom in de landbouw vlot te trekken, leidt tot felle reacties. Behalve een rechtvaardige verdeling en werkgelegenheid is ook de voedselvoorziening van een groot deel van Afrika in het geding.
Aardrijkskundedocenten zijn er in verschillende soorten en maten, én met verschillende motivaties. In deze rubriek interviewt Ton van Rietbergen steeds een andere docent over de passie voor het vak en het onderwijs. Walter Schoenmakers besloot pas een jaar geleden, na een lange ambtelijke loopbaan, het onderwijs in te gaan.
De kwaliteit van de leefomgeving in dorpen wordt steeds meer afhankelijk van de lokale inzet van bewoners. In mooie dorpen gaat dat makkelijker dan in minder mooie dorpen. Dat heeft vooral te maken met de sterkere sociale en culturele binding van bewoners.
Billy Gunterman gaat een weekend weg op een oude kaart: de Ierse stad Dublin.
Frank van Dam kan niet wennen aan het nieuwe Nederlandse ov-systeem, terwijl hij in Lissabon de voordelen ervan ontdekt.
Buitencentrum Boomkroonpad in boswachterij Gieten-Borger richt zich met zijn natuureducatie vooral op basisscholen. Aardrijkskundedocenten die met hun leerlingen veldwerk komen doen, zijn zeker welkom, maar professionele fysisch-geografische ondersteuning kan het Buitencentrum niet bieden. Wie komt dat actief inbrengen?