Digitale geletterdheid

Introductie digitale geletterdheid 

Digitale geletterdheid is een combinatie van kennis en vaardigheden. Leerlingen moeten weten wat digitale technologie is en hoe je ermee werkt. En ze moeten doordrongen zijn van de risico’s en er kritisch mee omgaan. Ook SLO gaat uit van een brede opvatting van digitale geletterdheid, met vier domeinen. Vrij vertaald: 
1. praktische ict-vaardigheden: de mogelijkheden van digitale technologie kunnen benutten en snappen hoe digitale apparaten werken;  
2. mediawijsheid: kritisch én bewust omgaan met digitale media in de samenleving; 
3. digitale informatievaardigheden: digitale technologie inzetten om informatie op te zoeken en op een juiste manier omgaan met digitale informatie.  
4. computational thinking: beschikken over denkvaardigheden en strategieën om complexe problemen zo te (her)formuleren dat je computertechnologie kunt inzetten om deze te helpen oplossen. 

Digitale geletterdheid bij aardrijkskunde 

In de aardrijkskundeles kun je digitale geletterdheid behandelen als onderdeel van de lesstof en gebruiken bij verwerkingsopdrachten. Leerlingen kunnen bijvoorbeeld een aardrijkskundig werkstuk maken, daarbij bronnenonderzoek doen en opschrijven waarom bepaalde bronnen meer of minder betrouwbaar zijn. Bij aardrijkskunde gaat het daarnaast ook specifiek om geografische informatie: weten wat ruimtelijke informatie is, hoe je die verzamelt, verwerkt en presenteert. Dit speelt een rol in de vereiste vaardigheden bij de examens voor de bovenbouw vo. Zo moeten vmbo-examenkandidaten informatie kunnen aflezen van digitale kaarten en bronnen. Havisten en vwo’ers moeten daarnaast kunnen werken met ‘eenvoudige’ GIS-software zoals EduGIS en ArcGIS Online. En met gps-applicaties data kunnen verzamelen, zoals met Survey123.  
 

Conclusies uit de praktijk 

Met de actualisatie van de kerndoelen komen er ook kerndoelen voor digitale geletterdheid. Veel docenten in het voortgezet onderwijs werken wel al met digitale geografische informatie, bij de instructie en bij de verwerking door leerlingen. In het primair onderwijs gebeurt dat minder en is dit in de lespraktijk misschien ook wat lastiger.  
Veel leerlingen in het vo laten aardrijkskunde vallen bij de profielkeuze. Het is dus zaak in de eerste twee of drie jaar van het vo te werken aan geografische digitale geletterdheid.  
 

Technieken en leerdoelen 

De werkvormen, tips en links op deze website helpen leerlingen en docenten met:  
1. werken met geografische informatie systemen; 
2. data verzamelen met gps-applicaties;  
3. kritisch analyseren en evalueren van (info)graphics; 
4. informatiebronnen selecteren en verwerken; 
5. visueel presenteren van (ruimtelijke) informatie; 
6. trends voorspellen en data beoordelen;  
7. je bewust worden van kansen en risico’s van het gebruik van digitale technologie.